1e - 2e - 3e - 4e en nu ook 5e Wereld op komst!
Armoede en Vijfde Wereld.
"Meer dan de helft van de allochtonen in Vlaanderen leeft onder de armoedegrens.
De vrouwen zijn de grootste slachtoffers van armoede, in het bijzonder die van Marokkaanse en Turkse afkomst.
De allochtonen, in het bijzonder de vrouwen, hebben de laagste inkomens."
Dat zijn de meest saillante conclusies van het onderzoek van Bea Van
Robaeys en Nathalie Perrin in opdracht van de Koning Boudewijnstichting.
De resultaten van het laatste onderzoek vormen opnieuw een stevige
bevestiging van wat men 16 jaar geleden reeds met zeer deskundige
onderzoekers heeft vastgesteld. De les is dat men onderzoeken
financiert, de conclusies beluistert, men belooft ook, maar
uiteindelijk gebeurt er niets, noch op nationaal, noch op gewestelijk,
noch op stedelijk niveau.
Interessant aan deze conclusies is dat de wetenschappers een nieuwe
benadering hebben gehanteerd, nl. vanuit de armoedegrenzen. Misschien
zullen de politieke wereld, de hulpverleningsdiensten, de
welzijnsorganisaties, de scholen en in het bijzonder de werkgevers,
steden en gemeenten nu wakker geschud worden.
Wetenschappers zoeken immers de oorzaken in sleutelfactoren als
studieniveau, studierichting, taalkennis, discriminatie, etnische
origine, enz. Anderen, vooral uit de politieke wereld, zoeken de
toevlucht in de onderdrukking van zowel de Marokkaanse als de Turkse
vrouw door hun gemeenschappen. Sommige politieke partijen proberen
daarenboven de cultuur en godsdienst te betrekken bij de verklarende
factoren, maar ze vergeten meestal dat zijzelf wel eens aan de basis
van deze situatie zouden kunnen liggen.
Na 50 jaar migrantenbeleid volgt nog meer dan 50 procent van de
migrantenleerlingen het beroeps- en technisch onderwijs, meestal in
studierichtingen met beperkte tewerkstellingsmogelijkheden. Slechts 2
procent van de migrantenjongeren van de tweede en derde generatie,
voltooit hoger onderwijs (buiten en binnen de universiteit).
De werkloosheidscijfers onder migrantenjongeren die hier geboren zijn
en in Vlaamse scholen werden gevormd, liggen bijna viermaal hoger dan
bij hun Vlaamse leeftijdsgenoten.
Dit heeft niets te maken met de onderdrukking van de vrouw door haar
gemeenschap of de islam, maar is wel een bewijs van ongelijke
maatschappelijke behandeling en in het bijzonder van het falen van het
migrantenbeleid.
Er wordt ook geopperd dat het aanleren van het Nederlands zou helpen
bij het vinden van een job. Het verwerven van het Nederlands biedt
echter weinig kans op werk, vooral voor diegenen die geen hoog diploma
hebben behaald.
Discriminatie is gewicht aan het been!
Discriminatie, zowel op scholen als op de werkvloer, is meestal een
zwaar gewicht aan het been. Voeg daarbij dat, na de toepassing van het
inburgeringsdecreet op het einde van de jaren negentig, het
integratiebeleid naar de provinciale en stedelijke niveaus werd
overgeheveld. Dit leidde tot de afschaffing van alle integratiecentra
en van hun integrale werking.
Zo ontstonden hoge drempels, ook voor de cursussen Nederlandse taal en maatschappelijke oriëntatie.
Velen haken af omwille van praktische moeilijkheden, zoals bijvoorbeeld de afstand tussen woonplaats en cursusplek.
Daarenboven beperkt de werking van integratiediensten en OCMWs van
vele steden zich tot het opmaken van mooie rapporten om subsidies
binnen te rijven.
Bovendien bestaat er angst om een actief integratiebeleid te voeren omwille van de vrees voor verlies van stemmen.
Dus eigen belang eerst.
De nieuwkomers worden daarbij meestal geconfronteerd met een lesgever
of een begeleider die niets weet over hun migratietraject, hun cultuur,
hun taal of de dramas waarmee ze geconfronteerd werden. Vandaar ook de
inefficiëntie van het beleid.
Ja, Vlaanderen en België hebben veel geïnvesteerd om diegenen die tot
de Vierde Wereld behoren uit de klauwen van (kans)armoede te bevrijden,
maar door de inefficiëntie van het beleid is er een Vijfde Wereld op
komst. Deze zal uitsluitend bevolkt zijn door kinderen, gezinnen,
mannen en vrouwen uit de immigratie, in het bijzonder van moslimse en
Afrikaanse origine.
Youssef Ben Abdeljelil, historicus en geograaf (oud-onderzoeker OASeS) te Aalst.
(Ingekort artikel uit Mondiaal Magazine van 11.11.11.)