Kom binnen, Wind ! Kom binnen !
Doet Uw intrede door de spleten van mijn kapotte voordeur en vereer mij met Uw bezoek. Doe wat stof opwaaien, en streel die gescheurde reklame-affiche die nog als enige mijn kale muren siert. Verfris met Uw kille adem het toilet, waar de huiseigenaar reeds jaren geleden mij van de deur ontlaste, om ze ergens in zijn buitenverblijf te plaatsen. Weest U alstublieft voorzichtig met die oude gebarsten vaas, die ooit nog de schouw van mijn grootmoeder zaliger sierde. Om gordijnen te doen wapperen bent U helaas te laat. Die werden enige tijd geleden, samen met de schamele inboedel die mij toen nog restte, op bevel door mijn laatste bezoekers grinnikend in een verroeste afvalkontainer gegooid en gedeporteerd. De reden waarom stond uitgebreid vermeld op een stuk papier dat ik zorgvuldig onder mijn op de vloer gegooide versleten matras bewaar. Die vindt U boven, in dat zolderkamertje waar ooit mijn derdehands slaapkamer stond. Het moge U behagen om U langs de smalle krakende trap voorzichtig naar boven te begeven en met uw aanwezigheid de stank van een onlangs bij de buren onder enthousiast gehuil van vreugde weerloos gekeeld schaap te verwijderen.
Veel kan ik U niet bieden, mijn vriend, tenzij een naar chloor en naar nog wat volstrekt onschadelijke chemische produkten ruikend kraantjeswater en een lichtjes gespleten drinkglas, dat als enige mijn pompbak nog bemant. Maar haast U zich dan, want ik ontving reeds de mededeling dat eerstdaags de toevoer zal afgesneden worden. Weeral een kost minder. Maar, als het U zal behagen om mij na het vallen van de duisternis een bezoek te brengen : in het hokje dat men ooit ‘de keuken’ noemde, hangt aan een dunne antieke elektrische draad een tot nu toe nog funktionerende gloeilamp, alsook in het zolderkamertje, waar mijn niet echt fris riekende matras de helft van de vloer bedekt. In het wc-hokje zal geen licht zijn. Is voor U – neem ik aan – geheel overbodig, want meer dan wat wind zal U er waarschijnlijk niet laten. Zal U bij Uw vertrek het kapotte raam dat op het ingezakte koertje uitkijkt voorzichtig willen passeren aub ? Ik zal alvast het stuk karton, dat samen met nog wat glasscherven vruchteloos probeert om mij tegen de langs daar binnenkomende kou te beschermen, wegnemen. Het is helaas een van de weinige dingen die mij nog resten en ik ben eraan gehecht, ziet U.
Ik dank U voor Uw bezoek, mijn vriend de Wind.
Het ga U goed. Tot binnenkort ! Ramuntxo
|