De Vlaams-Belangfractie in het Vlaams Parlement heeft een analyse gemaakt van de voornaamste VRT-programmas waarin politici worden uitgenodigd.
Tijdens de periode 1-11-2006 t.e.m. 29-04-2007 werden de programmas: Het Journaal, De Zevende Dag, Terzake en Morgen Beter geanalyseerd.
Bij deze analyse werd enerzijds nagegaan hoeveel maal een item aan bod kwam dat rechtstreeks handelde over een idee, voorstel, programmapunt, beleidsdaad van
een bepaalde politieke partij (of kartel) of politicus.
Volgende uitzendingen werden bekeken :
Programma |
Journaal |
7de Dag |
Morgen Beter |
Terzake |
Aantal uitzendingen |
149 |
33 |
36 |
114 |
Totaal van de analyse :
CD&V/NVA |
SP.a |
VLD |
Vlaams Belang |
Groen! |
169 |
167 |
165 |
37 |
31 |

Conclusie van deze analyse :
Deze analyse toont duidelijk aan dat de VRT het meest aandacht besteed aan de Vlaamse politieke partijen die deel uitmaken van de Vlaamse of federale regeringen.
SP.a, VLD en CD&V/N.VA kwamen samen maar liefst in 87% van de politieke berichtgeving aan bod.
Het Vlaams Belang op Vlaams niveau de grootste oppositiepartij en op federaal niveau de op één na grootste oppositiepartij kreeg in slechts 7 % van de gevallen enige aandacht.
Uitschieter is het programma Terzake waar de Vlaamse en federale regeringspartijen samen in maar liefst 92% van de gevallen aan bod kwamen. Het Vlaams Belang moest hier tevreden zijn met een schamele 3%.
Voorstellen van het Vlaams Belang
Voor het Vlaams Belang moeten de kernwoorden van de openbare omroep VRT zijn : onafhankelijk, informatief en objectief in de informatieverstrekking en de duiding, vooruitstrevend, vernieuwend en breed toegankelijk voor alle Vlamingen in de programmatie.
De openbare omroep, gefinancierd met overheidsgeld, dus met belastingsgelden, moet zich houden aan de strikte regels van objectiviteit en neutraliteit.
Het Vlaams Belang pleit dan ook bij het niet respecteren van de opgelegde objectiviteit en neutraliteit - voor de invoering van een sanctiesysteem, met intrekking van een gedeelte van de overheidsdotaties. Een onafhankelijke mediaregulator (naar het voorbeeld van de Franse mediawetgeving van 1986) moet instaan voor het respect voor de vrije meningsuiting op radio en televisie in het bijzonder wat politieke en algemene informatieve programmas betreft en moet op regelmatige basis aan het parlement meedelen hoe vaak en hoe lang iedere partij aan het woord komt in de media.
Door het bijhouden en politiek ook analyseren van dergelijke objectieve cijfers is het voor de omroepen onmogelijk om het uitsluiten of het beperkt aan bod laten komen van partijen of kandidaten onder de mat te vegen, wat in Vlaanderen meestal het geval is.
|