Ik weet er is haat. Haat in elke straat. In elk dorp of stad. Ja we weten dat. En dat maakt het leven toch zo triest. Als de vriendschap is vermist. Ik zou het toch zo fijn vinden. Als iedereen was met iedereen vrienden. Want dat te zien doet pijn aan het hart. Al die ruzie en die smart. Kijk aub eens allemaal in ons hart. naar dat éné puntje zwart. Laat het ons verwijderen. En dat zal ons verblijden. Ik doe alvast mijn best. Laat nu volgen al de rest.
Moest ik met de lotto winnen. Ik zou direct weten wat er mee te beginnen. Eerst koop ik mijn droom. Een outo citroen DS3 uit het het autosalon. Zo een rode met wit dak met strepen. Ik zou het wel weten. En mijn kinderen en kleinkinderen eens goed in de watten leggen. Ja ik weet wel wat te zeggen. Daarna goed voor ons tweetjes zorgen. Voor onze oude dag van morgen. Maar ik doe nooit aan de lotto mee. En we zijn daar heel tevreden mee. Dus win ik elke dag. We besparen dat met een lach.
De dood is een raar beest, dat vreest iedereen het meest. Men komt het u niet vragen, of je die sprong wilt wagen. De sprong in het onbekende, waar er al zijn die je kende. Maar er zijn er ook die er om vragen, en die sprong wel willen wagen. Maar de dood is voor iedereen gelijk, ééns sterven,is voor iedereen gelijk
Soms wordt ik s'morgens wakker en denk "alé,ik voel mij een beetje zwakker." Maar denk dan weer, " t'ja,ik ben geen 20 meer " Ik zou dit ook niet meer willen, want toen hadden we van die gekke grillen. Nee,een tiener wil ik niet meer zijn, dat is voorbij,en dat was fijn. Nu moeten we kijken in het vooruitzicht, naar de toekomst dievoor ons open ligt. Hopelijk brengt die ons nog wat vreugd, want gelukkig zijn,doet zo een deugd. Dus,wordt ik dan nog maar wat wakker, gezond,maar een beetje zwakker.
Wie heeft er nog tijd om een babbeltje te maken ? En hun dagelijkse bezigheden er te voor staken ? Niemand meer en dat doed zeer. Weinigen hebben er nog tijd, of zijn,er de goesting voor kwijt. Nochtans,het doed zo een deugd, eens te praten over verdriet of vreugd. Het zou ieder veel leed besparen. Want het hart,moet veel verdragen. En we moeten het goed verzorgen. We hebben het nodig,vandaag en morgen. Mensen wees blij dat je nog praten kunt. En dat je alle dagen,het leven wordt gegund.
Een huisjesslak was aan het kruipen. Ja,,alé,,aan het sluipen. Om aan de overkant van de straat te geraken. Maar ze moest halverwege staken. Want er kwam een auto aan,en pardoes. ze werd plat gereden tot moes. Zodus slakken zijt kontent. En blijf waar je bent!!
Hoor de vogeltjes maar fluiten. Het zonneke roept ons buiten. Om te fietsen of te wandelen. Ik vind dat we nu moeten handelen. Daar te zitten en niets doen. Dat is geen fatsoen. Lekker genieten van de hof. Ja dat is tof.
Ik heb verdriet,dat men niet ziet. Verdriet om een vriendin. die ziek is,en men het niet ziet. Ze gaat een tijd tegemoet. Waar men veel geduld nodig heeft,en moed. hopelijk gaat het tij voor haar vlug keren.
En haar gezondheid mag weder keren. Ik wens haar veel sterkte en moed. En zeg haar"hopelijk gaat alles vlug weer goed "
Ik ben blij dat er vrienden zijn. Die te hebben dat is fijn. Ik wil er ook zijn voor hun. Hun te steunen,door dik en dun. En dan samen genieten van het leven. Want het duurt toch maar héél even.
Wat ik denk van mijn vrienden ? Zo,zal men er niet veel vinden. Steeds paraat. Met woord en daad. En met een glimlach op het gelaat. ze staan me bij in alle nood. Ja hun vriendschap,die is groot. Ik zal me in hun nooit vergissen. Hun vriendschap,kan ik niet meer missen. Ik ben dan ook zo blij. Dat ze er steeds zijn,voor mij.
Wees blij,wees blij. De lente is nabij. Nog enkele dagen. En we moeten niet meer klagen. De winter is dan voorbij. Voor jou zowel als voor mij. En nu nog de zon. Ik wou dat dit alle dagen kon.
Je was pas 16 en nog naief. Voor jou was het een simbool. " Het hebben van een lief " Ik zag je graag,zoals je was. Maar jij bedoelde het niet zo, en dat besefte ik later pas. Je hield van snelle wagens en plezier. Je hart was daar,en niet hier.. Toen op de dag ,dat je in zo een wagen je leven verloor. Dat was voor mij,als het kloppen van een boor. Het leven gaat voort. Maar vergeten doe ik je nooit
Onder de bomen, lag ik te dromen, van hoe het ooit is geweest. tussen de bomen, zag ik jou komen, je bent ooit mijn grote liefde geweest. nu ben ik wat grijzer, en ook wat wijzer. En gelukkig zoals ik ben. Soms blijf ik dromen , van die bomen. En hoor ik soms nog jou stem.
Ben ik oud en versleten? Ik zou het niet weten. Weet je wel? Ik voel mij goed in mijn vel. Een rimpeltje hier,een rimpeltje daar. Telkens in een nieuw jaar. Ja,Echtig Ik wordt 63. En je zult dit horen. Ik voel mij weer herboren.
VANDAAG GINGEN WE NAAR HET ZWEMBAD. DAT GEEFT ZO EEN VREUGD. WANT DAT PLOETEREN IN DAT WATER. DOET AAN ONZE SPIEREN EN GEWRICHTEN ZO EEN DEUGD. DAARNA ZIJN WE ZO ONTSPANNEN. EN ZO OP ONS GEMAK. DAT WE ALLE STRESS VERBANNEN. JA DAT HEBBEN WE WEERAL GEHAD.
IK WOU DAT HET AL ZOMER WAS. EN DAN GROEIDE GOED HET GRAS. IK WOU DAT DE ZON AL SCHEEN. EN AL DAT SLECHTE WEER VERDWEEN. DAN KUNNEN DE BLOEMEN TERUG GROEIEN. EN HET GEZANG VAN DE VOGELTJES ONS BOEIEN. DAN MAG TERUG IN DE KAST DIE DIKKE JASSEN. EN KUNNEN WE TERUG ONZE ZOMERKLEREN PASSEN. DE WINTER HEEFT WEL ZIJN CHARMEN. MAAR IN DE ZOMER KAN DE ZON ONS BETER VERWARMEN. IK ZAL NOG WAT GEDULD MOETEN HEBBEN. EN ONZE HOOP NOG WAT WEG LEGGEN. EENS BETERT HET IMMERS WEER. EN DAN GENIETEN WE ALWEER.
ELKE MORGEND ROND KWART VOOR ACHT. WORDEN WIJ DOOR ONZE LUNA VERWACHT. DIE LIGT IN DE LIVING TE SLAPEN. EN HEEFT DAAR HEEL DE NACHT GEWACHT. EERST EEN BEETJE ETEN. DAT MOGEN WE ZEKER NIET VERGETEN. DAARNA GAAN WE SAMEN WANDELEN IN DE NATUUR. WEER OF GEEN WEER,SOMS EEN WANDELING VAN EEN UUR. DIE WANDELINGEN DOEN TOCH ZO EEN DEUGD. DAN ZIJN WE HEEL DE DAG IN VREUGD.