Jongetje met knuffelbeer h.17 cm. Gegoten in silicone vorm.
Plooikaars h. 16 cm.
Draaikaars h. 14 cm.
Set van 3 tafelkaarsen h. 20 cm., 15 cm. en 10 cm
Kegel h. 26 cm.
Hart h. 9 cm.
Kaars, gegoten in PVC - buis met een diameter van 12 cm, en een hoogte van 40 cm., met gebruik van 4 lonten.
Set sfeerkaarsjes h. 5 cm.
Vierkant h. 15 cm. met gebruik van 4 lonten.
Flesje h.17 cm. Gegoten in silicone vorm.
Holle kaars h. 10 cm.
Pyramide h. 24 cm.
Koppeltje h. 30 cm. Gegoten in silicone vorm.
Pyramide h. 20 cm.
Setje glazen potjes.
Tafelkaarsen h. 20 cm.
Uil h. 15 cm. Gegoten in silicone vorm..
Drijfkaarsjes kikkers.
Oostenrijkse jager. Gegoten in silicone vorm.
Set stompkaarsen h. 20 cm., 15 cm. en 10 cm.
Kaarsen in allerlei vormen, kleuren en geuren
Kaarsen maken als hobby
16-10-2006
Blokjes maken
We hebben nu alle materialen in huis om met het echte werk te starten, en dat is wat we vandaag ook gaan doen. Ik zal jullie stap voor stap, aan de hand van mijn eigen werkmethode, maten en gewichten, uitleggen wat we moeten doen om een kaars te bekomen. Daar gaan we dan. Wanneer we een mozaiekkaars willen maken, moeten we uiteraard eerst onze blokjes gieten. Daarvoor hebben we nodig ; de parafine, de stearine, de kleurpastilles, de geurolie, één of meerdere metalen platen ( van onze koekjesdozen ), het conservenblik, de kookpot en het aardappelmesje. We vullen de kookpot met water, tot ongeveer 1/4de van de hoogte van ons blik, en zetten hem op een middelmatig vuur, dit om te vermijden dat waterdruppels zouden opspatten tot in de parafine. We wegen nu 1 kg. parafine af, en deponeren het in het blik. Nu moeten we ook onze stearine bijvoegen. Als maatstaf hanteer ik 15% van het gewicht van de parafine, in dit geval dus 150 gr. Terwijl ons brouwsel rustig staat te smelten, kunnen we onze kaarsvorm klaarmaken. Eerst bekijken we welke doormeter deze heeft, en we nemen de lont voor deze maat erbij. We mikken de lont door het gaatje onderaan de vorm, en duwen ze zo lang, tot ze er langs de andere kant weer uit komt. Een goede raad ; raak de binnenkant van de vorm liefst niet aan met de vingers, dit om afzetting van vet en zweet te voorkomen. Leg een knoopje aan het uiteinde van de lont, maar trek het niet volledig dicht. Neem een ijzeren staafje ( van onze fietsnaaf, weet je nog ? ), en steek dit door het lusje. Nu kunnen we het knoopje stevig aantrekken. Op de rand van de vorm zie je twee uitsparingen. Daar leggen we ons staafje in. Bij sommige vormen zijn deze uitsparingen niet aanwezig, dus moeten we zelf het midden bepalen, en het staafje daar plaatsen. Span nu de lont aan en dicht het gaatje met een bolletje klei. Knip de lont af. Ziezo, onze vorm is klaar. We gaan eens een kijkje nemen bij onze parafine, en zien dat er al een heel deel gesmolten is. Tijd dus om onze kleurstof toe te voegen. We nemen 2 gr. van onze kleurpastilletjes, en voegen ze bij de parafine. Eventjes zacht omroeren. Dit doen we nog enkele malen, totdat de parafine volledig gesmolten is, en de kleur zich ten volle vermengd heeft. Wanneer dat gebeurd is, kunnen we onze geurolie bijmengen. Ikzelf voeg 15 ml. geurolie bij, maar het staat u vrij om hiermee te experimenteren. Roer alles goed om, maar niet te hevig, zodat er zich geen luchtbelletjes kunnen vormen. Nu kunnen we onze plaatjes gaan vullen. De inhoud van ons conservenblik is voldoende voor het gieten van 7 plaatjes. Het is eventjes oefenen, maar na enkele keren gaat het als vanzelf. De truuk is eenvoudig. Je giet de parafine op de plaat, en wanneer de parafine zich volledig sluit, is de juiste hoeveelheid bereikt. Als er na het gieten van de 7 platen nog wat in de pot blijft, kan dit verdeeld worden over de platen. We laten nu alles ongeveer 15 minuutjes rusten, afhankelijk van de temperatuur. Hoe kouder, hoe sneller de parafine stolt. Om te weten wanneer de blokjes gesneden kunnen worden, voelen we heel voorzichtig aan de oppervlakte van de parafine. Wanneer deze hard aanvoelt en niet meer aan de vingers kleeft, kunnen we proberen te snijden met het aardappelmesje.Wanneer we bij de eerste snede nog vloeibare parafine aan de oppervlakte zien komen, wachten we nog even, en even later herhalen we onze poging. De grootte van de blokjes zouden we op ongeveer 1x1 cm. moeten krijgen, maar afmeten gaan we dat zeker niet doen. We snijden eerst volledig in de éne richting, daarna in de andere. Nu moet alles goed afkoelen. Ikzelf zet de platen 30 minuten in de vriezer, of 1 uur in de koelkast. Wanneer alles goed afgekoeld is, kunnen we alles van de platen halen, en de stukken die nog samen hangen, gewoon van elkaar breken. Zo, onze blokken en onze vorm zijn klaar. Nu kunnen we stilaan beginnen denken aan het gieten van onze kaars. Dat is voer voor een volgende bijdrage. Alvast veel plezier met het maken van de blokjes, en tot de volgende keer.
Hier zijn we weer met de volgende stap. Om een kaars te bekomen, hebben we natuurlijk een gietvorm nodig. Deze zijn te koop in allerlei vormen en afmetingen, de éne al iets mooier dan de andere, maar allemaal de moeite waard om te maken. Uiteraard kunnen we ook onze eigen creativiteit aanwenden en gebruik maken van eigen vormen., zoals een leeg glazen yoghurt-potje, een terracotta-potje, zelfs een harde kartonnen verpakking ( zoals bijvoorbeeld van chips ) is geschikt als vorm voor onze kaarsen. Hou er wel rekening mee, hoe eenvoudiger een gietvorm is, hoe beter de kaars zal branden. Sierlijke vormen zoals het koppeltje dat u op mijn blog ziet, ogen wel heel mooi, maar zijn bestemd als sierkaars. Zij stellen erg teleur wanneer zij worden gebrand. Bij de vorm hoort ook klei, die we nodig hebben om het gaatje, dat zich onderaan de vorm bevindt, en waar we later de lont gaan doorsteken, af te dichten, zodat de vloeibare parafine langs daar niet weg kan lopen. Zeker niet vergeten aan te schaffen dus ! Op het bijgevoegde fotootje ziet u een greep uit de verschillende vormen die er zoal te koop worden aangeboden. Onze lont is ook een heel belangrijk onderdeel voor het goed functioneren van de kaars. Eerst en vooral moeten we weten dat er lonten bestaan voor verschillende soorten kaarsen. De ronde lont, die gebruikt wordt voor gelkaarsen, de lont voor tuinkaarsen, en de platte lont. Deze laatste is degene die wij moeten gebruiken. Zaak is, om de juiste maat lont voor de juiste maat kaars te gebruiken. Je raadt het al, er bestaan verschillende maten in onze lont, te koop in kleine verpakkingen van 10 m., maar ook op bobijnen van 100 m., en zelfs 1000 m. Deze laatste categorie is meer bedoeld voor de professionele kaarsenmaker. Bij het normale kaarsen maken als hobby, beveel ik de bobijnen van 100 m. aan, ook al wegens het enorme prijsverschil met de kleinere verpakking. De maat van de lont staat vermeld op de verpakking, en geeft de doormeter aan van de kaars, die we hiermee kunnen maken. Zo spreekt het voor zich, dat we in een kaars met een doormeter van 4 cm., geen lont steken voor een kaars met een doormeter van 8 cm. Het gevolg zou zijn ; een hele grote vlam en onnoemelijk roken. Het gebruik van een te dunne lont is ook geen goed idee. De kaars "verzuipt", druipt af, krijgt een hele kleine vlam,, en dreigt te doven. Benader dus zo nauwkeurig mogelijk de lontmaat. Wanneer we een yoghurt-potje, een terracotta-potje of een ander potje gebruiken met een vaste bodem, moeten we gebruik maken van een wiekplaatje, om onze lont aan de bodem te bevestigen. Dit zijn kleine ronde plaatjes met een gleufje in het midden, om onze lont in vast te maken. We steken de lont erdoor, en knijpen met een tangetje het opstaande randje goed stevig dicht, zodat onze lont er niet meer uit kan glippen. Daarna lijmen we met behulp van silicone het plaatje met de lont aan de bodem van het potje. Let erop, dat het plaatje in het midden zit. We gebruiken silicone, omdat, na het uitbranden van de parafine, het plaatje makkelijk kan verwijderd worden, en het potje opnieuw kan worden gebruikt. Zo, dit was het weer voor deze keer. We weten nu ongeveer alles wat we moeten weten om onze kaars te gieten, en dat is dan ook wat we in de volgende bijdrage gaan doen. Tot dan.
Geur en kleur voor onze kaarsen kunnen we ook naar eigen voorkeur gebruiken. Let er echter wel op, niet te veel geur toe te voegen, anders gaat de kaars "stinken", en dat is heel iets anders dan "ruiken". De dosering zal later aan bod komen, wanneer we onze kaarsen gaan gieten. Kleur bestaat in verschillende vormen. Zo heb je de pastilletjes en ook de blokjes. Persoonlijk geef ik de voorkeur aan de pastilletjes, omdat die gemakkellijk zijn in gebruik, dit met het oog op de dosering ervan. Blokjes moeten eerst worden versneden, en om hierbij het juiste gewicht te bekomen,moet je al heel wat kunst- en vliegwerk verrichten. In de verdere beschrijving zal ik dus werken met de pastilletjes. Geuren zijn er ook allerhande te koop. Van fresia over perzik, roos, den, en nog zoveel meer. Hier geldt ook ; persoonlijke voorkeur. Over het algemeen worden de verschillende geuren te koop aangeboden in flacons van 10 ml., voldoende voor het maken van enkele kaarsen,alnaargelang hun grootte, en dus ook het gewicht. Minder geschikt maar toch goed bruikbaar, zijn de geuroliën, die worden gebruikt om, vermengd met water, te worden verdampt boven een theelichtje. Ze zijn te koop in bepaalde drogisterijen en éénmalig rond de periode oktober-november in een hier goed vertegenwoordigde Duitse supermarktketen, en de prijs ligt ook lager dan in de hobbywinkel. Zo, dat was het weer voor deze aflevering. Volgende keer gaan we het onderwerp "vormen" behandelen, en komen we weer een stapje dichter bij ons doel ; het gieten van een kaars. Tot dan.
Hebben jullie alles samen kunnen krijgen ? Dat is al een goed begin. Er rest ons nu nog enkel het andere materiaal aan te schaffen dat we nodig hebben voor het maken van onze kaarsen. Wanneer je geluk hebt, is er in uw omgeving wel een betere hobbywinkel, die een assortiment kaarsenvormen en materialen aan te bieden heeft. Ikzelf haal mijn materialen bij 4 verschillende zaken, kwestie van een beetje op de prijzen te letten. Wat hebben we nu nodig ? Eerst en vooral natuurlijk de parafine,de basis van onze kaars. Deze is ( normaal ) verkrijgbaar in verpakkingen van 1 kg., 5 kg., 10 kg. en 25 kg. Hier geldt ook de regel ; hoe groter de verpakking, hoe lager de prijs per kg. Voorzichtigheid is echter geboden. Prijzen kunnen heel veel verschillen van winkel tot winkel. Zo weet ik uit ervaring, dat de éne hobbyzaak 51,00 rekent voor een zak van 25 kg., terwijl de andere maar liefst 84,00 voor diezelfde 25 kg. in zijn kassa laat verdwijnen. Uit je doppen kijken dus, en eerst her en der eens informeren naar de prijs. Wat we ook nodig hebben, is stearine. Dat is een produkt dan bijgevoegd wordt aan de parafine tijdens het smeltproces. Stearine maakt de kaars harder, en verlengt de brandduur. Dit produkt is, zoals de parafine, ook te verkrijgen in verschillende verpakkingen. Je hebt er niet zoveel van nodig als van de parafine, omdat er maar een zeker percentage van wordt gebruikt. Op het bijgevoegde fotootje zie je een voorbeeld van parafine ( op de schepper ) en van de stearine ( in het doosje ). Nu willen we onze kaarsen natuurlijk ook nog een geurtje en een kleurtje meegeven, maar dat is voer voor een volgende bijdrage. Tot dan.
Voordat we uiteindelijk kunnen beginnen met onze kaarsen, hebben we uiteraard wat materiaal nodig. In deze bijdrage zal ik jullie trachten uit te leggen, voor welk materiaal je zelf kunt zorgen, zonder meteen naar de winkel te moeten hollen. Eerst en vooral hebben we enkele lege conservenblikken nodig met een inhoud van 2,5 liter. Deze zijn bijvoorbeeld te verkrijgen bij je warme bakker. Aan deze blikken maken we een gietteutje voor onze vloeibare parafine. Verder hebben we ook nog enkele metalen plaatjes met opstaande rand nodig, en dit voor het maken van onze blokjes. Persoonlijk gebruik ik deksels van koekjesdozen met een afmeting van 23x23 cm. Ook een kookpot met een iets grotere doormeter dan onze conservenblikken mag zeker niet ontbreken. Een metalen lepel, langer dan de hoogte van onze potten, is ook een onmisbaar werktuig. Die gebruiken we om onze kleur en geur te mengen met de parafine. Ikzelf gebruik een bierafschuimer, en die heeft zijn nut reeds bewezen. Verder is een aardappelmesje, plamuurmes, cuttermes en een goed snijdende schaar van belang. Verder kunnen we zelf ook nog zorgen voor onze ijzeren staafjes, zoals eerder gezegd, fietsnaven die we middendoor snijden met een tang. Om een beetje confortabel te kunnen werken, is het ook aan te raden om een plank te voorzien om daarop onze werkzaamheden te verrichten. Zelf heb ik een deur van een afgedankte keukenkast in gebruik, van 130x50 cm. Wanneer je enkele kaarsen tegelijkertijd wil gieten, is dit een goede afmeting. Kleiner is natuurlijk ook te doen. Hier geldt ook ; ondervinding is de beste leer. Mocht het allemaal niet zo duidelijk zijn, hiernaast heb ik een foto bijgevoegd, waar de hierboven beschreven materialen op afgebeeld staan. Volgende keer gaan we winkelen, en kopen we de rest van hetgeen we nodig hebben voor onze kaarsen. Alvast succes met het vergaren van uw materiaal. Tot blogs.
We kunnen een keuze maken hoe onze kaars er zal uit zien. Ofwel maken we een éénkleurige kaars, een kaars met blokjes, de zogenaamde marmerkaars, ofwel een kaars met verschillende kleurlagen. Hiernaast ziet u bijvoorbeeld een stompkaars, gemaakt in het marmermotief., evenals een koppeltje, effen gegoten. We zijn nu bijna klaar om onze inkopen te gaan doen, zodat we stilaan kunnen gaan denken aan het gieten van onze eerste kaars. Daarover in de loop van de week meer. Tot dan.
Kaarsen maken is een zeer creatief hobby, waar je veel of weinig tijd kan insteken, alnaargelang de eigen mogelijkheden. Eerst en vooral moet je voor jezelf uitmaken, of je voor eigen gebruik de kaarsen wil maken, of je ze wil maken om af en toe als geschenkje of kleine attentie aan te bieden. In het eerste geval, voor eigen gebruik dus, is de aanschaf van materiaal beperkt, in het andere geval heb je uiteraard wel iets meer nodig. Wat zeker noodzakelijk is, is uiteraard parafine, lont, klei, enkele metalen staafjes (bijvoorbeeld een in twee gesneden naaf van een fietswiel), kaarsvormen, en nog enkele andere kleinigheden, die, naargelang dit blog vordert, aan bod zullen komen. Tot zover deze inleiding. In het begin van volgende week ga ik verder met meer details. Een heel fijn week-end en tot dan
Hallo hobbyisten, Mijn naam is Jean, en mijn hobby is het maken van kaarsen in allerlei vormen, geuren en kleuren. De bedoeling van mijn blog is het vervaardigen van deze kaarsen aan jullie te verduidelijken, en jullie proberen te helpen met allerhande problemen die je hierbij zoal kan tegenkomen. Hopelijk kan ik van jullie ook nog wat bijleren, zodat ons gezamelijk hobby nog prettiger kan worden. Groetjes en tot binnenkort Jean