Open Monumentendag 2017: tuinwijk "de Logis" in Watermaal-Bosvoorde.
De coöperatieve vennootschap "Le Logis" werd opgericht in 1921 door een groep werknemers van de staatsbank "Algemene Spaar- en Lijfrentekas" (ASLK), waar zich later ook werknemers van andere openbare diensten bij aansloten. Deze organisatie kocht 32 ha grond, gelegen in de Drie Linden, een plateau tussen het dal van Woluwe en de Watermaalbeek. De wijk werd gebouwd tussen 1922 en 1924, en werd nog tot 1951 stelselmatig uitgebreid. In totaal werden er 726 familiewoningen, 164 appartementen, 9 winkels, 3 kindertuinen en een sociaal centrum neergezet.
Twee architecten waren betrokken bij het ontwerp ervan: Louis Van Der Swaelmen (1883-1929) stond in voor de schikking van de wijken en van de huizen en plantsoenen en Jean Eggericx (1884-1963), de hoofdarchitect, voor het ontwerp van de huizen. Ze lieten zich daarbij inspireren door Engelse tuinwijken van georgistische urbanist Ebenezer Howard, de stichter van de garden city movement, en door Nederlandse sociale woonwijken, die Van Der Swaelmen had leren kennen in Nederland tijdens WO1.
Dit "dorp in de stad" heeft vaak gefigureerd in films, waaronder "La Rupture" (1970) van Claude Chabrol, en twee films van de Brusselse regisseur Jaco Van Dormael, "Toto le héros" (1991) en "Mr. Nobody" (2009).
|