Algemeen
DRAADHARIGE FOXTERRIER
Land van herkomst: Engeland
Korte geschiedenis van het ras
Aanvankelijk werden alle honden van het terriertype die voor de vossejacht werden gebruikt, Foxterrier genoemd. De Draadharige Foxterrier wordt beschouwd als de oudste van de twee Foxterriervarianten. Zijn taak was vooral om vossen tijdens de jacht weer uit hun holen te krijgen. De Draadharige Foxterrier wordt door menigeen als de incarnatie van de terrier beschouwd, en toen het ras in de tweede helft van de negentiende eeuw in twee haartypevarieteiten werd onderverdeeld, werd het draadharige type steeds populairder. Vlak na de Tweede Wereldoorlog bereikte de belangstelling een hoogtepunt en werd de Draadhaar het populairste honderas in Engeland. Deze sierlijke terrier heeft niet alleen als jachthond, maar vooral ook als gezelschaps- en tentoonstellingshond altijd de belangstelling genoten van kenners.
Rasbeschrijving
De Draadharige Foxterrier moet strak, sierlijk, levendig en alert zijn.
Hoofd: langgerekt, goed opgevuld en met een zwarte neusspiegel. Ogen: klein, donker en rond met een levendige uitdrukking. Oren: klein en V-vormig met goed gevouwen en naar voren vallende lellen. Gebit: schaargebit. Hals: droog, gespierd, van goede lengte en sierlijk gebogen. Lichaam: compact en kort. De botten moeten sterk zijn. Voeten: rond, compact en klein. Staart: moet krachtig zijn, hoog aangezet en rechtop gedragen. Gangwerk: evenwijdig en licht. Vacht: dicht, zeer stug, met zacht onderhaar. De beharing op het hoofd moet de lengtewerking van de hoofdbelijning versterken. Kleur: overheersend wit met zwarte en/of tankleurige aftekening. Schofthoogte: mag bij reuen niet hoger zijn dan 39 cm, bij teven moet die iets lager zijn.
Hey Anita en Pepke... ik wens je veel succes met je schattig Foxke ...Veel liefs , dikke knuff Miryam
|