
11 juli 2007 en het Vlaamse heir staat immer pal.
Het heir ? Waar ? Hebben wij ooit een heir gehad ? Een echt leger met mannen in uniformen die tegen mekaar schreeuwen dat ze ernaar snakken een heldendood te mogen sterven voor hun Vlag, hun Vaderland (Moederland voor de losse handjeswuivers), hun Vorst -en als die op zeilvakantie mocht zijn in Sicilië- voor hun Premier en zijn trouwe vazallen en paladijnen ? Zoiets hebben wij nooit gehad, een eigen leger. Hebben we zelfs ooit een eigen Vaderland gehad ? Vlaanderen Vrijstaat, Republiek Vlaanderen, de Vlaamse Voorschot, zelfs geen Islamitisch Rijk der Vlaanders, alhoewel dit laatste binnen handbereik ligt.
Soms hadden wij een leger van liefhebbers zoals in 1302. Slagers, wevers, kuipers, smeden, boeren die van hun kreupelhout pijlen wisten te maken en die na de strijd kreupel uit de Groeningerbeek klauterden op zoek naar tensoplast. Zo'n leger met een oorlogszuchtige monnik uit Saaftinge in de gelederen, verdwaalde ridders die zich van kamp hadden vergist (oh pardon, on s'est trompé, on peut vous joindre ?) , een aanvoerder met een lapje voor het oog en zeshonderd Franchimontezen die met vermanende vinger terug werden gestuurd, wegens 166 jaar te vroeg op het rendez-vous. De oorlogsamateurs uit het Vrije Brugse en omstreken bezorgden het onoverwinnelijke Franse leger een voorsmaakje van wat dat in 1954 in Dien Bien Phu zou meemaken. Hendrik Conscience,was lokaal oorlogscorrespondent uit het dorp Antwerpen (zij deden niet mee met "de boeren", alleen als ze een mooi uniform zouden krijgen en in plaats van het wachtwoord "schild en vriend" eisten zij als slogan "Antwààrrepe Ooefdstàt van de wèreld").
Of dacht u dat de Boerenkrijg gevoerd werd met Vlaamse soldaten onder leiding van Generaal Van Gansen, een man met de bekwaamheden van de Admiraal van Stratego en omringd door rondrazende spionnen ? Als een Sansculot een heimelijke spion aanraakte, zakte deze in mekaar en mocht hij niet meer meespelen. Maar neen, deze opstand van enkele maanden was een hartenkreet van verworpenen, stiekem gesteund door de kerk en haar dienaars, die akkoord gingen dat de liefhebbende deelnemers voor eigen heerd mochten vechten maar eerst voor het katholieke outer dat zijn talrijke bezittingen en rijkdommen niet graag afstond aan de bandeloze zondaars uit het Zuiden. De Vlamingen zonder uniform maar steeds bereid zich in de pan te laten hakken voor andermans bezit, veroveringsdrang en idealen.
Geen heir, geen vaderland. En telkens in dienstbaarheid van legers van anderen : het ABL, de Armée Belge/Belgisch Leger. Of van de vijand van het ABL en dan zitten we helemaal met de gebakken peren. Van de Belgen moeten we in het Frans creperen in de loopgraven van West-Vlaanderen, een koning die bescheiden tevreden is ridder genoemd te worden, belooft ons monts et merveilles als we gehoorzaam blijven sneuvelen. Na de oorlog is hij zijn geheugen verloren en zijn vrouw schoolt zich om van verpleegster tot privé musicienne van Mao Tse Dong. Anderen beloven ons zeemzoet een eigen Heimat, een privé Land des Lächelns, als we gegen Engeland mitfahren, maar we eindigen sneeuwblind tegen de muren van Stalingrad en de kleinkinderen van de bevroren idealisten lopen nog rond met een zwart kruisje op het voorhoofd.
Geen heir, geen vaderland, geen geluk en toch véél liefde, veel dromen. En we praten er graag over. Sommigen althans.
De Vlamingen hebben nooit het vanzelfsprekende gevoel gekend in een eigen land te leven. Daarom dat het zo moeilijk is voor bijvoorbeeld Nederlanders om aan te voelen hoe subtiel die Vlaamse Beweging in mekaar zit, over welk emotioneel gemis we praten. Het zijn de mensen met een gemakzuchtige geest die de Vlaamse Beweging herleiden tot een taaltwist : onze taal houdt stand, leeft, evolueert, wordt door ieder van ons om beurten misbruikt maar ze blijft overeind, omdat ze diep in onze emoties wortelt en omdat ze onze identiteit bevestigt tegen de simpele ééntaligen uit de beboste heuvelgebieden. Onze taal voert al eeuwen een partizanenstrijd, zij vermomt zich als de Vlaamse minnares van de onderwijzer uit Sluis, Hendrik van Dale, maar ze gedraagt zich als een geraffineerde Vlaamse breezerslet die knarsetandend faciliteiten gedoogt in afwachting van de grote afrekening.
Ieder beschavingsprobleem dat zich voordoet in de Europese Unie, economisch, sociaal, cultureel laat ook zijn sporen na bij ons in het land B. Maar elke vernieuwing, verandering, crisis of wat het ook zij, wordt extra bezwaard door de Vlaams-Waalse tegenstellingen. En na honderd jaar mag wijlen kardinaal Mercier gelijk hebben : "la Belgique sera latine ou ne sera pas". Monseigneur, ik toeter even naar de hemel : "Laat België Romaans en Frans blijven, wij Vlamingen trekken er uit. Het heeft lang genoeg geduurd, we zijn jullie beu. Dag Monseigneur, tot nooit meer".
Wij hebben er de buik vol van elk jaar 12 miljard euro in de bodemloze koolmijnputten te storten en zelfs geen afgemeten "merci" te krijgen. Wij zijn jullie Waalse ministers beu die ons regeren zonder dat we er enig democratisch verhaal op hebben. Wij zijn ook die belachelijke poppenkastfamilie uit Laken hartsgrondig moe : hun enige functie is Geert Hoste te verzekeren van een behoorlijk inkomen. En wij worden het echt moe al die verhalen van Waalse politici die uit zijn op eigen profijt en gewin en de kassa's van de openbare diensten leegroven, die wij komen bijvullen.
En, mes amis, weten jullie dat vele Vlamingen eczeem aan de maagwand krijgen als ze elke dag vaststellen hoe hun leefomgeving, hun dorpen, hun wijken, hun steden, hun eigen Vlaanderen, verpietert tot het niveau van Arabische woonwijken met moskeeën, minaretten, arrogante moslims die onze leefwijze en tradities ridiculiseren. Meer dan wie hebben wij, Vlamingen een degelijke kennis en besef van onze cultuur, die sedert eeuwen behoort tot de meest toonaangevende op deze planeet. Laat ons trots voor deze waarheid uitkomen, die men ons overal ter wereld gracieus meedeelt, meestal enigszins verbaasd over de bescheidenheid waarmede wij met deze culturele erfenis omgaan.
Wij hebben van niemand lessen te ontvangen in fatsoen, wellevendheid en tolerantie. Wij respecteren anderen, helaas ook als dezen ons minachten. Wij zijn geen geweldenaars die met bommengordels om onze lenden onze wil, onze overtuiging opleggen. Het is onze aard niet en misschien is dat jammer.
11 juli is een aanleiding, een herdenking maar ook de formele hoop dat dit land en zijn inwoners zichzelf mogen worden.
LEVE VLAANDEREN !!!
Ray (Angeltjes)
07-07-2007, 09:32 geschreven door Gerda De Ryck
|