Amedeo Modigliani was een zeer knappe man, die een sterke aantrekkingskracht had op vrouwen. Vrouwen kwamen en gingen, totdat Beatrice Hastings zijn leven binnenkwam. Zij bleef twee jaar, en werd onder andere geschilderd als "Madame Pompadour". Zij leed echter erg onder zijn drankzucht, maar als hij nuchter was, dan was hij wel erg charmant, citeerde Dante Alighieri en gedichten van Lautreamont. Toen de Engelse schilder Nina Hamnett in Montparnasse kwam, in 1914, ontmoette zij op haar eerste avond een glimlachende man aan het tafeltje naast haar in het café, waarbij hij zichzelf voorstelde als "Modigliani, schilder en jood". Er ontstond een diepe vriendschap tussen deze twee.
Schilderij van liggend naakt uit 1917, nu in het Guggenheim Museum
Schilderij van liggend naakt uit 1917, nu in het Guggenheim Museum
Op 3 december 1917 werd de eerste en enige solotentoonstelling geopend tijdens het leven van Modigliani, in de galerie van Berthe Weill. Voor de galerie verzamelden zich opgewonden mannen, die graag de schilderijen van de volledig naakte vrouwen wilden zien. Het hoofd van de politie van Parijs vond de tentoongestelde naakten echter pornografie, waarop de tentoonstelling enkele uren na de opening gesloten moest worden. In hetzelfde jaar ontving Modigliani een brief van een oude minnares, Simone Thirioux, die hem meldde dat ze een zoon van hem had gekregen. Modigliani erkende het kind echter nooit. Bij de 18-jarige kunststudente Jeanne Hébuterne kreeg hij in Nice op 29 november 1918 een dochter, die zij ook Jeanne noemden.
In Nice verkocht Modigliani enkele werken aan rijke toeristen, maar slechts voor enkele francs per stuk. Het geld dat hij had, verdween overigens toch gauw richting drugs en alcohol. In mei 1919 keerde hij terug naar Parijs, met Jeanne en hun dochter. Ze huurden een appartement in de Rue de la Grande Chaumière, waar Jeanne en Modigliani portretten van elkaar schilderden.
De tijd daarna ging de gezondheid van Modigliani verder achteruit. Nadat hij een paar dagen niet gezien was, vond de benedenbuur het paar in bed, Modigliani met een delirium, Jeanne vasthoudend, die bijna negen maanden zwanger was. Naar later verteld werd, zette hij Jeanne aan tot zelfmoord, zodat hij haar als favoriet model bij zich kon houden in het paradijs. Een dokter werd gehaald die echter weinig kon doen om het leven van de 35-jarige kunstenaar te redden.
De hele kunstenaarsgemeenschap uit Montmartre en Montparnasse woonde de begrafenis bij. Jeanne Hébuterne, die naar het huis van haar ouders was gebracht, sprong twee dagen na de dood van Modigliani uit een raam op de vijfde verdieping, waarbij zowel zijzelf als haar ongeboren kind omkwamen. Modigliani ligt begraven op de begraafplaats Père-Lachaise. Jeanne Hébuterne werd begraven in het Cimetière de Bagneux, bij Parijs. Pas in 1930 mocht zij van haar verbitterde familie rusten naast Modigliani en werd zij herbegraven.
|