VW 1600 TL 1965
Het succes van de Kever was enorm. Maar toen die auto zijn vijftiende verjaardag naderde, vond men het bij Volkswagen toch tijd worden om eens over een opvolger na te gaan denken. Die kwam in 1961 en werd Volkswagen Type 3 genoemd. Dat was trouwens niet de officiële term, want net zoals de Kever werd de nieuwe Volkswagen in de folders eenvoudigweg naar zijn cilinderinhoud vernoemd. In dit geval 1500 (met een motor van 1.493 cc - goed voor 45 pk) of 1600 (1.584 cc - 54 pk), al was er ook een 1500 S met eveneens 54 pk. Technisch weken ze alledrie trouwens niet gek veel van de Kever af. Want ook hier stond de luchtgekoelde boxermotor achterin, al was er in het geval van de sedan nu ook nog ruimte voor een heuse kofferbak boven die motor. Versnellingsbak en achteras waren zelfs helemaal gelijk aan de Kever; schijfremmen vooraan waren nu in de standaarduitrusting opgenomen. De auto was leverbaar in drie varianten: als sedan (ook wel Ponton genaamd), stationwagon (de Variant) en 1600 TL (de Fastback). Hij was wel een stuk duurder dan een Kever. In 1964 kostte een Volkswagen 1500 al 7.350 gulden; een Kever kwam toen op 5.090 gulden. De 1600 TL was nog een stap duurder, al bood die ook een rijkere uitrusting. Dankzij een dubbele carburateur steeg het vermogen van die VW naar 65 pk en er was een flinke lijst met opties. Airconditioning bijvoorbeeld, maar ook armleuningen en open te klappen achterruitjes. Vooral geschikt voor de Amerikaanse markt dus, en daar werden er ook heel wat verkocht. Van 1961 tot en met 1973 werden er van alle versies in totaal 2.584.904 gebouwd. Een heleboel, maar nog lang niet genoeg om de Kever te kunnen verslaan. Die overleefde het Type 3 zelfs met twee jaar. Net als van de Kever zijn er ook van dit type overigens coupés gebouwd bij Karmann naar een ontwerp van Ghia.
|