Na een aanval op de stad in 1213 door Hertog Hendrik I van Brabant, werd in 1241 begonnen met de bouw van een stevige stadsomwalling. Pas in 1290 was hij volledig voltooid. Deze verdedigingsmuur omsloot de toenmalige stadskern. Zij maakten deels gebruik van het tracé en de resten van de laat-romeinse omheiningsmuur.

De best bewaarde stukken zijn te vinden langs de Leopoldwal en de Elfde-Novemberwal. Ook bij de Moerenpoort is nog een stukje over. De middeleeuwse stadswal bevatte 6 poorten en 13 versterkte torens. De ommuurde oppervlakte bedroeg 54 ha.

In de 15de eeuw werden de stadsmuren gedeeltelijk afgebroken en in de 17de eeuw verwoestten de Fransen verschillende stadspoorten.

In de 18de eeuw werden de verdedigingsmuren hersteld, maar in de 19de eeuw moesten ze wijken voor de modernisering.