Leven is loslaten het verhaal van de stervende Mozes
Leven is loslaten het verhaal van de stervende Mozes
Onlangs zag ik op van Cecil B. DeMille Ten Commandments (1956) met Charles Heston, Cecil B. & Yul Brynner. Jeugdsentiment, ja zeker, maar ook omdat ik iets aan het schrijven was over sterven. Een tijdje geleden las ik een schitterende tekst, een navertelling door Nico ter Linden van het sterven van Mozes (Deuteronomium 34); in: Het verhaal gaat. Balans (1997, 12de druk; België: Leuven Van Halewijck).
Situering: Mozes gaat moeizaam de berg op. Hij is immers een oude man en hij weet dat dit zijn laatste tocht is. Hij gaat zitten op een steen met als vergezicht het Beloofde Land waarvan hij weet dat hij er niet zal binnengaan met zijn Joodse volk. Een voor een nemen de Joden van hem afscheid. Na het laatste afscheid komt God hem halen..
Over het sterven van Mozes. Voor de laatste keer heeft God hem geroepen.
Mozes is de berg opgegaan. Voor altijd mag hij nu bij God zijn. De dood is niet het einde,
maar het begin van een nieuw leven met God.
Mozes is de berg opgegaan. Hij is op een steen gaan zitten. Een voor een liepen de mens achter hem langs. Niet voor hem langs, want dan hadden ze de oude man het zicht op het land benomen. Nee, achter hem langs gingen zij, één voor één legden zij een hand op zijn schouder. En steeds wanneer hij weer een hand op zijn schouder voelde, legde Mozes zijn hand op de hunne, als een laatste vaarwel. Totdat, ja, totdat er op een gegeven ogenblik geen hand meer op zijn schouder rustte. Mozes tastte en tastte, maar er was geen hand meer. Allen waren voorbijgegaan.
Ook de laatste was voorbijgegaan. Mozes was alleen. Zo sterven wij allen. Wij kunnen elkaar niet vasthouden. Wij moeten elkaar loslaten. Een mens moet alleen sterven. De anderen gaan verder.
Niemand was erbij toen Mozes stierf.