Ach wat zal ik gauw weer blij kunnen zijn
dan zijn al die feesten weer voorbij
want vrolijk zijn is niet altijd even fijn
de ingehouden treurigheid doet alweer zo'n pijn.
Waarom, zeg mij waarom
klinkt al dat gretig lachen meer als gegrom
meer ellende, een tikkende tijdbom
die elk moment ontploffen kon.
Zulke feestjes zijn niet aan mij besteed
ik voel alleen maar verborgen leed
in elke grap zit een gemene beet
waar ik dan weer geen raad mee weet.
|