In de zomer zijn er aan de kust leukere dingen te doen dan eindeloos rondjes te rijden met een auto op zoek naar een parkeerplaatsje. Midden in de zomer staan in onze badsteden alle straten en pleinen vol met geparkeerde wagens van de langverblijvers en van de dagjestoeristen. Na lang zoeken vindt je dan eindelijk een vrij plaatsje en kun je op stap.
Je wandelt dan in straten langs eindeloze rijen kleurloos blik: zwart, grijs en wit zijn blijkbaar de niforme trieste norm van de Belgische auto's, deprimo auto's zonder kleur. Natuurlijk zijn de atokopers vrij om zwarte, grijze en witte auto's te kopen als ze perse kleurloos willen blijven , dat is hun goed recht. Net zoals het feit dat die zwarte en wite auto's onherroepelijk altijd snel vuil en dof worden en zo de straten en pleinen visueel verontrenigen met al dat lelijk blik. De leuke uitzonderingen op al die deprimo troep waren: een fris geel Fiatje 600, een grasgroene Opel, een mooie parelmoer rode Mazda, een koningsblauwe Nissan, en een licht blauwe Toyota, vrolijke kleuren, opvallende vrolijkheid temidden van al die deprimo auto's. Hoog tijd dat de overheid een extra taks heft op het bezit van zwarte, witte en grijze auto's wegens de verloedering van het uitzicht, het verspreiden van optische verontreiniging en het veroorzaken van deprimerende gevoelens bij de stedelingen. Mensen met een kleurrijke wagen die vrolijkheid uitstraalt zouden een korting van de verkeerstaks moeten krijgen. Onze straten en pleinen zouden er veel mooier uitzien met minder van dat deprimo blik.
|