In 1740 overleed Karel VI van het Roomse Rijk. Gezien zijn dood wat vroeger kwam dan verwacht en de opvolgster, zijn dochter, amper 23 jaar was, bracht dit spanning teweeg bij de grote regeerders van toen.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
De papa van Maria Theresia- wat doen vaders al niet voor hun dochter(s)- had hemel en aarde bewogen omdat dochterlief kon regeren over zijn gehele Habsburgse rijk. Daarvoor moest hij de wettelijke regel de Pragmatieke Sanctie weten te aanvaarden binnen zijn rijk en ook daarbuiten.
Die Pragmatieke Sanctie, nog in het leven geroepen door onze Keizer Karel V, hield in dat het Habsburgse rijk één en onverdeelbaar bleef, bovendien in totaliteit erfelijk overging op de eerstgeborene zij het nu in vrouwelijke of mannelijke lijn.
Het rijk was akkoord. De andere Europese mogendheden stemden eigenlijk niet met volle goesting in.
Dat bleek ook al vlug na de dood van Karel VI.
Gezien de jonge leeftijd van Maria Theresia begon een deel van Europa te twijfelen aan haar capaciteiten om het Rijk van haar vader degelijk te leiden. Deze drogreden werd in het leven geroepen omdat bepaalde vorsten de kans schoon zagen wat aan gebiedsuitbreiding te gaan doen.
Eén van die vorsten was die van Pruisen, toen erg ambitieus en erg sterk op militair gebied. Pruisen kon zich niet inhouden en viel Silezië binnen, rijk aan koper en nikkel.
Pruisen verklaarde de oorlog aan Oostenrijk. Frankrijk, Spanje, Beieren schaarden zich achter de Pruisen. Maria Theresia, een erg pittige en mijns inziens toch een intelligente vrouw wist Engeland, Rusland en de Verenigde Provinciën( waaronder wij huidige Belgen) aan haar zijde te binden. De strijd van Karel VI voor zijn dochter had geen windeieren gelegd ! Dat zou de geschiedenis gaan bewijzen. Maria Theresia zou haar stempel kunnen gaan drukken op Europa, na een oorlog waarin duizenden krijgslieden werden opgetrommeld om ten strijde te gaan trekken. Centraal Europa leek opnieuw het geschikte slagveld.
Hier en daar zouden de schone en goed verzorgde Vlaamse akkers nog eens worden omgewoeld door duizenden soldaten, het landschap achterlatend vol met rommel en uitgelopen lijken.
Deelgenoot in deze geschiedenis werd Adrianus Josephus Noëz. Hij zou de sulfer van de kanonnen moeten opsnuiven, het bloed moeten zien vloeien van makkers en vijanden. Uiteindelijk zou hij rust en vrede vinden in de stad Mechelen. Of hoe de grote geschiedenis ervoor gezorgd heeft dat ik en mijn nazaten hier in Vlaanderen zijn geboren en grootgebracht.
J. Van Den Broeck: Promenade in de Pruikentijd.
Toen gelegen voor ¾ in het huidige Polen. Foto: Maria Theresia van Oostenrijk Internet Wikipedia
|