Het vertrek
Is dit de dag waarop alle angsten van de voorbije dag(en) met de nevels rond de Pyreneeën zullen verdwijnen? Stipter kunnen onze 33 pelgrims niet zijn. Vijf minuten vóór tijd zit iedereen al op de bus. Toch enige paniek. “Mijn jasje vergat ik gisteren in het restaurant. En het is nergens terug te vinden.” “En mijn trui vind ik ook nergens meer nadat ik hem gisteren in het restaurant op mijn stoel achterliet.” Ondertussen kroop haar man al in een betere rol dan Sint-Maarten. Hij zou haar zijn hele jasje schenken. Heel wat anders dan de halve mantel van Sint-Maarten. Die man had duidelijk de bezinning op de bus gehoord: “Pelgrim zijn, is het brood breken met anderen en meer terugkrijgen dan je gegeven hebt, is je leven delen met je medemens…” Nog wat later twee stralende gezichten: “Mijn jasje is terecht!” en ook de andere ongelukkige voelde zich weer verwarmd in zijn trui. Ja, het wonder op onze camino begint vroeg.
In de kerk van St.-Jean-Pied-de Port inspireren woorden van Dom Hélder Camara ons vertrek. “Vertrekken, dat is geen kilometers verslinden, zeeën oversteken of supersonische snelheden bereiken. Het is in de allereerste plaats, zich openstellen voor anderen, hen ontdekken, hen tegemoet gaan.” We zegenen elkaar als pelgrims samen onderweg. “Moge de God van alle wegen je zegenen en beschermen, je hele pelgrimstocht lang!" Snel nog een foto en weg zijn de moedige die de volle 26 km lopen. Met een dozijn staan wij te wachten op een taxi die ons 6 km verder zal voeren op de bergweg tot Auberge Orisson. Tijdens het wachten krijg ik de eerlijke vraag: “Voel jij je wel gerust?” Had dit lieve mens diep in mijn ogen toch een zekere onrust gezien? Eerlijk, na twee jaar met een heel halsstarrig hielspoor gesukkeld te hebben maakte ik mij enigszins wel bezorgd. Het was van 2014 geleden dat ik de Pyreneeën overstak. We klimmen langzaam op het ritme van onze adem naar boven. Ik kom voorbij Lisette. “Chris, wie zou de oudste zijn?” “Ja, ik weet dat er iemand van 1940 de oudste is.” “Dat ben ik.” Meteen zag ik trotse ogen blinken in plaats van de nog angstige van gisteren. Terwijl ik zoveel pelgrims voor mij uit zie lopen dacht ik aan de vraag van verschillende onder ons: “Chris is dit pad voldoende bewegwijzerd? Bestaat er geen kans om te verdwalen?” Hier vind ik het meest juiste antwoord: “Laat je meedrijven op de eeuwenoude stroom van miljoenen pelgrims vóór ons.” Naar boven hijgen is een betere omschrijving dan klimmen. Ik moet even stoppen of ik geraak in ademnood. Een stevige slok water en de laatste zeer steile loodjes wegen loodzwaar. Tijd om halt te houden, om ons broodje te eten, om krachtvoer op te slaan. Nu gaat het wat vlotter en dan nog een laatste nijdige steek naar boven om dan nog steiler te dalen. Ik kies veiligheidshalve voor de zachtere afdaling langs een grintweg. Laat de moedigen hun kniegewrichten maar martelen op dit ruwe bospad. Ik loop door de kloostergebouwen van Roncesvalles. Ik wil toch een moment diep in mijzelf keren in die heel intieme kloosterkerk, danken dat ik het zonder kleerscheuren gehaald heb. Op het terras van La Posada zie ik al een aantal stralende gezichten van pelgrimsgezellen. Nu kruip ik in de rol van een duivenmelker. Het is ruim vier uur als ik aankom en ik constateer de prijsduiven op het terras. Daarna komt de een na de ander binnengevlogen. En rond half zes is mijn duivenkot compleet. Het laatste koppeltje brengt nog een verrassing mee. “Erik, wij hebben je hoed gevonden.” Het zoveelste wonder op de camino. De aperitief voor het avondmaal maakt 33 tongen los. De ondertoon in hun verhalen is het geluk dat zij die moeilijke eerste tocht con brio gehaald hebben. Happy birthday Rita en Lieve. Ja ons 33-koppig pelgrimskoor zingt het uit volle borst en wij heffen met de tafelwijn op de eeuwige jeugd van onze jarige pelgrims. “En hoe zit de tocht voor morgen in elkaar?” Ja, blijkbaar zijn ze niet meer te houden. Maar de noodzakelijke nachtrust zal hen morgenvroeg weer boordevol energie aan het begin brengen van een nieuwe ervaring.
En stralen die 33 pelgrims niet?
Met NEOS naar ongekende hoogten.
Rust is noodzakelijk, het brengt bezinning en geeft nieuwe energie
"Mijn hoed is terug, het wonder van de camino!" Maar hoe komt die Stella op Spaans terrein?
|