De terroristen van tegenwoordig hebben het blijkbaar erg op het toerisme voorzien. Met Londen troffen ze niet alleen een economisch centrum, maar meteen een populaire toeristische bestemming; en door zich te richten tegen het openbaar vervoer troffen ze in het bijzonder de reizende mens. Met de autobommen is Sharm el Sheikh wordt wel een zeer typische toeristenplaats als doelwit genomen.
Al zien wij het dagelijks woon-werkverkeer niet meer als reizen, en zeker niet als toerisme, toch is het een belangrijk aspect van onze mobiliteit. Deze mobiliteit zien wij graag als één van onze moderne verworvenheden, en wij kunnen die nauwelijks missen. Een aanslag op onze mobiliteit wordt dan ook aangevoeld als een aanslag op onze moderne levenswijze. Nu is het vrij algemeen bij religieuze fanatici dat zij zich afkeren van onze moderne levenswijze; zo wijzen bijzonder vreedzame lieden als de Amish in ondermeer Amerika consequent het gebruik af van elektriciteit of verbrandingsmotoren. Gewelddadige fanatici, die zich op om het even welke religie beroepen, zullen deze afkeer tonen op gewelddadige manier.
Wanneer wij gebruik maken van het openbaar vervoer leggen wij ons lot min of meer in handen van anderen, van het systeem. Zelfs op tram of bus hangen we af van het vakmanschap van de wattman of de bestuurd(st)er. Wanneer meerijden met de bus ook al gevaarlijk wordt, dan vermindert ons vertrouwen in het systeem tenminste, dat is wat de terroristen proberen te bereiken.
Er zit dus een zekere logica in de keuze van het openbaar vervoer als doelwit voor bomaanslagen, net zoals er een logica zit in de keuze voor typische vakantieplaatsen. De modale vakantieganger wil op zijn strandvakantie liever niet denken aan gevaar, of dat nu komt van de natuurelementen of van bomaanslagen.
Daarbij zullen ze in het geval van de typische vakantiebestemmingen rekenen op grote bijval van de lokale bevolking. Voor die lokale bevolking is het toerisme niet bepaald een zegen : te moeten vaststellen hoe die Westerlingen daar hun weelde komen etaleren, en hun levenswijze opdringen, kan zeer frustrerend zijn, zelfs voor degenen die een graantje meepikken van de economische baten van het toerisme.
Zelfs in landen waar het toerisme een belangrijke bron van inkomsten vormt, heeft het gros van de bevolking daar weinig voordeel bij. De weldaden van de toeristische industrie reiken zelden verder dan tien kilometer van de kust of de eventuele toeristische trekpleister in het binnenland. Twee dorpen van de kust zal je vaak vergeefs zoeken naar elektriciteitsvoorziening of bedeling van drinkbaar water.
De reactie daarop is meestal nogal dubbel : enerzijds wil men vasthouden aan de traditionele levenswijze, anderzijds vindt men dat men ook recht heeft op enkele voordelen van het moderne comfort. Zelfs als ze vasthoudt aan haar bhurka, zal een vrouw het toch waarderen als ze geen uren per dag met kruiken water meer moet zeulen.
Precies de bhurka illustreert hoe zeer onze westerse levenswijze in conflict kan komen met die traditionele levenswijze. Het sleuren met kruiken water zal niet bepaald als een waarde gezien worden, maar kledingsvoorschriften worden daar wel toe gerekend. Zelfs de Amish die sommigen misschien nog kennen van de film Whitness - hebben hun kledingsvoorschriften die in onze ogen op zijn minst vreemd aandoen. Gelukkig zijn het zoals gezegd zeer vreedzame lieden, die zelfs nauwelijks reageren als toeristen ze aangapen en fotograferen als waren ze een exotische diersoort.
Maar in sommige culturen wordt vreedzaamheid niet als een waarde gezien, integendeel. Soms zijn het precies wapens en geweld die tot de waarden gerekend worden.
Als dit soort traditie samengaat met frustratie omwille van de tentoongespreide welstand en de totaal verschillende levenswijze, dan is het niet te verwonderen dat er kandidaten gevonden worden om bommen te leggen. Maar zich niet verwonderen is nog lang niet begrijpen laat staan aanvaarden of goedkeuren.
|