Over oud-kolonialenxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het huis langs de rechtse kant behoorde toe aan een koppel dat in Kongo verbleef in de gloriejaren van het Belgische kolonialisme.
Om de zoveel jaren kwam de familie terug naar het thuisland voor een paar maanden, de eerste keer had de man zijn grote Amerikaanse slee meegebracht met de boot via Antwerpen. Vader, moeder en de kleine dochter waren zo fier als een gieter als de auto uit de garage werd gehaald om er een ritje mee te maken. Alle kinderen uit de straat hadden dolgraag eens willen meerijden, maar nee, dan kon niet, we werden blijkbaar gelijkgesteld met de negertjes in Afrika.
Bij hun volgende terugkeer naar het moederland, was de Amerikaanse slee ingeruild voor een nederig Volkswagen Kevertje, de beginnende teleurgang van de mooie tijden.
Mijn vader zou volgens de koloniaal in kwestie onterecht een stukje van 0,1 m2 gebruikt hebben van zijn muur, mitoyen. De man was zelfs zo razend, dat hij er niets beter op gevonden had dan de vrederechter er bij te halen. Mijn vader heeft dan maar 1100 oude Belgische franken betaald om in regel te zijn. Maar de verhouding tussen mijn vader en de koloniaal is altijd koel gebleven.
Tijdens hun verblijf in Kongo, was het huis bewoond door iemand van Madame haar familie, heel sympathieke Brusselaars, maar telkens weer als de familie terugkwam, waren ze verplicht ergens anders onderdak te vinden op een klein appartementje in Laken.
Dan kwam de definitieve terugkeer naar huis, eerst moeder en dochter en een paar jaar later de vader.
Ze zijn er blijven wonen tot voor kort, de man heeft zijn laatste rustplaats gevonden in het columbarium in Strombeek, niet zover verwijderd van mijn moeder.
|