8/12 Reeds in China - Een uitbraak van longontsteking? - Great Miracles Avenue
Ik verzonk in een diepe slaap en stond voor een vervallen gebouw. Ik moest tussen de vervallen zaken verder in het gebouw. Ik zag dat het een oud en vervallen hospitaal was. Het zag eruit als een vervallen aandenken aan vervlogen dagen. Toen ik verder in het visioen werd gebracht zag ik kinderen in bedden liggen met zwakke tengere lichamen met tekenen van ontbering. Mijn hart kromp ineen omdat ik besefte dat dit geen inbeelding was, maar dat dit echt was gebeurd. Ik ging de kamers voorbij en zag hulpeloze gezichten van onschuldige kinderen. Ik zag in de ogen de smeekbede om troost en verlichting.
Ik vroeg me af wat er gebeurde en ik kon de last van hun stil geschreeuw voelen. Ik zag mijn kind onder de kinderen. De lucht was doordringend met de stank van lijden en de doodstrijd van kinderen. Dit waren geen kinderen die te lijden hadden onder normale kinderziekten. Het leek dat een onzichtbare kracht een genadeloze plaag had ontketend op hun levens. Het geschreeuw van de kinderen waren niet de bekende geluiden van ongemak van kinderen in hun kindertijd. Elk kind was wanhopig aan het smeken om genade. Hun lichamen leden onnoemelijk. Ze waren getroffen door een ongeidentificeerde ziekte die verraderlijk tekeer ging.
De ziekte had zich verweven in het diepst van hun lichaam. Toen ik van kamer tot kamer ging zag ik de horror van hun toestand. Sommige kinderen lagen bewegingsloos. Anderen hadden stuiptrekkingen. Het was een nachtmerrie waaraan deze onschuldige zielen niet aan konden ontsnappen. Er was een gebrek aan medische zorg. De kinderen werden aan hun lot overgelaten. In deze verlaten plaats was medelijden zeldzaam. Toen ik verder ging in het verlaten hospitaal zag ik een beeld voor mijn ogen dat mij meer inzicht verschafte. Deze plaag was niet beperkt tot deze plaats alleen. Het was een pandemie die onheilspellend de naties in de wereld in zijn greep had. Ik zag de toestand in de wereld, ik zag straten bedekt met kinderen die op de harde grond lagen.
Ik zag de omvang van de crisis. kinderen die achtergelaten waren en die hulpeloos waren, getroffen door een onbekende plaag. In overvolle hospitalen zag ik dezelfde verschrikkelijke taferelen, waar veldbedden in gangen stonden en waar op elk een kind lag die tegen de vreselijke ziekte vocht. De medische faciliteiten lagen overvol. Het medisch personeel was overrompeld door de enorme omvang van de uitbraak. De medische voorraden waren uitgeput. Wanhoop stond op de gezichten van hun ouders te lezen. Ze hoopten op een genezing dat onbereikbaar leek. Het lijden was grenzeloos, en verspreid over alle continenten. Ik begon te wenen door de overweldigende omvang van de pandemie. Ik keerde me om en zag een jongetje naas me staan.
De wijsheid stond in zijn ogen te lezen en zijn sereniteit stak af tegen de achtergrond van de chaos. Het was alsof de jongen mijn gedachten kon lezen en hij vertelde hoe dit alles was begonnen. Het was in een bepaald land begonnen, maar hij zei niet hetwelk. Eerst dacht de regering van dat land dat het geen belangrijke kwestie was en dat deze kwaal kon ingeperkt worden, maar dit was niet het geval. De situatie escaleerde zodanig dat het alle verbeelding te boven ging. De initiële zelfgenoegzaamheid effende de weg voor een crisissituatie dat zich verspreidde zoals brand, over de oceanen en doorheen de landen. Ik zag een tv-scherm waar beelden werden getoond van over de hele wereld. In een natie namen leiders de beslissing om werkzaamheden te stoppen als een wanhopige poging om de verspreiding tegen te gaan.
Ondanks deze drastische maatregelen leek de pandemie zich ongenadig verder te verspreiden. Om deze tragedie te stoppen opteerde sommige naties om de banden te verbreken met deze natie, dat het epicentrum was van de uitbraak. Maar de pandemie verspreidde zich verder. Het virus hield geen rekening met klassen, rassen, culturen enz. Men nam zijn toevlucht tot shut downs. Het impact op economieën was groot. De geest van een globale recessie dreigde over de hele wereld. De tol aan mensenlevens was groot, vooral van kinderen. De hospitalen werden overweldigd en moratoriums waren overvol van levensloze lichamen van de onschuldigen.
De tol aan mensenlevens ging het begrip te boven. De wanhoop was overal aanwezig en geen land bleef gespaard. De kwelling van ouders die hun kinderen waren verloren was grenzeloos. Plaatsen van aanbidding waren leeg.
|