Het is een spreekwoordelijke vanzelfsprekendheid dat vallende katten altijd op hun pootjes terecht komen.

De kat heeft een automatische volgorde van bewegingen ontwikkeld om zeker te zijn van een veilige landing.
Als katten vallen strekken ze eerst het lichaam, te beginnen bij de kop Met de voorpoten vlakbij de kop en de achterpoten recht omhoog buigen ze hun lichaam en draaien de voorkant een halve slag, zodat het lichaam naar de grond gericht is Dan strekken ze de voorpoten omlaag en draaien ze de achterpoten opzij, waarna tenslotte het achterlijf meedraait De staart kan dienen om een te ver doordraaien te corrigeren. De kat komt neer op alle 4 de poten tegelijk, de rug gebogen om de schok zo goed mogelijk te dempen Het is echter niet zo dat de kat altijd op de pootjes terecht komt, alhoewel het wel vaak zal lukken.

Het is een spreekwoordelijke vanzelfsprekendheid dat vallende katten altijd op hun pootjes terecht komen. Dankzij het pionierswerk van een Franse fotograaf rond 1900 werd echter duidelijk welke handelingen een kat achtereenvolgens, tijdens zijn val, dient te verrichten om op zijn pootjes terecht te komen. Die fotoserie (maar ook de hedendaagse versie liet niet alleen zien dat de fotografie de wetenschappelijke waarneming aanzienlijk kon verrijken, maar ontketende ook een discussie over dit markante verschijnsel tussen fysici.

Het gaat hierbij om de mechanica van deformeerbare lichamen, dit in tegenstelling tot die van de starre lichamen: zoals bakstenen, tollen e.d., waarmee de meeste lezers vertrouwd zullen zijn. In algemene zin beschouwen we een dynamisch systeem waarbij het centrale object zelf controle heeft over een aantal parameters die de beweging beïnvloeden; daarmee hoort het probleem ook thuis in de regeltheorie.

Tot zover deze theoretisch beschrijving van de heroriëntatie van een deformeerbaar lichaam in de ruimte. De oplossingen geven een mogelijke strategie voor een kat om zich om te draaien tijdens zijn val.

Wanneer wij nu, als rechtgeaarde empiristen, de val van een echte kat bestuderen, blijkt dat ons model tekort schiet. Het blijkt dat de kat intensief gebruik maakt van zijn staart, en ook een lichte ``twist'' uitvoert.Zie hier hoe duidelijk het wel is hoe een kat haar staart gebruikt bij een oneindig diepe val ... de " twist" zit erin ... de kat roteert met haar staart ... mooi om zien in slow motion ... hoe ze uiteindelijk op haar pootjes terecht komt ....vergeet evenwel het liedje bovenaan het logje niet uit te zetten alvorens dit aan te klikken ...
Deze bevindingen vragen om een uitbreiding van ons model, hoewel we op grond van het model wel verwachten dat een echte kat zonder staart ook op zijn pootjes terecht zal komen.

Ook verwachten we dat voor een uitgebreid model de vezelstructuur van de configuratieruimte, en daarmee de analogie met een kijktheorie, zal blijven bestaan. Er moeten dus nog de nodige katten uit boom gekeken worden... euh hum !

Veel liefs ... groetjes ... Miryam
|