In mijn fietsboekje staat te lezen dat je na het fietsen de eiwitten in je lichaam moet aanvullen! Eieren, vis, mager vlees, noten, zuivelproducten en rijst.
Mijn lieve vrouw heeft, op mijn vraag, omelet met garnalen en Spaanse aardappelen (tortilla) klaargemaakt. Het enige wat ik moet doen is mijn benen onder tafel steken en zeggen dat het lekker is. Op dinsdag komt er altijd wat meer spanning op mijn beenspieren. Kleine scheurtjes die dan weer opgelapt moeten worden tegen de volgende rit. Zo niet raak je al snel helemaal in de lappenmand.
Gilbert, onze ouderdomsdeken, weet daar alles van. Op hem zit er nog steeds maar een klein percentage slijtage. Hij lijkt wel een Mercedes oldtimer met een pas gerenoveerde motor.
'Je was beter schrijver geworden, dan coureur', zegt hij. Met koersen valt niets te verdienen, voegt hij er gekscherend aan toe. Dat weet ik zo nog niet. Een gratis sandwich is snel verdiend!
Op mijn terugweg kom ik Ghislain tegen. Dat gebeurt wel vaker. We groeten elkaar altijd. Voor mij is hij de man die met z'n armen trapt. De benen waarmee hij vroeger zoveel successen oogstte zijn letterlijk en figuurlijk afgesneden, maar dat belet hem niet om zoveel als het kan op pad te gaan. Daarbij schuwt hij de Polderwind niet.
Zo zijn er nog wel sporters die, ondanks brute pech of fysieke mankementen, blijven doen wat ze al die jaren graag gedaan hebben. Sporten. In beweging blijven.
In onze fietsgroep zijn er nog wel meer mensen die hun vervaldatum bereikt of overschreden hebben. Met hun respectievelijke kwaaltjes kan je een grote wachtzaal van een dokterskabinet vullen!
Voor mij zijn zij, stuk voor stuk, de echte kampioenen van de fiets!
dc
|