Zij zullen hem niet temmen, de fiere Vlaamse Leeuw, Al dreigen zij zijn vrijheid met kluisters en geschreeuw. Zij zullen hem niet temmen, zolang één Vlaming leeft, Zolang de Leeuw kan klauwen, zolang hij tanden heeft.
Zij zullen hem niet temmen, zolang één Vlaming leeft, Zolang de Leeuw kan klauwen, zolang hij tanden heeft.
De tijd verslindt de steden, geen tronen blijven staan. De legerbenden sneven, een volk zal nooit vergaan. De vijand trekt te velde, omringd van doodsgevaar. Wij lachen met zijn woede, de Vlaamse Leeuw is daar.
Zij zullen hem niet temmen, zolang één Vlaming leeft, Zolang de Leeuw kan klauwen, zolang hij tanden heeft.
Wibo's hoekje
30-03-2010
De baas
Een man gaat naar een dierenwinkel om een papegaai te kopen. De eigenaar van de winkel wijst drie papegaaien aan die er hetzelfde uitzien en zegt: "Deze papegaai aan de linkerkant kost 1000 euro." "Waarom kost die papegaai zoveel?" vraagt de man. De winkelbediende zegt: "Nou, deze papegaai weet hoe je een computer moet bedienen." De man vraagt naar de volgende papegaai en er wordt hem verteld dat die 2000 euro kost omdat deze alles kan wat de andere ook kan, plus dat hij ook weet hoe je het UNIX besturingssysteem moet gebruiken. Hoogst verbaasd vraagt de man naar de derde papegaai. Deze blijkt 4000 euro te moeten kosten. De man vraagt dus: "Wat kan deze dan allemaal wel niet doen?" Waarop de winkelbediende antwoordt: "Om eerlijk te zijn, heb ik hem nog nooit iets zien doen, maar de andere twee noemen hem de baas!"
Een eenzame soldaat, op post in de ondoordringbare jungle, heeft een papegaai gevangen en die is nu zijn kameraad bij de bittere gevechten aan het opschuivende front. Op een avond, in het bivak, zocht de soldaat zijn papegaai, maar het dier is verdwenen. Pas uren later dook hij ineens op, nerveus fladderend met de vleugels. "Een wijf!" krijste hij. De soldaat greep zijn geweer en stortte zich in de dichte bossages, achter de papegaai aan, die de weg wees met voortdurend uitroepen: "Een wijf!" "Een lekker wijf!" "Wat een figuur, wat een wijf!" Eindelijk streek de papegaai op een tak neer en wees: "Daar zit ze, baas!" "Wie probeer je hier te bedonderen," brulde de soldaat. "Dat is geen wijf, dat is een papegaai." "Ja, maar wat een lijf heeft die vrouwtjespapagaai!"
Bij de Paters komt een jongeman die graag zou opgenomen worden als novice in de gemeenschap. Vader Abt verwittigt hem dat er bij hen echter een zeer strenge regel geldt: de zwijgplicht. Dat vindt de jongeman niet erg en hij wordt op proef aangenomen. Na een drietal dagen ziet Vader Abt de jongeman met een pijnlijk vertrokken gezicht in de gangen ronddwalen. Hij heeft medelijden en wenkt de jongeman, doet teken dat hij hem moet volgen naar zijn studeerkamer. Daar zegt Vader Abt: "Jongeman, ik zie aan uw gezicht dat er iets niet gaat. Ik ontsla u eventjes voor tien minuten van uw zwijgplicht. Vertel op, wat scheelt eraan?" De jongeman antwoordt met een dankbaar gezicht: "Dank u, Vader Abt, maar ik wou eindelijk eens weten: WAAR ZIJN HIER ERGENS DE TOILETTEN?"
Een Belg en een Hollander staan naast elkaar in de rij. Zegt de Belg tegen de Hollander:Ik vind het heel gemeen en kwetsend dat jullie altijd moppen over domme belgen maken, maar gelukkig maken wij ook moppen over jullie. De Hollander antwoord dan:Het is voor ons veel kwetsender want wij begrijpen de moppen ook nog
"Hé, wil jij een blondjesmop horen?" De hele bar wordt in een klap muisstil. Met een diepe, dreigende stem zegt de vrouw naast hem: "Voor u die mop vertelt, meneer, moet u vijf dingen weten: Een: De persoon achter de tap is een blonde vrouw. Twee: De uitsmijter is een blonde vrouw. Drie: Ik ben een 1,90m grote, 100 kilo zware blonde vrouw met een zwarte band in karate. Vier: De vrouw die naast me zit, is een blonde vrouw en is een professioneel gewichthefster. Vijf: De vrouw aan jouw andere kant is een blonde vrouw en doet aan worstelen. Ik raad u aan om er eens goed over na te denken, meneer. Wilt u die mop nog steeds vertellen?" De blinde man denkt enkele seconden na, schudt zijn hoofd en zegt: "Nee, niet als ik 'm vijf keer moet gaan uitleggen."
Als het paard geen haver lust, dat het dan mijn kloten kust. Wie z'n kind benzine voert, mag niet roken als het boert. Wie zijn kruis krabt met een riek, eindigt vaak in de kliniek. Als de haan 's nachts lustig kraait, wordt z'n bakkes dichtgenaaid. Als de hond naar varkens ruikt, heeft hij vast de zeug misbruikt. Als het hooi is in de schuur, zit het wijf vaak bij de buur. Wie zijn haar soigneert met stront, is waarschijnlijk donkerblond
Een belg zegt aan zijn hollandse vriend : "Ik ken een truukje om gratis te gaan eten.". "Fantastisch zeg, hoe doe je dat ?" "Ik ga naar een restaurant, zet mij neer en ik bestel een voorgerecht, een hoofdschotel en een dessertje, dan neem ik mijn tijd met een koffie en een cognac. Vervolgens wacht ik tot sluitingstijd. Als bijna alle stoelen op de tafels staan komt natuurlijk de ober vragen of ik wil afrekenen. Dan zeg ik hem Maar ik heb al afgerekend met uw collega die reeds vertrokken is. En klaar is Kees." "Geweldig, gaan we dat morgen eens uitproberen ?" vraagt de hollandse vriend. Zoals afgesproken gaan ze 's anderendaags op restaurant en alles verloopt zoals verwacht. Tegen het sluitingsuur komt de ober en vraagt of ze willen afrekenen. De belg antwoordt : "Excuseer, maar wij hebben al betaald aan uw collega die reeds vertrokken is." Waar de hollander aan toevoegt : "En we wachten nog altijd op ons wisselgeld