Nacht of avond,middag of morgen, maak je om de tijd geen zorgen. kraaiepoten,rimpels of grijze haren, laat je drijven op de jaren. en heb lak aan die eeuwig durende kalender, als je ieder jaar opnieuw maar weer zeggen kunt: "ik ben der".
AUTEUR : Anton van Wilderode uit: Op hoop van vrede..
De laatste dagen
en de laatste vragen van het geleden jaar staan voor de deur , de bomen kouder en de dromen ouder maar de verwachting nog vol gloed en kleur want wij geloven : het licht van boven is niet te doven stelt niet teleur voor alle vragen van alle dagen achter de einder achter de deur.
Er staat een taart in een etalage, een grote witte taart. Wat moet ik doen?
Ik moet aan geld komen, ik moet een steen door dat raam gooien, ik moet jarig zijn, ik moet zorgen dat die juffrouw binnen, die met die rode lippen, verliefd wordt op mij-
ik doe mijn ogen dicht, druk mijn neus tegen het glas, prevel: taart, grote witte taart, vlieg ongeschonden door dit raam....
of moet ik zelf bakker worden, banketbakker d' excellence?
Een kleine huismuis aan de Maas hield niet van Nederlandse kaas. Was het geen Camembert of Brie dan huilde hij een dag of drie totdat zijn moeder zei: "Mon cher, hou op met je gecamemblèr."
Het kindje lag gewikkeld in de doeken Op moeders schoot; het was een armlijk kot: De koe en ezel stonden achter 't schot. 'Wat die drie koningen in 't huisje zoeken?' Jozef was graag gevlucht in donkre hoeken. Hij hield zich stil terzij: hij zat voor zot. Maar noch gevolg noch vorsten toonden spot: Geschenken biedend knielden zij, die kloeken. Rondom de stal was van de rossen 't neien*, Uit de open hemel zongen englenreien, 't Kindje zat stil en zag en hoorde 't aan. Maria lachte en vond het heel natuurlijk. Jozef besloot: het spel was puur figuurlijk. Slechts koe en ezel hadden 't feest verstaan.
Laat dit nooit overgaan De rust in je gezicht Je snelle felle zwarte ogen dicht In halve slaap noem je mijn naam Laat dit nooit overgaan
Laat dit nooit overgaan Zoals je naast me ligt Je glimlach zacht en met ogen dicht Ik voel je adem langs mij gaan Laat dit nooit overgaan
Zo lang gedacht dat het alleen kon Zo bang geweest dat het bestond Nu mag je nooit meer gaan Eenzaam is voortaan een stap bij jou vandaan
Ach, liefde, ach, lieve Dit is zo goed dat het pijn doet
Laat dit nooit overgaan De gladheid van je huid Je geeuwt en rekt je lijf languit Ik wil hier nooit meer vandaan Laat dit nooit overgaan
Zo lang gedacht dat het niet waar was Zo bang geweest, nu weet ik pas Nu mag je nooit meer gaan Eenzaam is voortaan een stap van jou vandaan
Ach, liefde, ach, lieve Dit is zo goed dat het pijn doet
Laat dit nooit overgaan Ik ruik je zwarte haar Mijn hand ligt rustig daar Waar je lichaam dicht tegen het mijne ligt Dit is het eind van het bestaan Laat dit nooit overgaan