Senaat beperkt wet-Landuyt over procedurefouten drastisch

De Senaatscommissie Justitie keurde zopas een wetsontwerp goed dat de gevolgen van procedurefouten beperkt. Minder vrijspraken bij procedurefouten dus. Eerder al keurde de Kamer een wetsvoorstel van Renaat Landuyt over dit onderwerp goed, maar dat werd zopas in de Senaat grondig beperkt op voorstel van het Hof van Cassatie. N-VA en sp.a onthielden zich, VB en Groen waren afwezig.
Landuyt wilde de gevolgen van procedurefouten (een huiszoeking zonder toestemming, gebruik van geweld bij een verhoor, een illegale telefoontap...) beperken zodat de criminelen die gevat zijn niet meer vrijgesproken worden. Landuyts voorstel zegde dat de rechter kan beslissen dat onwettig verkregen bewijsmateriaal niet meer mag worden gebruikt in drie gevallen:
* Als de wet uitdrukkelijk zegt dat het bewijs nietig is als een bepaalde regel niet gevolgd is. Dat is maar uiterst zelden het geval.
* Als de procedurefout de betrouwbaarheid van het bewijs aantast. Dat is bv. het geval bij een bekentenis verkregen onder foltering.
* Als het gebruik van het bewijs in strijd is met het recht op een eerlijk proces.
Kàn of moét?
De juridische dienst van de Senaat vond dat deze wet het recht op een eerlijk proces schendt omdat de rechter in die drie gevallen niet verplicht is om het onwettig verkregen bewijsmateriaal in de prullenmand te gooien, hij "kan" het slechts doen. Hij "kan" het dus ook niét doen. Het moét nl. niet.
De Senaatscommissie Justitie vroeg een advies aan het Hof van Cassatie en dat Hof schreef zelf een tekst, waarin de visie van de juridische dienst van de Senaat werd ondersteund. Wat vond Cassatie?
* In de drie genoemde gevallen moét de rechter bewijs naar de prullenmand verwijzen. Volgens Landuyt kon dat alleen maar.
* Vervolgens besloot Cassatie dat de rechter in alle andere gevallen onterecht verkregen bewijsmateriaal nog altijd in de vuilnisbak kan kieperen. In het voorstel-Landuyt was onterecht verkregen bewijsmateriaal sowieso geldig als het niet onder die drie uitzonderingen viel.
* Tenderde vond Cassatie dat bewijs dat verkregen is omdat een verkeerde rechter zich ermee bezig heeft gehouden ook nietig moet zijn. Een voorbeeld. De politie doet een huiszoeking omdat dieren mishandeld worden. Daarvoor geeft de politierechter toestemming. Maar dan vindt de politie daar niet alleen enkele mishandelde honden, maar ook bewijzen van pedofilie. Voor dit laatste misdrijf kan een politierechter geen huiszoeking bevelen. Dat moet een onderzoeksrechter doen. In het voorstel-Landuyt zou dit bewijs over pedofilie toch gewoon geldig zijn en dat vindt Cassatie niet kunnen.
* Tenslotte vond Cassatie dat al deze regels niet gelden niet voor zover het gevonden bewijs een verdachte vrijpleit. Met dat doel kan onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal nog altijd gebruikt worden.
"Verfijning" of beperking?
Het voorstel van het Hof van Cassatie is dus een drastische beperking (Cassatie zelf noemt het "een verfijning", sic) van wat Landuyt had voorgesteld.
Hierop diende senator Philippe Mahoux (PS) een amendement met de tekst van Cassatie in. En die tekst werd nu goedgekeurd.
De sp.a onthield zich "omdat de beperking van de tekst van Landuyt te ver gaat", zo betoogde Guy Swennen. De N-VA onthield zich "omdat de regeling voor onrechtmatig verkregen bewijs in het binnenland nu anders wordt dan die voor onrechtmatig bewijs verkregen in het buitenland". Inge Faes had een amendement ingediend om beide gelijk te schakelen, maar de meerderheid stemde dat weg.
Rik Torfs had de hele hervorming van de strafprocedure, de Grote Franchimont, aan dit ontwerp-Landuyt willen koppelen, maar de Senaatscommissie splitste beide onderwerpen af en behandelde alleen het ontwerp-Landuyt. De Grote Franchimont is dus alweer afgevoerd, amper een week nadat hij is heringediend.
|