De enige in vrijwel geheel Europa regelmatig
voorkomende reiger.In vlucht machtig postuur,met zware
vleugelslag,donkere,sterk naar beneden gebogen vleugels en ingetrokken
hals.Kraanvogels en ooienvaars vliegen met gestrekte hals en minder
gebogen vleugels en hebben meer gevingerde vleugelpunten.Vaak
onopvallend langs riet of op veld staand,loerend op buit.Roept in
vlucht een luid en rauw kraaoerk, op nest allerlei krassende
geluiden.Leeft niet alleen van vis,maar ook mollen en muizen.Broedt in
kolonies in bomen,in riet of op rotsen aan de Atlantische kust.In
Nederland al in februarie terug in de kolonies,waarvan sommige zich in
parken en in steden bevinden.Nederlandse vogels zijn deels standvogel
(maximaal 9000 paren) en deels trekvogel.'s Winters arriveren
exemplaren uit Noordoost-Europa.