Er groeit niet veel in het reservaat alleen planten die hier kunnen leven zoals het zinkviooltje en andere zinkflora, er zouden ook parelmoervlinders en ijsvogeltjes voorkomen.
Zondag 30 augustus gingen we weeral een uitstapke doen, eerst in Voeren om te vissen en te wandelen, in de velden, en op de binnenwegen was er veel volk ook vooral vele ruiters die door Voeren reden en natuurlijk vele zwaren motoren. Het was ook prachtig weer. Daarna reden we door naar Plombiéres naar het fonkelnieuwe museumke dat maison site du minier heet. Het is gelegen in een mooi gerestaureerd huisje, het oudste van het dorp, de gevels zijn gemaakt van steen en vakwerk. Er is ook een houten bijgebouwtje gemaakt en een speeltuin voor de kinderen. Daar aangekomen, werden we verwelkomt door een vriendelijke dame die vroeg welke taal we hadden. Ze kon zich redelijk verstaanbaar maken in het Nederlands en vroeg hoe we te weten waren gekomen dat er daar een museum lag, natuurlijk antwoordde we dat we regelmatig in het mooie reservaat komen wandelen en van de mooie natuur genieten. Ze vroeg ook waar we vandaan kwamen en schreef alles op. Ze legde ons uit hoe we alles konden bezichtigen, er waren mooie zwart wit fotos gemaakt van het vroegere Bleiberg en het heden het was in drie talen opgesteld. het was de geschiedenis van hoe die ertsen in de grond kwamen en hoe ze gevormd waren, en hier op deze site vind je ook veel uitleg over deze loodmijn, http://www.trois-frontieres.be/N/mine_plomb.php ook hoe de mijn was gebouwd en hoe ze werkte, uitleg over de hoogovens en de moffelpotten die hiervoor gebruikt werden. Die zijn nu in het park verwerkt. De cokes om de ovens te stoken kwamen uit de steenkoolmijnen van Luik. Het was zeer intersant en boeiend om de geschiedenis te lezen, we hebben ons in ieder geval zeer goed geamuseerd en nadien nog gewandelt in het natuurreservaat, is gaan zien waar de lijn nu juist gelegen was, en waar de spoorweg was en iets verder waren de schachttorens geweest. het was daar een heel kale plek. Je zag nog alleen kleine brokjes lood en andere dingen liggen op de straat, een deel van de afvalheuvel is daar verwerkt in de straten om te wandelen. De uitleg stond er ook bij, en zo werd onze zondagnamiddag toch heel boeiend, we hebben ons geamuseerd en dat was het beste.
Hier een zicht op het natuur en zinkreservaat, dit is de weg die naar de renainssance putten 1 en 11 gaat, ze zijn aangeduid met 2 cillinders uit blauwsteen. Rechts van de weg was de ziekenboeg met de apotheek en daarachter de smeltovens waar de moffelpotten verwerkt zijn in het park.