In nevlige tijden, uit Adams rib.
Lieve vrouwen,
Onrein zijn vrouwen, wat menselijk slib.
Mannen met diarree, niet!
Schaamteloos kopplen ze piepjong aan oud.
Voor heren telt geen verdriet.
Besnijden, vernederen, ze maken ze koud.
Creëren een God die t niet ziet.
Refrein:
Lieve vrouwen,
Waarom toch is God een heer?
Wie kan er een heer vertrouwen?
Een God of Godin is meer!
Profeten, ze hebben een pietje.
n Stil stijf vergeetmenietje.
Maar een vrouw heeft recht, gelijk een man.
Om vrij, vrij te leven, meneer!
Je kunt maar geloven in God alleen,
Lieve vrouwen.
dApostels die deden soms heel gemeen,
rond meisjes net en naïef.
Pausen en priesters willen tweeduizend jaar
geen vrouwen, wel dikwijls een lief.
Ze stierven voor Christus, leefden er naar.
Maar t bleef tweedehands gerief.
Refrein
t Begin van de Islam dat gaf ons veel hoop.
Lieve vrouwen.
De Koran zat niet met de vrouw in een knoop.
Later de Sharia(s) wel!
Mullahs en Moeftis zien zonde in de vrouw,
wikkelen zin kommer en kwel.
Broers kelen zussen, brutaal zonder rouw,
InshaAllah, hei, dit is dhel!
Refrein
J. V.
|