Het schiereiland Quibéron is als een fles: een langgerekt bijna eiland met een smalle flessenhals. Aan ene kant van het schiereiland is de zee kalm. Aan de andere kant kennen we de “côte sauvage”. De zee buldert en de schuimkoppen storten zich op de rotspartijen. Het is uitdrukkelijk verboden te baden. In Erdeven staan een hoop menhirs bijeen. Erdeven is gratis en is mooier dan het populaire Carnac, waar je tegen betaling kunt kijken naar de menhirs. Ik waande mij een druïde al lopend tussen de stenen. Bea lag op de offertafel waarrond de rechte stenen staan. Dit moet een uiting zijn van een ver vervlogen cultuur. Port Louis is een vestingstadje op weg naar Lorient. In vogelvlucht ligt het 500 meter van Larmor-Plage, maar met de auto moet je 30 kilometer rond rijden.
En nu een beetje cultuur en geschiedenis. Aan de camping staat een “Fontaine”, een heilige wasplaats, waar de vrouwen in de gezellige tijden hun was deden. Miele heeft daar een einde aan gemaakt. Er staan nog meerdere “fontaines” in Larmor-Plage. De wasplaatsen waren een ontmoetingsplaats mét sacraal karakter. De wasvrouwen hadden dus een goede reden om een halve dag of meer te roddelen en nieuwsjes uit te wisselen, de facebook van weleer. De kerk van Larmor-Plage is van de 15e eeuw en is merkwaardig. Er is de toren, waar een wachter de zee kon overzien en de bevolking kon waarschuwen wanneer de dekselse Engelsen voet aan wal gingen zetten. Frankrijk en Engeland hadden gedurende vele eeuwen een vijandige relatie. De glasramen van de kerk konden eenvoudig uit genomen worden, wanneer een oorlog weer eens de kop kwam opsteken. Op die manier werden de kunstwerken veilig bewaard.
Vannes is de hoofdstad van het departement Morbihan. Wij zijn er dan ook naartoe gereden. De stad heeft veel charme en is zijn middeleeuws karakter niet verloren.
Bretagne is het land van afwisseling. Niets verveelt, zelfs het weer niet. Er is een Bretoense spreuk die zegt dat het in Bretagne altijd goed weer is, soms meerdere keren per dag. En zo maakten wij andermaal kennis met het vochtige land aan zee, Ar Mor. De oesters zijn goedkoop en we hebben nog een kilo Vlaamse patatten. De zondag kan niet meer stuk. Met een fiets door Ar Mor rijden is niet simpel. Nijdige heuvels maken dat de calorieën zienderogen van je lijf druipen. Maar een foto van Keroman in Lorient is mooi meegenomen. Tijdens WO II was er hier een kanjer van een marinebasis voor onderzeeërs. K staat voor Keroman en K3 is te bezoeken. Maar zeg alvast aan je kleuter dat K3 hier wat anders is.
Larmor-Plage heeft alles mee wat het weer betreft. De mimosa bloeit en de zon heerst over het strand en de zee. Voor ons is het dus hoogtijd om de stapschoenen aan te doen voor enkele trips langs de oceaan. Diarmuid is niet erg mobiel meer en daarom maakt hij het meeste van de wandeling mee in een bolderkar. Dat geeft nogal wat bekijks en daarom moeten we twintig keer uitleggen dat de hond oud is. Later, wanneer ik bejaard ben, ga ik ook in de bolderkar zitten en zal Bea mij mogen trekken. Benieuwd wat de mensen daarvan zullen zeggen.
We zitten in Bretagne, in het departement Morbihan. We staan een weekje op camping la Fontaine in Larmor-Plage. Het weer is goed en het belooft een droog weekend te worden. Donderdag zijn we vertrokken en we zijn 400 kilometer ver gereden, naar een van de weinige campings die nog open zijn tijdens de wintermaanden: Marcilly-sur-Eure, in het departement Eure op zo’n 50 kilometer van Parijs. Daarna ging het weer 400 kilometer via Alençon, Fougères en Rennes naar Lorient. En zo zijn we nu op onze stek in Larmor-Plage. We kennen de camping, want we waren er al een paar keer in de winterperiode. Foto’s heb ik nog niet, maar vanaf morgen komen er ruim voldoende. De caravan staat mooi waterpas, de verwarming werkt perfect en we zijn klaar voor een reeks voettochten en wandelingen op het strand en in het leuke dorp Larmor-Plage.
Wie is er nu zo gek om in februari de caravan uit de carport te halen om tien dagen regen en wind te trotseren? Wij dus. In plaats van carnaval te vieren of urenlang naar de reclame van VTM te staren afgewisseld met wat entertainment, kiezen we voor een trip naar het zuiden van Bretagne. Morbihan is het zuidelijke departement van Bretagne. Via Normandië trekken we naar Larmor-Plage. We worden op camping de la Fontaine verwacht. We kennen de camping van eerdere ook winterse verblijven. De gasvoorraad is in orde, de kachel zal snorren. Het sanitair in La Fontaine is verwarmd om er uitgebreid te douchen. Laarzen en vesten liggen klaar. Er rest nu nog wat tijd voor de noodzakelijke voorbereidingen. Reis met ons mee naar de woeste zeegolven van Quibéron. Bekijk samen met ons de markt van Larmor-Plage vol oesters, krabben en kreeften. Wandel met ons mee langs zompige paden over de muren en kantelen van Port Louis. Snuif via het internet jodium en vitamine D op. Zolang er wifi is, doe ik mijn best om regelmatig wat foto's te posten.