|
Begane grond - De Vierschaar
In dit vertrek werd tot 1811 recht gesproken door het stadsbestuur. De baljuw (rechter) was gezeten rechtsachter in het vertrek onder de baldakijn met daarop het beeld van Vrouwe Justitia. De pilaren aan weerskanten zijn zogenaamde ‘Salomonische’ of gehoornde pilaren. Ze verwijzen naar de wijsheid en rechtvaardigheid zoals in de bijbel aan koning Salomo was toegedicht. Voor de baljuw lag de bijbel waarop de verdachten moesten zweren altijd de waarheid te zullen spreken. Bij een rechtszitting had de baljuw een pruik op zijn hoofd en een staf in zijn hand.
Dieven en vechtersbazen konden in de zestiende eeuw worden veroordeeld om op eigen kosten een bronzen hand te laten maken. Dit was een symbool voor het afhakken van een hand zoals dat in de daarvoor liggende eeuwen in Zeeland gebruikelijk was voor dit soort vergrijpen. De vuisten werden aan de schouw opgehangen ter eeuwige gedachtenis aan hun misdaad. De twee brandmerkijzers met het gestileerde stadswapen van Veere (twee torens) en de letter ‘S’ (van ‘stelen’) werden gebruikt om misdadigers van een kenmerk te voorzien. Met de hand‑ en halsboeien werden misdadigers vastgezet. De voetboei met het houten blok, een ‘blok aan het been’ was bestemd als schandestraf. Met de pieken, hellebaarden en mensenvangers was de toenmalige burgerwacht uitgerust.
De beker in de wandvitrine is de verguld zilveren beker van Maximiliaan. Deze beker is gemaakt in Vlaanderen omstreeks 1546 in opdracht van keizer Karel V, die hem schonk aan Maximiliaan van Egmond, graaf van Buren. Maximiliaan van Egmond was naar Duitsland getrokken om de keizer te helpen in zijn strijd tegen de protestanten. Hij ontmoette de keizer bij Ingolstadt in Duitsland. Deze ontmoeting is op de beker afgebeeld. Boven op de beker staat de oorlogsgod Mars met een schild waarop het wapen van de stad Veere is afgebeeld. De beker werd in 1551 door Maximiliaan van Bourgondie, heer van Veere, aan de stad geschonken en lange tijd bewaard in het foedraal van corduaans leer. Op deze lederen beker in de vitrine staat de spreuk: Bewaert o Heer de stad der Veer, voor storm en wijnt, hoogh watervloet, dat zij niet meer comt in de neer, want Ghij alleen zijt ons behoet. Het gemeentebestuur van Veere heeft in 1881 en 1883 geprobeerd deze beker te verkopen. De Kroon heeft die besluiten vernietigd.
Bij een bezoek aan Veere drinkt de koningin, als markiezin van Veere, traditioneel een slok wijn uit de beker van Maximiliaan.
Eerste verdieping - De Raadzaal
Dit vertrek wordt nu nog gebruikt voor het voltrekken van huwelijken en voor representatie. Tot 31 december 1996 vonden hier de maandelijkse vergadering van de gemeenteraad van Veere plaats
Binnen mocht niet geflitst worden.
Meer over Veere
http://www.veere.nl/index.php?mediumid=13&pagid=4323
|
