DEPRESSIEF
Ik ben zo zwaar vandaag Somber loop ik door de klei Mijn laarzen zwaar als lood Iedere stap een kwelling Aan mijn linkerzij loopt mee In zwarte cape gehuld, de dood
Ik ben zo zwaar vandaag Niets te zien niets te beleven De regen blijft vallen, gestaag Ik voel mij zo met hem verwant En geef de dood mijn hand
Neem mij mij uit dit oord! Bevrijd mij van mijn soort!
Ik ben zo zwaar vandaag Geboetseerd ben ik uit klei Een mislukt stukje aarde Absoluut van generlei waarde Was ik maar zoals hij Dit lichtvoetig gaat aan mijn zij
Een merel vliegt in mijn hoofd Zingt van vreugde en licht Veranderd op slag het gedicht Die alle hersenspinsels dooft
Mijn lichaam is gelijk de aarde Vergankelijk en van beperkte waarde Ik echter kan mij verheffen hoog in de lucht Vrij en sterk als een adelaar kan vliegen Ruimschoots voor mijn laatste zucht
JV.
DE MENS EEN WONDERBAARLIJK WEZEN
De mens een wonderbaarlijk wezen Wanhopig op zoek naar het vaderhuis Voor menig deur botweg afgewezen Steeds zwaarder te dragen het kruis
Innerlijke drang doet hem zoeken Naar zielsverwanten, lotgenoten Goeroes en andere betweters Gelezen talloze boeken
Gaat de weg van blind verlangen Vol vuur, enthousiasme en geloof In het voorgenomen lot gevangen Wil hij overbruggen een diepe kloof
Hij doorworsteld een verloren strijd Zoekt naar verlossing van zijn lot Niets geeft hem nog enig respijt Wil het terugleggen in de handen van zijn God
Nu denkt hij terug in het licht te zijn Maar alleen echte ervaring zal leren Niet meer te vluchten voor de pijn Altijd weer die strijd, zovele keren
De pijn van kille eenzaamheid Weer teruggeworpen in die kloof Schrijnend gevoel van afgescheidenheid Alleen te redden door een diep geloof
In de grootsheid en kracht van de mens Die zelf een eind maakt aan het strijden Laat dat zijn…….de laatste wens Los te laten al het menselijk lijden
Een stil meegaan met de stroom Loslatend het voortdurende verzet Sta op……uit die boze droom Niets wat dan nog belet
Overgave aan Hem…….. Schreeuw het uit…………. IK BEN!
JV.
|