Weet je nog, die avond, mijn lief De zomer was nog jong Het woud in al zijn tover bood ons stille vrede Je hoofd lag sluimerend aan mijn bebloemde borst terwijl ik je teder streelde de wind koel in je haren speelde... Een vlinder streek neer op je haar Sierde je als een bizar juweel Het was vreemd en toch mooi Je leek niet verrast Je hertenogen glansden Je warme lippen lachten om die onverwachte tooi Samen zijn wij op pad gegaan jij, de vlinder en ik...
|