
Sinds het begin van de toetredingsonderhandelingen met Turkije in 2005 werd – zegge en schrijve – één hoofdstuk afgesloten. Na bijna zes jaar onderhandelen staan nog altijd 13 hoofdstukken open en werden er 16 in de koelkast gestopt, omdat – in EU-jargon – er nog “concrete stappen vanuit Turkije” nodig zijn om zelfs maar te kunnen onderhandelen.
Sedert negen jaar leidt de AKP, de Erdoganpartij, de dans en de politieke stabiliteit ging hand-in-hand met de economische heropleving. Erdogans’ AKP claimt de terugschroeving van de inflatie van 77% in het crisisjaar 2001 op ca. 5% dit jaar voor zichzelf en partijgenoten op: niet het IMF (Internationaal Muntfonds), dat als redder in nood ingreep en ook de miljoenen euro’s die de EU sinds jaren naar de Bosporus liet vloeien… tussen 1996 en 2005 waren dat 1300 miljoen van onze belastingeuro’s !
De Turken willen helemaal niet in de EU
Volgens recente enquêtes gelooft slechts 35% der Turken in een EU-toetreding; 60% wijst een toetreding categorisch af.
Als reden voor de vastgereden onderhandelingen geven de Turken Frankrijk en Duitsland de schuld; hun eigen tekortkomingen op het vlak van de vereiste hervormingen worden onder de tafel geveegd. De Turkse experten schrijven de oorzaak toe aan het “absoluut dieptepunt in de Turks-Duitse relaties” en de “toenemende turkofobie”.
In het beste geval is er een symbolische vooruitgang geboekt.
Erdogan is een meester in de demagogie: hij verkondigt herhaaldelijk symbolische toenaderingspogingen om de Turkse goede wil kenbaar te maken, maar concrete hervormingen in het staatsbestel blijven achterwege. Daardoor worden de nodige wetswijzigingen naar de Griekse kalender (Nvdr : in Turkije sowieso een heikel thema) geschoven en keren oude, autoritaire geplogenheden binnen justitie en politie terug. De EU antwoordt dan vervolgens met de boodschap “bezorgd te zijn over het hoog aantal meldingen van folter- en misbruikpraktijken buiten de Turkse officiële penitentiaire instellingen”. (NvdR : we hebben onze twijfels dat het er binnen de officiële instellingen humaner aan toe gaat)

In het jongste EU-voortgangsrapport wordt eigenlijk duidelijk gemaakt dat de onderhandelingen vastzitten: de onvolmaaktheden werden – naar EU-maatstaven eerder recht voor de raap – uitgedrukt met als resultaat dat de Turkse regeringschef, Erdogan, al zijn duivels losliet. Zo stelde hij dat “evenwicht” in het rapport zoek was en… dat het volgens de wensen van de tegenstanders van een Turkijetoetreding opgemaakt was!
Zelfs de meest hardnekkige Turkijelobbyisten schijnen stilletjesaan te begrijpen dat de meest elementaire begrippen van mensen- en minderhedenrechten, pers- en geloofsvrijheid of gelijkheid van man en vrouw in Turkije zoek zijn. In tegenstelling tot de verwachtingen van Ankara kan de EU slechts minimaal van de Kopenhaagse criteria afwijken. Het wordt dus duidelijk dat de sceptici gelijk hadden: Turkije kan noch historisch, noch cultureel een deel van Europa uitmaken.
Kritische journalisten worden monddood gemaakt.
De vrijheid van meningsuiting blijft een groot probleem: zolang journalisten vervolgd worden omdat er vermoed wordt dat zij lid zouden zijn van het geheime Ergenekon (nationalistisch genootschap dat in het leger en de staatsstructuren geïnfiltreerd zou zijn ; "zou zijn", niets bewijst dat het inderdaad bestaat) en dat tegen separatistische tendensen én tegen de Erdoganregering zou ageren. De paradox is dat de gearresteerde journalisten net diegenen waren die het vermoedelijk bestaan van Ergenekon aan de kaak stelden. Beiden staan voluit achter de vervolging van Ergenekon, maar tegelijkertijd aarzelden ze niet de regering te bekritiseren wegens de schending van de mensenrechten en deden ze onderzoek naar de moord op de Armeense journalist Hrant Dink, waarbij ze tot de conclusie kwamen dat de vermoedelijke daders door de staat beschermd werden.

Bovendien blokkeert Turkije bijna 4.000 internetbladzijden omwille van “willekeurige en politieke redenen en laat de Turkse internetwetgeving geen vrije meningsuiting toe. Het Turkse strafrecht biedt genoeg rekbare paragrafen om journalisten het zwijgen op te leggen. Zo kan bv. “de geringschatting van het turkendom” of het lidmaatschap van een terroristische vereniging aangevoerd worden. Erdogan heeft zich gerealiseerd wat een perfect instrument het strafrecht is om kritiek het zwijgen op te leggen. Het is dus geen wonder dat Turkije als 138ste van de 178 staten op de ranglijst van de persvrijheid (Reporters zonder grenzen) staat.
De arrestaties van de journalisten geven een eerder twijfelachtig beeld van het Turkse democratiseringsproces – en juist daarmee wil Turkije in de Arabische wereld pronken. De Turkse regering distantieert zich weliswaar van de openbare aanklager, Erdogan beweert de “vrije meningsuiting tot op het einde te willen verdedigen" (hijzelf belandde ooit in de gevangenis omdat hij in het openbaar een gedicht voorgelezen had), maar wie gelooft de man die elke kritiek smoort door met een proces wegens smaad te dreigen?
Ongeveer 60 journalisten zitten in de gevangenis, 2.000 wachten op hun proces en tegen 4.000 werd een onderzoek gestart.

Ergenekon : de kogel kwam terug
Bij het begin van het Ergenekonproces, waarbij justitie tegen hooggeplaatste militairen actie ondernam wegens een vermoedelijke geplande putsch, zag het ernaar uit dat Turkije “op de goede weg” was. In het verleden werden voornamelijk militairen en academici onder Ergenekonverdenking geplaatst. De laatste tijd echter kwamen de media in het schietveld. De openbare aanklager wees het verwijt van de hand dat de persvrijheid door de arrestaties zou aangetast worden en plaatste zijn handtekening onder de arrestatiebevelen voor medewerkers van een regeringskritisch internetforum.
Noch geloofsvrijheid, noch bescherming der minderheden
Aan de discriminatie van etnische of religieuze minderheden zoals Koerden of Christenen is er niets veranderd. Huichelaar Erdogan beschuldigt de Europese staten van “islamofobie”, alhoewel moslims in de EU hun geloof vrij kunnen belijden, in tegenstelling tot de Christenen in Turkije, zoals eens te meer bewezen werd door de onteigening van het klooster Mor Gabriel.
Eén van de voorwaarden voor een EU-toetreding is de bescherming van minderheden en geloofsvrijheid. Oordeel zelf in hoever Turkije hieraan voldoet. Jaarlijks bekeren zich meerdere honderden moslims in Turkije zich tot het christendom. En toch wordt het de christelijke gemeenschap niet toegestaan een opleiding voor de geestelijken te voorzien of les te geven in de taal van de minderheden. Nog steeds heeft de Christelijke Kerk geen officieel statuut en mogen niet-moslims geen baan als ambtenaar uitoefenen. In het beste geval zijn er kleine symbolische stapjes gezet. De Erdoganregering klopte zich lange tijd stoer op de borst met de verklaring dat ze een politieke dialoog met de Koerden geopend had, maar ook dit initiatief stierf een langzame dood, net zoals de normalisering van de betrekkingen met Armenië. Het land aan de Bosporus heeft het ook moelijk met de verlangde ondertekening en ratificering van het “raamakkoord voor de bescherming van nationale minderheden”. (NvdR : wij ook, maar dat is een ander verhaal)

Onteigening van het klooster Mor Gabriel
Na jarenlange processen moet het klooster Mor Gabriel, één van de oudste Christelijke kloosters, een stuk van haar grondgebied afstaan. Zo werd er aangevoerd dat met de landbouwopbrengsten anti-Turkse activiteiten zouden gefinancierd worden. En er volgt nog een proces, waarbij een bos zal onteigend worden, omdat er geen bosbeheer meer plaats vind. Men vergeet erbij te vermelden dat ontelbare Syrisch-orthodoxe Christenen tot een exodus gedwongen werden.
Knelpunt Cyprus
Het Europees Parlement was nogal duidelijk in het voortgangsrapport dat Turkije zichzelf in het Cyprus-knelpunt blokkeert. Na vijf jaar heeft Turkije het zgn. Ankaraprotocol nog steeds niet geratificeerd ; dit voorziet de opening van de Turkse zee- en luchthavens voor de republiek Cyprus. Bovendien werd de terugtrekking van het Turkse leger uit Cyprus en een stop op nieuwe nederzettingen van Turkse burgers in het bezette Noord-Cyprus geëist.
Turkije blijft halsstarrig bij zijn standpunt dat de EU eerst de beloofde beëindiging van de isolatie van Noord-Cyprus moet uitvoeren. Een EU-besluit van 2004 werd nog steeds niet in daden omgezet. Juist deze stugge houding is de oorzaak dat vele hoofdstukken in de ijskast gestopt werden. Waarom er ooit toetredingsonderhandelingen begonnen werden met een land dat een gedeelte van EU-lidstaat bezet houdt, is niet te begrijpen.

Turkse kerncentrales in aardbevingsgebied
Hoe hardleers de Turkse regering is, blijkt ook aan het vasthouden van de atoomplannen. Alhoewel Japan nu het sprekende voorbeeld is, wil Turkije – één van de meest risicovolle aardbevingsgebieden ter wereld – de stijgende vraag naar energie oplossen met nieuwe kerncentrales.
Ruzie om visumvrijheid voor terugkeerakkoord
Jaarlijks doorkruisen tienduizenden illegalen Turkije als transitland. Bijgevolg wordt een terugkeerakkoord met Turkije vanuit de EU als een belangrijke stap gezien om de migratiestroom binnen de perken te houden. Ankara verlangt voor de verplichte terugkeer echter onderhandelingen over het visumvrije verkeer van Turken. De Turkse buitenminister dringt aan op een gelijke behandeling zoals met de Balkanstaten en Rusland.
Juist met de Balkanstaten hebben enkele EU-landen slechte ervaringen opgedaan. Na de afzwakking van de visumvoorwaarden voor Bosnië-Herzegovina, Servië, Macedonië of Albanië werd in het algemeen geprobeerd om deze nieuwe reisvrijheid uit te buiten om – in plaats van de toegestane drie maanden – voor altijd in het bezochte EU-land te blijven. Reisbureaus zijn er inmiddels in gespecialiseerd en asielaanvraaginstanties worden bestormd, alhoewel er helemaal geen asielreden voor handen is. Door de visavrijheid werd de toestroom van ontelbare Roma op gang gebracht, die vooral naar de staten met een goed sociaal netwerk trokken. Dat voedt natuurlijk de vrees, dat hele heerscharen Turken de reisvrijheid zullen benutten om voor eeuwig en altijd in de EU te verblijven.

Terwijl het EU-parlement bevestigt dat, pas na een daadwerkelijke implementatie van het terugkeerakkoord, over het visaprobleem kan gediscuteerd worden – en daarmee de stellingname van de EU-sceptische staten ondersteunt – is de EU-commissie van mening dat een visumplicht toch altijd weer kan ingevoerd worden, mocht Turkije er niet in slagen de illegale migratie van de eigen bevolking in te dammen. De daarvoor verantwoordelijke EU-commissaris Cecilia Malmström wil de visavrijheid voor de Turken forceren.
AKP wil de Buitenlandturken vangen
Van de ca. 5 miljoen Turken in het buitenland zijn er ca. 3 miljoen kiesgerechtigd. Men gaat ervan uit dat de meerderheid dezer Buitenlandturken conservatief is, potentiële AKP-kiezers dus. Met de verkiezingen van juni 2011 in zicht, probeerde de Erdoganregering het de Buitenlandturken mogelijk te maken per brief of per e-post te stemmen, kwestie van dit niet te verwaarlozen kiezerspotentieel voor de AKP te vangen.

Een daarvoor opgestelde wet werd in 2008 door het Turkse Grondwettelijk Hof verworpen en de kiescommissie heeft de verantwoordelijkheid nu gedelegeerd naar de resp. Turkse diplomatische gezantschappen en consulaten, want er blijft niet meer voldoende tijd om de technische en veiligsheidsvoorzorgen te nemen vóór de verkiezingen.
Een Turk zal zich altijd Turk voelen
Hoe sterk het nationaliteitsgevoel van de Turken is en hoe dit vanuit het oorsprongsland bij de geëmigreerden telkens weer aangewakkerd wordt, blijkt duidelijk uit de boodschappen van Erdogan en co. aan de Buitenlandturken dat ze moeten, dat ze verplicht zijn Turken te blijven. In februari 2008 verklaarde hij zelfs n.a.v. een bezoek in Duitsland dat assimilatie een “misdaad tegen de menselijkheid is”. Bij zijn volgende bezoek, in februari 2011, stelde hij dat het leren van de Turkse taal absolute voorrang op de Duitse taal moest hebben.
Als ten slotte de Turkse integratieraadgever meende, dat Duitse taalonderricht in Turkije in dat land als een provocatie opgevat wordt, dan zag hij zich – tot zijn verbazing – geconfronteerd met een tegenwerping uit Oostenrijk.

Het moet toch niet extra in de verf gezet worden dat alle integratiemoeite van een land getorpedeerd wordt als de immigranten vanuit hun oorsprongsland de boodschap krijgen niet te veel integratiebereidheid aan de dag te leggen en de taal van het gastland als van een mindere orde te beschouwen. Met taalcursussen zou de Turkse regering de migratiegewillige Turken betere kansen bieden. Maar daarin is men niet geïnteresseerd. Instituten zoals het eigen Bureau voor Buitenlandturken of het Bureau voor Geloofskwesties – en natuurlijk de Erdoganuitlatingen bij zijn Duitslandbezoeken - moeten de invloed op de Buitenlandturken in stand houden.
Turkse OVSE-secretaris-generaal? (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa)
Met een eigen kandidaat wou Ankara de verkiezing van de vroegere ÖVP-Buitenlandminister Ursula Plassnik tot secretaris-generaal van de OVSE verhinderen. Indien een Turk secretaris-generaal van de OVSE zou worden, dat zou dat ongeveer hetzelfde betekenen als de stroper tot boswachter benoemen. De OVSE verplicht zich ertoe toe te kijken op de vrede en de mensenrechten in Europa.
Een secretaris-generaal uit een land, dat in de voorbije jaren steeds weer bombardementen op Koerdische stellingen in Noord-Irak uitvoerde, systematisch etnische en religieuze minderheden in eigen land discrimineerde , zowel de mensenrechten als de vrijheid van meningsuiting minachtte en– zelfs nu in de 21ste eeuw – vrouwen nog steeds als tweede klas wezens zonder rechten beschouwt, dat zou pas een godslastering van alle Europese waarden zijn.
Het stoppen van de toetredingsgesprekken is al lang over datum
Met intentieverklaringen kan de EU zich niet meer tevreden stellen. Hoe de EU zich zal verdiepen in de klacht tegen de journalisten en de kloosteronteigening en eventueel de toon tegenover de Turkse regering zal verscherpt worden, is af te wachten. Met de systematische minachting van pers- en geloofsvrijheid in Turkije wordt de geloofwaardigheid van de EU als waardengemeenschap op het spel gezet.
Er mag geen begrip ontstaan voor Erdogans’ gelijkschakeling van islamofobie en antisemitisme. Hier worden twee zaken vermengd, die met elkaar absoluut niets te maken hebben. Bovendien is het Erdogan aan te raden eerst in Turkije de systematische discriminatie van christelijke religies te doen stoppen vooraleer hij in Europa de moraalridder over geloofsvrijheid komt spelen. En als hij meent de China de les te moeten spellen n.a.v. de Oeigoerenprotesten in 2009 “volkerenmoord op het Oeigoerse broedervolk”, dan zou hij beter eerst eens de volkerenmoord op de Armeniërs leren inschatten. Ten slotte zou het stilletjesaan tijd worden dat de EU-staten de Turkse inmenging in binnenlandse aangelegenheden, zoals de integratie, gaan verbieden. En aan een oplossing voor het Cyprusconflict gelooft zelfs niemand meer.
Ondanks alle schone schijn timmert de Erdoganregering aan de islamisering. Als Erdogan zelfs van een “Islamitische Unie” droomt, dan moet men zich toch echt afvragen waarom de EU eigenlijk nog toetredingsonderhandelingen met Ankara voert. Het zou veel nuttiger zijn deze onderhandelingen onmiddellijk stop te zetten en gesprekken over een geprivilegieerd partnerschap te openen.
Want steeds weer bewijst Turkije niet rijp te zijn voor de EU.
Bron: Andreas Mölzer, FPÖ Euro-parlementslid
Bewerking : Floriaan Terbeke
|