Niemand hoefde
En elke dag maar blijven lachen ik ging gewoon mijn eigen gang gaf met liefde alle aandacht maar was intussen zelf zo bang
Toch bleef ik elke dag weer lachen leek er met mij niets aan de hand opeens werd alles me te machtig en wist ik, dit houdt niet lang stand
Maar niemand hoefde het te weten die angst en spanning was van mij ik, die alles zelf dacht op te lossen liet elke dag die lach weer vrij
De nachten sliep ik bijna wakend de angst van levend dood te onderdrukken want ik, ik kon toch altijd alles en ook dit zou mij wel lukken
Ik dwaalde af naar waar ik niet wou zijn en zo is het lachen mij vergaan maar nu kan ik weer stralen met liefde weer in het leven staan.
|