Staans komt Marie tegen op de markt daar het lang is geleden dat ze elkaar hebben gesproken vraagt Marie:"Hoe is het met U ?" Staans:"Met mij is alles goed" Marie:"En hoe is het met Uw man ?" Staans:"Weet jij dan niet dat hij vorige week is begraven?" Marie:"Daar weet ik niets van, was hij dan ziek?" Staans:"Helemaal niet niet!" Marie:"Is hij soms verongelukt ?" Staans:"Ook niet." Marie:"Maar wat is er dan gebeurd?" Staans:"Wel, we zitten 's morgens aan het ontbijt en ik zeg: 'Carel ga in de tuin eens een witte kool snijden dan maak ik die deze avond klaar'. Hij gaat met een mes in de tuin en het duurde en bleef duren voor hij terug kwam. Ongerust ging ik zien waar hij bleef. Ik vond hem op het hofpad badend in een plas bloed, dood." Marie:"En wat heb je dan gedaan?" Staans:"Dan heb ik 's avonds maar een doos bonen opengedaan!"
|