Beste bezoeker,
Via de heer Freddy Coussens kregen we duidelijke info over het restaureren van de Gentse 3-asser 378. Het betreft technische en historische informatie die héél belangrijk zal zijn in de restauratie. We danken Freddy dan ook van harte! ____________________
Gegevens over Gentse drieasser nr 378 (II)
Nota 15 april 1946 :modernisatieprogramma voor de drieassers. Elektrische bellen (80 trams), ingebouwde schijnwerpers (76 trams nog te doen), lichtseinen en rolfilms op 105 trams. Jaar 1947 : 338 wordt 378 (II) (nota omnummeringen van 23 april 1948) Er is voor de jaren 1947-51 een programma gemaakt om witte plafonds te voorzien op alle trams, de 302 tot 315 hadden dit al. In een nota van 21 juni 1948 krijgt de 378 volgende kenmerken, “als de huidige transformaties gedaan zullen zijn” : - motoren ACEC TIIId transformés (reeks 363-380) - controllers T46 (reeks 361-380) - Westinghouse rijtuigkast (reeks 363-380) Proef om verwarming voor de bestuurder tijdens de winter te installeren voorzien in 1948. (nota 2 dec 47) Ook zal er op alle rijtuigen een zitje voor de bestuurder geplaatst worden. Nota 28 januari 1948 : tijdens de oorlog werden sommige zetels uit de rijtuigen gehaald om meer plaats te maken, we plaatsen nu opklapbare banken om tijdens de spitsuren het aanbod te verhogen. Nota 22 juni 1948 : 24 rijtuigen hebben rolfilms. (378 is er niet bij) Werkhuistabellen : 378 is eind oktober 1948 in de werkplaats voor nazicht (rijtuigkast, onderhoudsbeurt) en ombouwing. (verlichting, elektrische bellen, koplampen, rolfilms) Midden november tot begin december 1948 staat de 378 in de schilderij. Vanaf december 1948 heeft de 378 motoren TIIId transformés en controllers T46 maar nog geen ingebouwde koplampen. (371 had dit al en in 1949 volgen alleen 364, 368 en 375)
378 pagina 2 In een overzicht van de gerealiseerde werken op alle trams binnen het meerjarenprogramma staat de 378 in het jaar 1949 als afgewerkt. In de planning voor de werkhuizen van 1949 : schrijnwerkerij midden april tot 3de week van mei : 378. Bekabeling 378 : juni/begin juli, nieuwe verlichting, elektrische bellen en koplampen : juni/juli, plaatslagerij : juni/juli, schilderij : juli 1949.
Meerjarenplan 1950-54, modernisatie van de rijtuigkast van alle drieassers met diverse verbeteringen : 378 is afgewerkt op 17 januari 1953.
Inventaris materieel op 1 december 1948 : voor de ombouwing(en) had de 378 volgende kenmerken : - controllers T10 - motoren Charleroi TIIId transformés - rijtuigkast van voor 1912 met langsbanken - had stoeltje voor de geleider Maar : - geen elektrische bellen - geen rolfilms - geen verwarming op stuurpost - geen witte plafondbeplating op de platformen - geen gestandaardiseerde verlichting
Op 1 december 1949 wel : controllers T46, omklapbare banken
Nog enige achtergrondinformatie : op 31 december 1949 had de serie 362-380 volgende verbeteringen : rolfilms : 1 rijtuig : 362 elektrische bellen : 4 rijtuigen : 362, 364 368 en 377 nieuwe verlichting : 4 rijtuigen : 362; 364, 368 en 377 ingebouwde koplampen : 19 stuks witte platfonds op de platformen : 1 rijtuig : 362 Er werd toen besloten om vooral de reeks 331 tot 361 volledig af te werken, de wijziging van de verlichting met het zicht op het plaatsen van rolfilms zal niet uitgevoerd worden op de sècherons die al elektrische bellen hebben. De witte plafondbeplating op de platformen worden geplaatst bij de rijtuigen die rolfilms krijgen. Nota 2 dec 47 : rijtuigen die als proef controllers TCM 80 kregen, in volgorde : 332 336 339 355 359 en 360. Kenmerken van de 338 (ex 378 I) : Westinghouse rijtuigkast (serie 316-345) Motoren TVIa (serie 326-362) Controllers TCM 80 (serie 331-360) Railremmen (serie 326-361)
Freddy Coussens, februari 2015
07-03-2015, 11:26 geschreven door dany
|