Als
je op zoek bent naar rust en schoonheid, dan is er geen mooiere strand-
en wandelbestemming dan Formentera. Steile onneembare rotskusten,
eindeloze verlaten stranden, het zijn hier geen ijdele begrippen. En
het ligt allemaal op een paar uur van huis, je hoeft er niet eens voor
naar de andere kant van de wereld te vliegen. Een onbekende bestemming
die trouwens makkelijk te combineren valt met het bruisende Ibiza, dat
met de ferry slechts op een halfuurtje varen ligt.
Toegegeven,
wuivende palmen staan er op de stranden van Formentera niet, maar wel
ongelooflijk mooie knoestige parasoldennen. Als je tien minuutjes links
of rechts van het hotel gaat wandelen, vind je een eenzaam baaitje, met
helder kristallijn water waarop ze in de Stille Oceaan jaloers zouden
zijn. Voor gezinnen met kleine kinderen is dit het aards paradijs. Een
kilometer ver kun je de zee in stappen, en dan nog komt het water
slechts op kniehoogte. Ukjes en peuters bouwen zandkasteeltjes en het
water knabbelt nauwelijks aan hun werkstuk, want in de beschermde
baaien zijn er bijna geen getijden. Pas als je een stuk de zee ingaat,
krijgt de wind vat op het zeil van je surfplank of zeilboot.
Reusachtige vijgenbomen
Formentera
is het kleinste eiland van de Balearen, nog kleiner dan Minorca, en dat
is ook al niet groot. Op sommige plaatsen is het nauwelijks anderhalve
kilometer breed. Eigenlijk zijn het twee rotsmassa's die met elkaar
verbonden zijn door een vruchtbare landtong waar wat olijfboomgaarden
zijn aangeplant. Indrukwekkend zijn de vijgenbomen die zo oud en breed
zijn uitgegroeid, dat ze door steunpalen moeten gestut worden.
Dankzij
de recente aanleg van een degelijke tweevaksweg rij je in minder dan
een uur het hele eiland door, maar de meeste dwarswegen naar de
stranden en verlaten baaien zijn nog altijd landelijke grindwegen.
Auto's zijn er nauwelijks, alleen de vijfduizend inwoners rijden met
een auto, de toeristen huren liever een scooter of een fiets of nemen
die ene lijnbus die de hele dag de toer van het eiland doet.
San Francisco
Cultureel
is Formentera geen hoogvlieger, op twee indrukwekkende vuurtorens op de
uiterste kliffen van het eiland, een paar gerestaureerde windmolens in
de vlakte en een bescheiden versterkt kerkje in de hoofdstad San
Francisco na. Die naam doet je natuurlijk denken aan de indrukwekkende
stad in Californië, maar vergeet elke vergelijking. Je kunt het San
Francisco van Formentera nauwelijks een dorp noemen: er zijn twee
straten, een pleintje met terrasjes met alleen op de wekelijkse
marktdag wat volk, en één grote winkel waar ze gasvuren, ondergoed,
pantoffels en ijzerdraad verkopen. En natuurlijk een bazaar met
kleurige strandballen, schopjes en emmertjes waar je eigen krant, elke
middag net voor het aperitief, trouw met de veerboot uit Ibiza wordt
aangeleverd.
Het uitgaansleven van Es Pujols
Formentera
heeft wijze lessen geleerd uit de misstappen die de overheid en de
bouwpromotoren hebben begaan op Majorca en Ibiza. Hier vind je geen
betonnen blokken met hotels, geen verknalde kustlijn, geen
schreeuwerige pubs en bierhallen. Dankzij een strenge wet is bijna het
hele eiland vijftien jaar geleden tot beschermd natuurgebied verklaard.
Alleen in de omgeving van de badplaats Es Pujols mag er nog gebouwd
worden, maar gelukkig niet hoger dan vier verdiepingen. Es Pujols is
dan ook de enige badplaats waar een beetje nachtleven te beleven valt,
mocht je daar al zin in hebben. Er is een promenade met leuke
caféterrassen, waar de toeristen hun krant lezen bij een biertje.
Uitdoofbeleid
Op
het einde van de baai van Es Pujols ligt op een schiereiland een
hotelletje met slechts één ster. En dat op de mooiste plek van Es
Pujols, dit is een locatie voor een boetiekhotel met wél vijf sterren,
zo bedenken we. Later vernemen we waarom allang niet meer geïnvesteerd
wordt in dit hotel. De overheid van de Balearen voert namelijk een
uitdoofbeleid voor alles wat in de onzalige jaren zestig en zeventig is
opgetrokken zonder bouwvergunning. Vijftien jaar krijgen de overtreders
om de natuur weer in haar oorspronkelijke toestand te herstellen.
Autoloos
In
tegenstelling tot de mensen die hier van het toerisme moeten leven,
hebben wij begrip voor de strenge maatregelen om deze prachtige
landtong te beschermen. De Playa de Levant is namelijk een unieke lang
gerekte duinenrug met aan weerskanten een hagelwit strand van het
fijnste zand. Auto's mogen er niet meer rijden op de enige zandweg, en
je huurt best een fiets in de havenstad La Savina. Bij laag tij en een
kalme zee kan je zelfs te voet naar het minuscule eilandje Espalmador
oversteken. Neem wel een picknick en drank mee, want behalve een
kolonie zeemeeuwen en een vuurtoren is dit een onbewoond eiland. Rond
Espalmador liggen nog een resem eilandjes waar je alleen met bootjes
naar toe kunt, maar ook die kun je huren in La Savina.
Italiaanse schoonheden
Italianen
zijn dol op Formentera, en ze vormen samen met de Spanjaarden van het
vasteland de grootste groep toeristen. In het hoogseizoen zijn er ook
wat Britten, maar die blijven gelukkig in Es Pujols hangen. Preuts moet
je nergens zijn, op de verlaten stranden mag je zonnen zoals God je
geschapen heeft. (hln)
|