Kleine Didier verhuist naar het platteland en koopt bij een oude boer een ezel voor 100,00. De boer moet hem 's anderendaags afleveren, maar juist dan
.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Boer : spijtig jongen, ik heb slecht nieuws, de ezel is dood.
Didier : geef me dan gewoon mijn geld terug.
Boer : dat gaat niet, ik heb het reeds allemaal uitgegeven.
Didier : geen probleem, geef me dan maar mijn ezel.
Boer : en wat gaat ge daarmee doen ?
Didier : ik ga een tombola inrichten en hem verloten.
Boer : maar dat kan je niet doen, dat beest is toch dood !
Didier : dat kan ik wel, ik zeg tegen niemand dat hij dood is.
Boer : tja, ik kan je natuurlijk niet weigeren je jouw ezel te geven. Je doet ermee wat je wil.
Een maand later komt de boer kleine Didier terug tegen.
Boer : en, wat is er nu gebeurd met die dode ezel ?
Didier : ik heb hem verloot, zoals ik gezegd heb. Ik heb 500 lotjes aan 2,00 per stuk verkocht. en heb zo 998,00 winst gemaakt.
Boer : en heeft er niemand gereklameerd ?
Didier : alleen de persoon die hem gewonnen heeft, en ik heb hem zijn 2,00 terug te geven.
Epiloog : kleine Didier is nu groot geworden en is minister van financiën !!!!
|