‘In het verleden werd de cavalerie vooral ingezet om de orde te handhaven’, zegt Vincent Janssens, commissaris van de federale politie te paard. ‘Maar wij waren al langer vragende partij om dat takenpakket uit te breiden. En nu wordt daar werk van gemaakt. In Schaarbeek controleren we aan de scholen en op het naleven van het parkeerreglement. In Deinze is er de test met de verkeerscontroles.’

Oog in oog met truckers

En dat laatste zorgt voor een bizar beeld. Acht agenten te paard vulden gisteren de rol in van de klassieke agent met toorts. ‘Ze controleren op gordeldracht en bellen achter het stuur’, zegt Janssens. ‘Wat zeer goed lukt, want eigenlijk zit een agent te paard in een bevoorrechte positie voor zo’n controles. Zij hebben van ver al een mooi zicht op de chauffeur, omdat ze wat hoger zitten. Ze kunnen zo veel makkelijker zien of iemand al dan niet aan het bellen is. Zeker bij vrachtwagens is dat het geval. Met die chauffeurs kunnen wij via het raampje ook direct contact hebben. Een grondpatrouille kan dat niet, zij geraken zo hoog niet.’

Zeer diep buigen

Maar die kunnen wel veel makkelijker even hun hoofd naar binnen steken bij gewone personenwagens. Al mogen we volgens Janssens de cavalerie op dat vlak niet onderschatten. ‘Agenten te paard krijgen een zeer specifieke training op flexibiliteit. Ze leren zeer diep buigen om contact te houden met gewone wandelaars. Vanop hun paard kunnen ze daardoor ook probleemloos praten met iemand in de wagen of zelfs boorddocumenten ­aannemen.’

Wel geeft hij toe dat er één praktisch probleem is aan verkeerscontroles uitvoeren op een paard. ‘De achtervolging. Negeert een bestuurder de controle, dan kunnen we maar voor een kort stuk de achtervolging inzetten. Maar daar zijn de grondpatrouilles voor. Met hen zullen we altijd nauw samenwerken.’

Als het pilootproject in Deinze positief wordt ­geëvalueerd, dan zul je in de toekomst nog agenten te paard verkeerscontroles zien uitvoeren.