AUTEUR : Alie Hoogenboezem de Vries Vanuit zijn hart...
.
VANUIT ZIJN HART.
Hij is zo'n opa, die ieder kind wel wil, zo'n opa die wandelt, babbelt en speelt Gaat fietsen met mooi weer, met geduld blokken stapelt voor haar, keer op keer Die straalt, als hij zijn meisjes ziet, van ieder moment met hen geniet Die zelf een poppenhuis, een boerderij of loopfiets bouwt Geen opa van dure kado's om indruk te maken....deze opa weet zijn kleindochters met liefde en aandacht te raken
In een rumoerige pub te London verdronk ik mn eeuwig liefdesverdriet in blond bier terwijl mn ogen een meisje van plezier als leeuwenvoer verslonden. Het was een lekkere griet.
Dus strubbelde ik niet tegen toen wij ons wat later in een zolderkamer bevonden waar zij en een rubbertje mij drie kwartier genot schonken.
En al ben ik niet voor de sex om de sex, ik vergat holderdebolder mn ex.
Ik voelde zelfs de vonken die sfeervol oversprongen bij het dierlijk blubberen van haar sluitspier-reflex.
"Lieve God", schreef het ventje van acht jaar "Ik vind u best een beetje raar U stuurt steeds nieuwe baby's en die worden dan weer groot, maar de mensen waar we al van hielden, die gaan dood!
Lieve God, waarom mogen die niet langer bij ons zijn, dat maakt me aan het huilen... Lieve God, ik begrijp echt niet, waarom u ze wilt ruilen!"
Een dakloze is een vreemd fenomeen. Hij heeft met een dakbezitter weinig gemeen. De mens zonder huis of eigen woning voelt zich met een flinke doos al een ware koning.
Terwijl de huiseigenaar zit met allerlei financiële vragen, hoeft de dakloze slechts zijn bezit op de rug te dragen. Hij loopt van portiek naar portiek voor een droge plek en wordt van gemeentelijke heffingen niet meer gek.
Hij draagt zijn lot met zo veel genoegen en hoeft voor de hypotheek niet te zwoegen. Geen onderhoud, reparaties of ander gemier. Nee, slechts een kartonnen doos, of wat krantenpapier.
Elke keer, als ik aan je denk Slaat mijn hart zo´n twee keer over Krijg ik vlinders in mijn buik Nee dit gevoel gaat nooit meer over Elke keer, als ik je zie Krijg ik weer een kleur Prachtig donker haar, je mooie bruine ogen Zelfs in mijn dromen, ruik ik nog je lichaamsgeur Mijn vrienden zeggen het al weken Een roze blos op mijn gezicht Je doet iets met me Ik kan niet kan niet verklaren waarom Velen verklaren me voor gek Anderen vinden me weer dom Maar het maakt me allemaal niets uit Bij alles wat ik doe Zelfs hier in de kroeg Waar het bier nog rijkelijk vloeit En iedereen zich met elkaar bemoeit Kan ik maar aan één ding denken Aan een beauty van een vrouw Ze heet Clara en is de allermooiste koe.
Ik kon maar niet slapen voelde me alleen Keek eens naar mijn slapende man en riep heel gemeen: "Ben je wakker, of slaap je, schat?" Ik gaf een flinke por, kriebelde aan zijn snor Er volgde een rare zucht, zijn arm zwaaide door de lucht Slaperig vroeg hij: "Wat was er, dat je riep?" "Ohhhh...niets, ik wou weten of je sliep"