Lente
Wanneer de zon loodrecht boven de evenaar staat begint bij ons de lente. De astronomische lente begint op het noordelijk halfrond meestal op 20 maart. De meteorologische lente begint op 1 maart.
Dag en nacht
Dag en nacht duren op de eerste lentedag overal ter wereld even lang. In ons land duurt de dag waarop de lente begint ongeveer 10 minuten langer dan de nacht. Deze verschillen zijn het gevolg van de tijdstippen van opkomst en ondergang van de zon. Deze tijdstippen hebben betrekking op de bovenrand van de zon. Bovendien is de zon door breking van stralen in de atmosfeer nog kort zichtbaar terwijl zij in werkelijkheid al onder is.
Oplopende temperatuur
Als de luchttemperatuur direct en alleen op de zon zou reageren, zou 21 juni (de langste dag) de warmste moeten zijn. Die dag zou dan midden in de zomer moeten vallen. In werkelijkheid loopt de temperatuur langzamer op. Dat komt door de invloed van oceanen en zeeën. De opwarming van zeewater door de zon gaat langzamer dan de opwarming van land. Een deel van de warmte wordt meteen teruggegeven aan de lucht. Een ander deel van de warmte komt in diepere aard- en oceaanlagen terecht. Die diepere lagen in de oceaan geven hun opgeslagen warmte langzaam af aan de lucht.Lente
Aan de kust begint het warmere seizoen later dan in het binnenland. Dit komt door de invloed van het nog koude water van de Noordzee en overheersende aanvoer van lucht vanaf zee. Als de seizoensindeling alleen zou afhangen van de temperatuur, dan blijkt dat de lente in Zuid-Limburg gemiddeld al op 9 maart begint en op Terschelling pas op 23 maart.
Klimatologische lente
Volgens de klimatologische indeling is de lente begonnen op 1 maart en duurt dit seizoen tot en met 31 mei. Zo kunnen seizoenen beter met elkaar vergeleken worden.
Vroeger leerden we op school dat de lente, zomer, herfst en de winter telkens begonnen op de 21ste. Blijkbaar is dat onjuist en vragen de experten nu dat aan te passen.
|