Foto
Inhoud blog
  • Ritmes Daktyle en Anapest
  • Bedřich Smetana’s: De Moldau
  • Kwintencirkel en verschillende toonaarden met hun voortekening.
  • Sol-sleutel, Fa-sleutel, Ut-sleutel en Do-sleutel of C-sleutel
  • Atonale muziek met arnold schönberg 12-tone music
  • Henri Purcell: Dido & Aeneas - Act III "Dido's lament"
  • De atonale muziek
  • Modale muziek van Catholic Adoration Hymn - By St. Thomas Aquinas
  • De modale muziek
  • Tonale muziek van Wolfgang Amadeus Mozart
  • De tonale muziek
  • De vier belangrijkste bouwstenen in de taalmuziek
  • Piano
  • Muzieksleutels in een notenbalk
  • Muzieknoten
  • Je zithouding
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Notenleer - Programmamuziek
    Algemene kennis notenleer
    15-10-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De vier belangrijkste bouwstenen in de taalmuziek

    De vier bouwstenen zijn: Toonsterkte, Toonkleur, Toonduur en Toonhoogte.

    1) TOONSTERKTE

    Een ander woord voor toonsterkte is Dynamiek. Je zegt ook wel geluidsterkte. Het gaat dus bij dynamiek om hoe sterk of hoe zacht de muziek klinkt.
    Hier heb je dynamische tekens voor d.w.z. tekens die aangeven hoe
    sterk (hard) of zacht je de muziek moet spelen.

    Stabiele dynamiek: gelijk het zelfde toonsterkte (van begin tot einde partituur) Klavecimbel en Orgel hebben gelijke geluidsterkte.
    Contrast dynamiek: verschil van sterkte en of zachte geluiden.
    Overgang dynamiek: Het geleidelijk overgaan van hard naar zacht of van zacht naar hard tijdens het spelen of zingen. Belangrijke termen: Crescendo, Decrescendo en Diminuendo. Zijn begonnen met het uitvinden van piano in stijlperiode 1800 en 1900. Hoort bij toonduur.

    Een aantal dynamische tekens zijn:

    • pp = pianissimo (heel zacht)

    • p = piano (zacht)

    • mf = mezzo forte (matig hard)

    • f = forte (hard)

    • ff = fortissimo (heel hard)

    • < = crescendo (harder worden)

    • > = diminuendo of decrescendo (zachter worden)

    Dan heb je nog:

    • Terrassendynamiek: plotselinge overgang van zacht naar hard of omgekeerd.

    • Overgangsdynamiek: geleidelijke overgang van hard naar zacht of omgekeerd.

    2) TOONKLEUR

    De instrumenten.

    Elk instrument heeft een eigen karakteristieke klank waaraan het herkent wordt. Dit wordt klankkleur genoemd.
    Tymbre: warm, koud, grauw.

    3) TOONDUUR

    Dit heeft met lang en kort te maken.
    De vorm van de noot geeft aan hoe hij heet en hoe lang hij duurt.
    – Tempo: snelheid
    – Ritme: onderverdeling van de tellen. Snelheid heeft te maken met de tel.
    – Metrum: in biets/m. Plaats van de zware en de lichte tellen (bv: In maat 2/4 1ste is een zware tel en de 2de is een lichte tel.(V - I) In maat 4/4 is de 1ste is een zware tel en 2de, 3de, en 4de zijn lichte tellen. (V I I I) Beethoven is daar mee gestart.

    4) TOONHOOGTE

    Dit heeft met hoog en laag te maken.
    De plek op de notenbalk geeft aan hoe hoog de toon klinkt.
    Noten die hoog staan klinken hoog en noten die laag staan klinken laag.
    – Melodie zinsbouw: horizontaal in de partituur (notenbalk).
    – Geluid met harmonie = samenklank: verticaal in de partituur. Aantal instrumenten (houtblazers, koperblazers, slagwerken en strijkers die samen spelen)



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Pinterest Muziek


    Facebook Toots Daktyle


    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    De juiste handhouding aanleren om piano te leren spelen


    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!