Het lied van de muzen
Mijn reis is nu al begonnen. Nu al dragen de muzen een nieuw lied met hen mee. Nu al verwelkomen zij mij uit een toekomst, en lijken mij te melden op zekere tijd reizen wij met jou mee.
Heden ga ik op weg en in mijn hoofd klinken de stemmen van de muzen. Hun klanken op de stromen van de wind lijken mij te willen zeggen: 'op zekere tijd zijn wij ook jouw muzen, die aan jouw hart dan een nieuwe keuze zullen voorleggen.'
Zij lijken mij te zeggen: 'om ons te ontmoeten dien je op reis te gaan.' 'Wij brengen jou op weg naar een nieuwe tijd, naar een nieuwe werkelijkheid.' 'Nu al zingen wij in ons lied van een van een vrijheid in de morgen, die een toekomst voor een ieder ziet; die nu nog zo ver lijkt te zijn opgeborgen.' 'Na de droom zal die morgen komen, die de werkelijkheid achter de illusie doorziet.'
'Daar waar jij gaat overal ter wereld vind je onze respons; overal waar jouw hart zich door ons muzen vangen laat. 'Op deze reis door vele landen klinkt onze stem, die met de hoop op een nieuwe toekomst, elke wanhoop naar een nieuwe glorie praat.'
'Oh', ik mens van vele misverstanden. Ik zwijg van gevoelens, die in mijn ziel ooit zullen verzanden. Mijn innerlijk stemt de beste muzen in mij door. Op de juiste tijd heb ik hier aandacht voor.
Vandaag ga ik op weg. In mijn hoofd klinkt de stem van de muzen. Sereniteit zingt samen onder het gouden hemellichaam. Ik voel geen behoefte meer om hier ooit nog tegen in te gaan.
|