Op de vlucht in WOII vanuit Lanaken met fatale afloop
lanakenaren op de vlucht in WOII
03-02-2010
tijdsverschillen 1940
Wat waren de tijdsverschillen tussen de verschillende landen [Nederland, Duitsland, Frankrijk, Engeland]? Nederland hanteerde een merkwaardige tijd in 1940 die als de Amsterdamse ook wel als de Gorkumse tijd werd aangeduid. Duitsland hanteerde de Midden Europese Tijd [MET], die 40 minuten voorliep op Nederland en een uur voorliep op Engeland dat de GMT hanteerde. Dit was de tijd zonder zomertijd. In tijden vertaald: als het in Nederland 12:00 uur was, was het in Duitsland 12:40 uur en in Engeland 11:40 uur. Echter ...
In Duitsland was de zomertijd op 10 mei 1940 al van kracht waardoor het tijdsverschil met Nederland 1 uur en 40 minuten werd. In Engeland was al in februari 1940 de zomertijd ingesteld die gedurende de gehele oorlog van kracht bleef en pas in oktober 1945 weer (regulier) naar de GMT werd teruggebracht. Nederland zou de zomertijd per 15 mei 1940 laten ingaan, maar door de inval geschiedde dit niet (en werd door de Duitsers alsnog op 16 mei gedaan).
Dat vertaalt zich dus in de volgende verhoudingen op 10 mei: NL 12:00, D 13:40, UK 12:40.
Frankrijk hanteerde ook de MET en ook daar was de zomertijd van kracht. Duitsland en Frankrijk hadden daardoor dezelfde tijd, namelijk 13:40 uur als het in Nederland 12:00 uur was.
Toen de Belgische troepen zich terugtrokken achter de Schelde, lag Oudenaarde en Leupegem op de vuurlijn. De terugtrekkende legereenheden ondervonden van de vluchtelingen grote hinder. Hierdoor waren zij verplicht secundaire en slechte wegen te berijden want ze konden de landgenoten niet dwingen andere wegen te nemen, maar hierdoor konden zij maar traag terug trekken met het gevolg dat er grote files ontstonden en zij zeer kwetsbaar waren voor luchtaanvallen.
De verdediging van Oudenaarde was in handen van de Britse troepen, die alle bruggen hadden voorzien van springladingen. In afwachting stroomden de vluchtelingen er over in westelijke richting.
Op 12 mei, Pinksterdag, te 7 uur ´s morgens beleefde ons dorp een eerste bombardement, waarbij echter slechts enkele runderen van Richard Eeckhout gedood werden.
Hoewel in de loop van de volgende dagen aan de inwoners de raad gegeven was de gemeente te verlaten, waren er toch een aantal Leupegemenaren ter plaatse gebleven, o.m. de herbergier De Cridts en zijn gezin, die nabij de brug woonden. Op zondag 19 mei, kort vóór de middag waren enkele vluchtelingen even gaan verpozen, in die herberg.
Pas waren die mensen terug de straat op tussen de vele andere vluchtelingen, toen enkele Duitse vliegtuigen boven de stad verschenen.
Iedereen zocht bescherming tegen de huisgevels. Drie bommen vielen ineen rechte lijn, op 10 meter van elkaar,, op amper 20 meter van het achterhuis van Hector van Parijs. J.B. Eeckhoutkaai, twee andere vielen 50 meter verder. Frans Leopold, die aan het achterhuis van Van Parijs op een kruiwagen zat, bekwam geen letsel. Wel werden een koe en een 100tal kiekens gedood. Terwijl de ruiten aan diggelen vlogen bij Hector Van Parijs, Albert Gottigny, Marie Valcke, Mw Liben Van Der Eecken en in een paar huurhuizen van Oscar Bisschop. Verder viel een bom nabij de IJzeren spoorwegbrug aan de Tonkin en in de Bergstraat, waar de Rijkswacht gedeeltelijk vernield werd.
De zwaarste ravage gebeurde echter in Diependale. Daar regende het bommen bedoeld voor de brug, doch die terecht kwamen op de huizen van Karel van Synghel, Felix de Praetere, René de Rodder en Hector de Cridts. De laatste drie stortten in en brandden later ook uit. Aan de overzijde van de straat werd een Britse legerauto, geladen met munitie, getroffen. De wagen, waarin de chauffeur nog achter het stuur zat, ontplofte en brandde uit. De vlammen sloegen op de huizen van Maurits Van Den Daele, Wwe Filiep Vande Casteele, Achiel Soetaert, de Bonnet en De Schrijver. Gensters staken het vuur aan een lont van de brug, waardoor de noordzijde ontplofte. De luchtverplaatsing blies twee Engelse Mitrailleurs, opgesteld op het huis van Frederik Verzele, van het dak op de straat.
Toen de bewoners uit hun geteisterde woningen kropen, vonden zij op straat de verminkte lijken van 20 vluchtelingen en 6 Engelse soldaten.
Te 15.00 uur deden de laatste Engelse soldaten de IJzerwegbrug aan de Tonkin springen en verlieten onze gemeente na het huis van Kamiel De Pourcq, langs de Schelde, te hebben gedynamiteerd en de telefoon- en electriciteitsdraden afgesneden te hebben. Tussen dHutteen Den Ancker(Melden) werden vijf schepen tot zinken gebracht.
Te 17.00 uur sprong het zuidelijk deel van de brug In Diependaele.
s Anderendaags maandag 20 mei, werd de strijd om de Schelde ingezet. Rond 13.30 uur kwamen Duitse voorposten per moto de Edelareberg afgereden op verkenning. Te 15.00 uur begon het mitrailleurvuur dat , bij pozen onderbroken, onderbroken, zou duren tot de donderdagmiddag. Vanaf 19.00 uur traden ook kanonnen in actie. Ze waren opgesteld te Mater, Maarkekerkem, Edelate en in onze gemeente op de Vlaamse Ardennendreef. Ze kregen rond 21.15 uur nog de hulp van een zwaar kanon, opgesteld op een gepantserde trein.
De beschietingen om dit kanon uit te schakelen werden nefast voor de Vontstraat. De kerk, de Pastorij, de Brouwerij de Bisschop en het cafe de Harmonie, toen bewoond door Prudent Lison werden zwaar getroffen. In de brouwerij zaten een 60 tal geburen verscholen toen een obus insloeg voor hen gelukkig zonder slachtoffers te maken.De 80 obussen die insloegen in de Vontstraat maakten enkele slachtoffers waarvan er een later overleed aan haar verwondingen.
Op de 22e waren er nog beschietingen en pas op donderdag 23 mei verminderde het kanonvuur. De Engelsen hadden zich teruggetrokken tot in Oudenaarde.
Leupegem telde aan het eind van WOII vier burgerlijke slachtoffer onder zijn inwoners, een soldaat werd zwaar gekwetst waarbij een been werd afgezet. Een afgevoerde inwoner verdween in een concentratiekamp.
De balans voor de vluchtelingen lag beduidend hoger. 20 burgers lieten het levenvolgens Pastoor Verpoort en Hector Vandevelde.
Er werden slechts dertien slachtoffers ontgraven uit de tuin van dhr Vandenbroecke om overgebracht te worden naar het stedelijk kerkhof.
Dit waren de stoffelijke overschotten van de 10 vluchtelingen uit Lanaken. Twee zussen Eertmans met hun echtgenoten en kinderen en de echtgenoot van Jeanne Maria Eertmans. Drie Lanakenaren overleefden de ramp twee waren er zwaar gewond en een baby zonder verwondingen.
Volgens deze bron bleek dat Mathijs Vangelabbeek later in Gravelines (nabij Duinkerke) tussen 22 en 24 mei is overleden en is er iemand anders in zijn naam in zijn naam op het stedelijk kerkhof begraven. Hoe Vangelabbeek die hier zeker zwaar gekwetst was opgenomen en meegevoerd werd in Gravelines terecht kwam is en blijft een raadsel.
Waar de gezinnen uit Lanaken op de straat werden aangetroffen op het grondgebied Oudenaardelagen er nog drie mensen van het gezin Callaert-Kuntz onder het puin bedolven van een ingestort huis in Leupegem.
Op 1 en 7 juni stierven in het hospitaal, ingevolge opgelopen verwondingen de vluchtelingen Catharina Vrancken en Francis Nysen uit Mopertingen
Bron:Leupegemse Kronijk
Geachte,
Volgende informatie heb ik overgenomen uit het dagblad "Het Volk" regionaal nieuws van donderdag 10 september 1987
Onder de hoofding :
TER NAGEDACHTENIS AAN OORLOGSSLACHTOFFERS
LEUPEGEMSE VREDESKAPEL OPGEFRIST
Deze kapel werd na de tweede wereldoorlog gebouwd ter nagedachtenis van de 26 slachtoffers die daar aan de brug over de Oude Scheldearm in de tragische meidagen zondag 19 mei 1940 het leven lieten.
Ravage
Toen na het bombardement de mensen uit hun huizen kwamen vonden zij midden de grote puinhoop de verminkte lijken van 20 vluchtelingen en 6 Engelse soldaten.
De ravage was zo groot dat slechts 15 van de 26 lijken konden worden geïdentificeerd.
Dat waren twee Britse soldaten (John Taylor uit Cardiff en Cyrik Schofield uit Selly
en dan vier gezinnen :
Het gezin Pieter Thomassen-Christine Eerstmans (respectievelijk 30 en 28 jaar) en hun twee kinderen Mathieu (6j.) en Louis (4j.)uit Lanaken
Het gezin Hieronymis-Ghelen (30j.) Marie Eerstmans (32j.) en hun kinderen Christine (8j.), Louis (4j.) en Jeanne (2j.) ook uit Lanaken
Nog een derde gezin uit Lanaken en behorend tot dezelfde familie als de voorgaande werd getroffen door het verlies van
vader Mathys Vangelabeek (35j.).Zijn echtgenote Joanna Eerstmans die oorsprokelijk ook voor dood werd opgenomen en hun zoontje Chretien werden naar het militair hulphospitaal van Oudenaarde overgebracht maar overleefden de ramp.
Onder de geïdentificeerde slachtoffers was er dan tenslotte ook het gezin:
Georges Callaert (28j.) Germaine Kuntz (29j.) en hun 10 jarig zoontje Roger.