De pijn door het einde van uw vorige relatie is nog altijd heftig. U bindt zich liever niet meer om nog meer pijn te voorkomen. U blijft oppervlakkig in uw nieuwe relatie, u durft zich niet te geven of u begint er zelfs helemaal niet meer aan.
Start u toch een nieuwe relatie? Dan hebt u allerlei strategieën om u in te dekken. Soms doet uw partner dat ook. Mooie momenten afzwakken. Het uiterlijk van uw partner innerlijk bekritiseren. Complimenten van de ander wantrouwen. Flirten met anderen om het gevoel te hebben nog in trek te zijn, mocht de relatie toch ooit mislukken.
Een dergelijke relatie heeft weinig kans van slagen. De angst voor de mislukking van de relatie werkt als een voorspelling die zichzelf vervult.
Hoe ontstaat het?
De angst om zich aan iemand te binden is tegenwoordig een van de grootste struikelblokken in relaties. De boosdoener is altijd een teleurstelling in het verleden: een verstoorde emotionele band met de ouder(s) of een mislukte relatie.
Hoe komt u ervan af?
Bent u uitermate gemotiveerd om iets van uw leven en relatie te maken? Dan hebt u met Mind Tuning® een grote kans van slagen.
Wat is de beste training?
Gewoonlijk voldoet groepscoaching uitstekend. Persoonlijke coaching heeft een exclusief karakter en is niet echt noodzakelijk. Wilt u héél snel uw persoonlijke coaching? Overweeg vipcoaching.
De bondingpsychotherapie werd begin jaren 70 ontwikkeld en in praktijk gebracht door Daniel Casriel (1924-1983). Hij was een Amerikaanse psychiater en psychoanalyticus in New York. Hij noemde de therapie New Identity Process (NIP). Later kreeg de therapie de naam bondingpsychotherapie.
Bondingpsychotherapie is een intensieve vorm van groepstherapie, waarin pijnlijke gebeurtenissen uit het verleden in een veilige omgeving emotioneel kunnen worden herbeleefd en verwerkt. De term bonding staat voor het proces dat gekenmerkt wordt door emotionele openheid bij lichamelijke nabijheid. Bonding wordt gezien als een natuurlijke behoefte, net zoals de behoefte aan lucht en voedsel.
Bondingpsychotherapie is een interactief groepstherapeutisch proces voor de behandeling van stoornissen, die ontstaan wanneer basale psychosociale behoeften die gerelateerd zijn aan neurobiologische processen, niet vervuld worden. De cliënt moet gemotiveerd zijn voor deze intensieve behandeling. Dan kunnen deze stoornissen verbeteren met behulp van ervaringsgerichte, lichaamsgerichte, non-verbale en verbale methoden. Speciale technieken kunnen worden aangeleerd. Deze zorgen voor essentiële veranderingen. Van belang hierbij is een ondersteunende emotionele relatie van de cliënt met de groep en de therapeut.
Veel mensen hebben in hun vroege kinderjaren een veilige hechting gemist. Onder een veilige hechting wordt verstaan dat je jezelf veilig kan voelen bij een belangrijke hechtingsfiguur (meestal de moeder of vader), bijv. in een situatie waarin er gevaar dreigt. Een eenvoudig voorbeeld is een dar kind zich brandt aan een strijkijzer of van zijn fiets valt en getroost wordt door zijn moeder en/of vader. Het kind leert hierdoor dat het in een moeilijke of pijnlijke situatie terug kan vallen op zijn ouders. Ook leert het dat het pijnlijke emoties mag uiten. Dit zorgt ervoor dat het kind hulp, steun of troost leert zoeken bij een betrouwbare andere persoon. Dat is een belangrijk kenmerk van veilige hechting. Zou het kind gestraft of weggestuurd worden, wanneer het in bovengenoemde situatie troost zoekt, dan kan het negatieve gevoelens en gedachten over zichzelf ontwikkelen. Bijvoorbeeld Ik ben niet belangrijk, ik doe er niet toeof ik ben niet om van te houden of ik heb geen recht op troost of genegenheid, ik moet dit eerst verdienen. Uit onderzoeken is gebleken dat wanneer ouders niet juist op de emotionele behoeften van pasgeborenen inspelen, er geen goede hechting plaats vindt en babys gedragsproblemen kunnen ontwikkelen. Dit kan leiden tot bijv. problemen met slapen, eten of veel huilen. Het kan zelfs in extreme gevallen leiden tot overlijden wanneer er helemaal geen lichamelijke en emotionele nabijheid is. Bekend hierover zijn gegevens van weeshuizen in de Tweede Wereldoorlog, waarin babys soms ernstig verwaarloosd werden en zelfs overleden omdat er te weinig hechting plaats vond. Het ervaren van weinig veiligheid als kind kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan het zijn dat een van je ouders een lichamelijk of psychiatrisch probleem had (bijv. een ernstige ziekte of een alcoholverslaving), waardoor hij/zij er niet voor je kon zijn als kind. Of je komt uit een groot gezin en je ouders moesten zo hard werken om het gezin te onderhouden, dat ze geen tijd meer hadden om je aandacht en liefde te geven. Het missen van veiligheid in de belangrijke kinderjaren kan ertoe leiden dat je later moeite hebt met lichamelijke nabijheid van een ander en met het ervaren en doorgeven van genegenheid. Ook kunnen de negatieve gevoelens en gedachten, die je over jezelf ontwikkeld hebt, ertoe leiden dat je jezelf vaak somber of ongelukkig voelt of dat je erg onzeker en angstig bent. In de bondingpsychotherapie wordt gewerkt met oefeningen die gericht zijn op het losmaken van onderdrukte negatieve emoties uit het verleden. Dit wordt gecombineerd met het ervaren van lichamelijke nabijheid van de ander. Hierdoor wordt er ruimte gemaakt voor nieuwe en positievere ervaringen. En dit kan leiden tot een beter zelfbeeld en een beter psychologisch evenwicht. Wanneer je onveilig gehecht bent heb je vaak angst om je te binden en/of angst om verlaten te worden. Dit is vaak de basis van veel relatieproblemen en kan door deze therapie worden overwonnen. Mede dankzij een groeiend besef van het belang van een veilige hechting in de kinderjaren is in de laatste jaren de interesse voor de bondingpsychotherapie gegroeid. Door het ingrijpende en emotionele karakter van de sessies stuit deze therapie soms op een zekere weerstand, zowel bij cliënten als bij therapeuten. Door de jaren heen is de effectiviteit van deze methode bewezen, ook wetenschappelijk.
In Europa wordt bondingpsychotherapie toegepast in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Italië, Portugal, Slovenië, Zweden, en Zwitserland. Elk land heeft zijn eigen vereniging. Nederland en België vormen samen de Vereniging voor Bondingpsychotherapie (VBP). De Europese vereniging is aangesloten bij de European Association of Psychotherapy.
Stauss, K. Kösel-Verlag (2006), Bondingpsychotherapie, Grundlagen und Methoden
Struijk, A. (1997). Tegenoverdracht en bondingpsychotherapie. Handboek Groepspsychotherapie, aug. 1997;
De Klerk-Roscam Abbing J. (1994). De Casrielmethode. Handboek Groepspsychotherapie, jan. 1994 (pp M4.1 1-34);
Kooyman, M. (1990). Tederheidstekort en verslaving. In: Tederheid, over de gevolgen van tederheidtekort bij mens en dier. Uitg. SIGO (Stichting voor Interdisciplinair Gedragswetenschappelijk Onderzoek). A.D. de Groot en J.P. Kruijt (Red.), blz. 89-100. Boom: Meppel.
Höfler- Zimmer D. & Kooyman, M.(1996). Attachment transition, addiction and therapeutic bonding. An integrative approach. In: Journ. of Substance Abuse Treatment, 13(6) pp. 511-519.
Geerlings P. en De Klerk-Roscam Abbing J. (1985). Cathartische activerende, psychodynamische groepstherapie. Tijdschrift voor Psychotherapie. Jaargang 11, pp 1-19;
Casriel D. Grosset & Dunlap, New York (1972). A scream away from happiness;
Martens J. (juli 2001). Bondingpsychotherapie in een residentiële setting voor de behandeling van drugsgebruikers. In W.R. Buisman e.a. (Red.), Handboek verslaving. (B 6119-1-34). Houten/Diemen : Bohn Stafleu Van Loghum.
Martens, J. (2000). Psychotherapiegroepen voor cliënten met harddrugverslavingen. In T. J. G. Berk et al., Handboek groepspsychotherapie (pp. N3.1-N3.44). Houten/ Diegem : Bohn StafleuVan Loghum.
Sommige mensen kunnen zich niets mooiers voorstellen dan verliefdheid. Met je hoofd in de wolken heb je het gevoel dat je alles met die ander wilt delen.
Bang om je te binden
Maar stel dat je het van het woord 'relatie' al benauwd krijgt. Je maakt het uit zodra je partner over samenwonen begint of je piekert er zelfs niet over om op iemand af te stappen. Hoe ga je om met bindingsangst van jezelf of je partner?
Kwetsbaar Bindingsangst is het gevoel dat je vrijheid verdwijnt als je een relatie aangaat. Je partner mag nooit écht dichtbij komen. Juist op het moment dat het serieus wordt, kap je de relatie af. Dat is namelijk het moment dat je je kwetsbaar voelt.
Bindingsangst en verlatingsangst hebben veel met elkaar te maken. Mensen met verlatingsangst zijn eigenlijk bang om zich te binden en mensen met bindingsangst vrezen juist dat ze verlaten worden. Ook worden beide angsten groter naarmate de relatie intiemer is.
Geen smoesje Bindingsangst wordt vaak als smoesje gebruikt om een relatie uit te maken. Toch is het een bestaande psychische stoornis, die ontstaat vanuit onbewuste en niet verwerkte emoties. Zaken die een rol kunnen spelen zijn onzekerheid en een pijnlijk verleden. Misschien heb je weinig genegenheid van je ouders ontvangen. Of iemand die je dierbaar was, heeft ooit je vertrouwen geschonden. Bewust of onbewust probeer je nieuwe pijn te vermijden.
Tijdelijk of structureel? Iedereen heeft wel eens last van een lichte bindingsangst. Twijfels over een relatie en de stappen die je daarin zet, zijn natuurlijk heel normaal. Maar soms wordt de angst structureel en overheersend. Wees eerlijk tegen jezelf en kijk in hoeverre de volgende stellingen voor jou gelden:
Ik wil wel een vaste relatie, maar ik kom niet verder dan kortstondige liefdes. Na een paar weken slaat altijd de twijfel over mijn nieuwe partner toe. En dan begin ik mijn leven als single te missen.
Ik vraag me altijd af of het wel de ware is. Misschien loop ik wel wat beters mis.
Mijn partners waren allemaal te makkelijk. Ik wil meer spanning!
Ik maak het uit als mijn partner teveel aandacht vraagt.
Op vakantie gaan samen met mijn partner? Ja dááág! Ik ga veel liever met vrienden.
Ik wil niet praten over samenwonen of kinderen krijgen. Dat ligt nog zover in de toekomst.
Ik val altijd op mensen die geen interesse hebben in een vaste relatie.
Herken je veel in deze stellingen? Dan is er een grote kans dat je last hebt van bindingsangst.
Ook vrouwen Bindingsangst wordt meestal afgedaan als een probleem waar veel mannen last van hebben. Psycholoog Henk Noort denkt hier anders over. Uit zijn boek 'Wat mannen echt willen' blijkt juist dat meer mannen een vaste relatie willen dan vrouwen. Alleen noemen vrouwen het vaak 'bindingsangst' als een man niet gelukkig is met de relatie, maar daar nauwelijks over praat. Dat betekent niet dat ze last hebben van een psychische stoornis, maar dat ze zich emotioneel anders uiten dan een vrouw. Maar dit zal wel veranderen, meent Noort, nu steeds meer mannen bezig zijn om hun EQ te ontwikkelen.
Als je partner last heeft van bindingsangst, probeert hij of zij voortdurend afstand te scheppen. Het vergt veel energie en geduld van beide kanten om daar verandering in te brengen. Er is alleen kans op en gezonde en hechte relatie als beide partners de bindingsangst erkennen en er ook wat aan doet. Je kunt elkaar daarin zo veel mogelijk steunen. Toch zul je allebei moeten aanvaarden dat er altijd een zekere afstand blijft.
Zorg dat je nooit je zelfrespect verliest. Je hebt het recht om net zoveel liefde te ontvangen als je geeft. Bedenk wel dat iedereen liefde geeft op zijn eigen manier. Probeer een balans te vinden tussen geven en nemen. Blijft de bindingsangst ondanks al jullie inspanningen bestaan, dan komt er een moment dat je de relatie moet beëindigen.
Oplossingen Accepteer niet zomaar je bindingsangst hebt. Als je jezelf aanpraat dat het gewoonweg bij je hoort, kom je er ook nooit vanaf. Probeer met de volgende tips om de werkelijke oorzaak van je bindingsangst te achterhalen:
Praat. Binding is geen kwestie van magie, maar van goed overleg. Door gesprekken te voeren over je relatie, voorkom je misverstanden en spanning.
Gun jezelf de tijd om naar een relatie toe te groeien.
Zoek niet naar de perfecte partner. Twijfelen over de beste keuze is funest voor je relatie. Probeer je eerst oprecht te binden. Als je na verloop van tijd denkt dat jullie toch niet bij elkaar passen, heb je pas het recht om het uit te maken.
Als je er zelf niet goed uitkomt, kan een psycholoog uitkomst bieden. Samen leer je valse overtuigingen of weggestopte pijn onder ogen zien. Als je de oorzaak kent, kun je aan oplossingen werken.
Maar stel dat je het van het woord 'relatie' al benauwd krijgt. Je maakt het uit zodra je partner over samenwonen begint of je piekert er zelfs niet over om op iemand af te stappen. Hoe ga je om met bindingsangst van jezelf of je partner?
Kwetsbaar Bindingsangst is het gevoel dat je vrijheid verdwijnt als je een relatie aangaat. Je partner mag nooit écht dichtbij komen. Juist op het moment dat het serieus wordt, kap je de relatie af. Dat is namelijk het moment dat je je kwetsbaar voelt.
Bindingsangst en verlatingsangst hebben veel met elkaar te maken. Mensen met verlatingsangst zijn eigenlijk bang om zich te binden en mensen met bindingsangst vrezen juist dat ze verlaten worden. Ook worden beide angsten groter naarmate de relatie intiemer is.
Geen smoesje Bindingsangst wordt vaak als smoesje gebruikt om een relatie uit te maken. Toch is het een bestaande psychische stoornis, die ontstaat vanuit onbewuste en niet verwerkte emoties. Zaken die een rol kunnen spelen zijn onzekerheid en een pijnlijk verleden. Misschien heb je weinig genegenheid van je ouders ontvangen. Of iemand die je dierbaar was, heeft ooit je vertrouwen geschonden. Bewust of onbewust probeer je nieuwe pijn te vermijden.
Tijdelijk of structureel? Iedereen heeft wel eens last van een lichte bindingsangst. Twijfels over een relatie en de stappen die je daarin zet, zijn natuurlijk heel normaal. Maar soms wordt de angst structureel en overheersend. Wees eerlijk tegen jezelf en kijk in hoeverre de volgende stellingen voor jou gelden:
Ik wil wel een vaste relatie, maar ik kom niet verder dan kortstondige liefdes. Na een paar weken slaat altijd de twijfel over mijn nieuwe partner toe. En dan begin ik mijn leven als single te missen.
Ik vraag me altijd af of het wel de ware is. Misschien loop ik wel wat beters mis.
Mijn partners waren allemaal te makkelijk. Ik wil meer spanning!
Ik maak het uit als mijn partner teveel aandacht vraagt.
Op vakantie gaan samen met mijn partner? Ja dááág! Ik ga veel liever met vrienden.
Ik wil niet praten over samenwonen of kinderen krijgen. Dat ligt nog zover in de toekomst.
Ik val altijd op mensen die geen interesse hebben in een vaste relatie.
Herken je veel in deze stellingen? Dan is er een grote kans dat je last hebt van bindingsangst.
·Bindingsangst is het gevoel dat je vrijheid verdwijnt als je een relatie aangaat. Iemand met bindingsangst kan daardoor niet echt intiem zijn. ·Hoe herken je mensen met bindingsangst?
1. Ze hebben veel korte relaties na elkaar. 2. Ze blijven twijfelen of hun partner wel de ware is. 3. Ze geven hun geliefde het gevoel dat hij of zij te veel aandacht vraagt. 4. Ze brengen meer tijd met hun vrienden door dan met hun geliefde. 5. Als ze een relatie hebben, willen ze niet lang samen zijn. Een vakantie samen zien ze vaak niet zitten. 6. Plannen maken voor de toekomst, zoals praten over samenwonen of kinderen krijgen, gaan ze uit de weg. ·Als je een relatie hebt met iemand met bindingsangst, blijft er afstand tussen jullie bestaan. Het is erg moeilijk daar verandering in te brengen. Tenzij je lover dit probleem erkent en eraan wil werken, is het verstandig er een punt achter te zetten en iemand te zoeken die niet bang is voor intimiteit.
Separatieangst, separatieangststoornis of verlatingsangst is een psychische aandoening die zich bij kinderen (meestal tussen zeven en negen jaar oud) en soms jongvolwassenen (tot achttien jaar) kan ontwikkelen. In het DSM-IV is de aandoening ingedeeld bij de ontwikkelingsstoornissen.
Kinderen in de leeftijd van achttien maanden tot drie jaar ervaren meestal angst of spanning als hun ouders de kamer verlaten. Vaak zijn kinderen bang voor verlating als ze voor het eerst naar school gaan. Normaal gesproken verdwijnt deze angst snel als hun aandacht wordt verlegd of als ze hun omgeving gaan verkennen. Vanaf de leeftijd van vier hebben kinderen meestal geleerd om enige tijd alleen te zijn.
Als de angst of spanning echter niet op een normale manier verdwijnt, kan er sprake zijn van separatieangst. Het kind is dan overmatig gespannen of angstig als de ouders er niet zijn of heeft erg veel heimwee in een onbekende omgeving. Soms projecteren kinderen hun spanning en maken zich zorgen om het welzijn van hun ouders of verzorgers.
Separatieangst kan optreden tot het achttiende levensjaar. Als deze niet geheel is verwerkt, kan deze nog optreden als symptoom van bredere ziektebeelden, bijvoorbeeld bij de borderline-persoonlijkheidsstoornis.
In de fase van ontwikkeling ongepaste en overmatige angst over separatie van huis of mensen waarmee een sterke binding bestaat. Dit blijkt uit drie of meer van de volgende criteria:
herhaalde overmatige spanning bij (anticipatie van) verlating van huis of mensen waarmee een sterke binding bestaat.
aanhoudende en overmatige zorg over het verliezen van mensen waarmee een sterke binding bestaat of zorgen over hun welzijn.
aanhoudende en overmatige zorg dat een onverwachte gebeurtenis tot separatie leidt (bijvoorbeeld verdwalen of gekidnapt worden).
aanhoudende terughoudendheid of weigering om naar school of ergens anders heen te gaan uit angst voor separatie.
aanhoudende en overmatige angst of terughoudendheid om alleen te zijn of belangrijke mensen te thuis missen of belangrijke volwassen op andere plaatsen.
aanhoudende terughoudendheid of weigering om te gaan slapen zonder een belangrijk persoon in de buurt of om uit logeren te gaan.
herhaalde nachtmerries over vormen van separatie.
herhaalde fysiologische klachten (bijvoorbeeld hoofd- en maagpijn, misselijkheid, braken) als een belangrijke persoon weggaat of als dit wordt verwacht.
De duur van de stoornis is minimaal vier weken.
De stoornis treedt op voor het achttiende levensjaar.
De stoornis veroorzaakt klinisch duidelijk lijden in de sociale omgang, op school of op andere belangrijke terreinen.
Bindingsangst is een begrip uit de psychologie. Het duidt het gevoel of gedrag aan dat iemands vrijheid verdwijnt zodra een relatie wordt aangegaan. Iemand met bindingsangst heeft daardoor meestal problemen met intimiteit.
Zijn verlatingsangst en bindingsangst hetzelfde? Ik zie geen verschil!
Aan de ene kant zijn bindingsangst en verlatingsangst het tegenovergestelde van elkaar, terwijl de begrippen aan de andere kant ook veel gemeen hebben. Een ingewikkelde toestand. Daarom eerst een uitleg van beide termen: Stel, u wilt graag een relatie aangaan. Zodra u de man of vrouw van uw dromen heeft veroverd, bent u bang hem of haar te verliezen. Deze angst is zo sterk dat het leidt tot conflicten en uiteindelijk zelfs een breuk (terwijl u dat eigenlijk niet wilt!). Dit noemen we verlatingsangst.
Het omgekeerde komt ook voor: u vindt voor de zoveelste keer een partner en gaat voor de zoveelste keer een relatie aan. Maar zodra de partner te dichtbij komt en de relatie te echt wordt, krijgt u het benauwd en maakt u een einde aan de relatie. Dit noemen we bindingsangst.
Verlatingsangst is dus de vrees dat een relatie wordt beëindigd terwijl bindingsangst juist de angst is om een intensieve relatie aan te gaan. Toch hebben beide soorten angsten veel met elkaar te maken. Want het blijkt dat mensen met verlatingsangst eigenlijk bang zijn om zich te binden en dat mensen met bindingsangst juist vaak bang zijn om verlaten te worden. Daarnaast hebben beide soorten angsten gemeen dat ze groter worden naarmate de relatie intiemer is. Ook leiden beide soorten angsten vaak tot het einde van een relatie.