België telt officiëel 620.000 werklozen. De zogenaamde Paarse actieve welvaartstaat geldt voor steeds minder inwoners en toch blijft de federale regering blind voor deze belangrijke groep van zijn bevolking. Nu gaat het blijkbaar allemaal opgelost worden door
de ouderen langer te laten werken in 2010 of zo, als ze maar in alle rust hun termijn tot 2007 kunnen uitspelen. Ze zijn goed begonnen. Het parlementair jaar is met twee weken vertraging pas begonnen op 11 oktober en ze moeten al een week op allerheiligenverlof om daarna met het halve ministerkorps op reis te trekken naar het Verre Oosten, naar Israël en misschien nog elders. Investeerders zoeken, zult ge reageren, maar met zijn om de haverklap veranderende regels, omdat die soms op nachtelijke spoedbijeenkomsten zijn ineen geïmproviseerd, zien investeerders ons land steeds minder zitten.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Was in 1999 al niet de aanzet gegeven voor wat nu spectaculair wordt voorgesteld als het generatiepact en heeft men het dossier moedwillig vooruitgeschoven om pas in 2008 (na twee paarse legislaturen) concrete maatregelen te voorzien ? En welke maatregelen. Hogere beroepen kunnen in 2008 al na een loopbaan van 30 jaar op brugpensioen gaan op 60 jaar, terwijl de arbeiders van de zware beroepen al een loopbaan moeten hebben van 35 jaar om op 58 jaar op brugpensioen te gaan. In de praktijk zullen sommigen dan al ruim 40 jaar gewerkt hebben. In 2024 kunnen die hogere beroepen nog altijd na een loopbaan van 35 jaar (vanaf 25 jaar) op brugpensioen aan 60 jaar, terwijl die versleten arbeiders al minstens 38 jaar moeten werken om op brugpensioen te kunnen op 58 jaar. En wat moeten die arbeiders denken van de bonus vanaf 62 jaar, ook voor wie maar een dertigtal jaren heeft gewerkt ?
Maar belangrijker zou moeten zijn : de werkzekerheid of het recht op arbeid, dat de laatste tijd in een andere context meer en meer als slogan opduikt. Werkgelegenheid was altijd een topprioriteit bij vorige regeringen. Nu horen we het wel eens als afleidingstruc zonder concrete invulling. Werk, werk, werk, zei Verhofstadt vorig jaar bij het begin van het politieke jaar. Maar daarvan is niets in huis gekomen, ook niet van de splitsing van BHV, het DHL-dossier, het Sabena-dossier rond de nachtvluchten of de 200.000 nieuwe werkplaatsen. Het jaar zonder verkiezingen in het vooruitzicht, werd gewoon nog eens een verloren jaar en dat terwijl we op alle Europese lijstjes worden geconfronteerd met de teloorgang van België.
Die 620.000 werklozen zijn daar het voornaamste slachtoffer van, maar hun mening wordt net als al die jaren de nu rellenschoppende kinderen van de structurele werklozen in de Franse ghettos niet gevraagd. Het verlies of moeten ontberen van een job berooft de mensen niet alleen van een inkomen, maar ook van hun sociale identiteit en het gevoel iets zinvols uit te richten in het leven. Als een familie gedurende een generatie werkloos blijft, krijgen we toestanden zoals het zinloos vernielen van autos van hun buren. Als dan ook het opvangnet op steeds meer verzet stuit, dat terwijl wel extra belastingsvoordelen aan de hoogste inkomens wordt toegekend, vragen we op termijn naar explosieve toestanden.
Werkzekerheid moet prioritair staan. Het Recht op Werk moet boven alle andere beleidsopties staan. Vergeleken met de werkloosheid is de vergrijzing een simpel probleem. Maar als er door Paars steeds maar wordt gezwaaid met onvoorwaardelijke lastenverlagingen of fiscale kortingen voor bedrijfsleiders, zonder dat daar ook maar één werkplaats moet tegenover staan, is men verkeerd bezig. Ik heb het hier bewust over bedrijfsleiders en niet werkgevers. De werkgevers beogen momenteel veelal alles behalve wat hun naam mag doen vermoeden. Hun zelfzucht denken vooral nog aan lagere lonen en een soepeler ontslagrecht en ze worden daarin ten volle ondersteund door de Paarse regering Verhofstadt met liberalen en Spa-Blauwen.
|