Van de paardentram naar de Dampoort tot de Hermelijn naar Flanders Expo
09-12-2007
O. vervoer Gent (221a)
In maart 1940 moesten de maatregelen van lichtverduistering op de tramrijtuigen worden toegepast, zoals bepaald in de voorschriften aangaande de passieve luchtbescherming. De maatschappij maakte in de respectievelijke afdelingen de lampen blauw met "Vernisol", behalve een strook van één centimeter breedte dichtbij de lampvoet. De door weerkaatsing verspreide verlichting liet de ontvanger toe in het compartiment zijn verrichtingen te doen. De ramen werden voorzien van donkerkleurige gordijnen en brede randen. De schijnwerpers droegen een kap met een rechthoekige opening van 4 centimeter. De foto toont rijtuig 314 op lijn 8 aan het Maria-Hendrikaplein dat op dergelijke wijze is uitgerust.
8 december 1939(De Gentenaar)
Bij het rijden in volslagen duisternis wegens het verplicht uitschakelen van de etalage- en straatverlichting tijdens de oefeningen met betrekking tot het luchtalarm, wordt het uurrooster van de tramdienst hopeloos in de war gebracht. Om de geleiders in de gelegenheid te stellen een hindernis op meer dan één meter afstand te kunnen onderscheiden, zou de horizontale spleet in de hoes van de schijnwerpers 1,5 centimeter breed moeten worden, over de gehele wijdte van de schijf. Dit werd door de Dienst Luchtbescherming echter niet toegestaan.
Drie-asser 325 met aanhangwagen uit de reeks 65-72 geparkeerd op het Emiel Braunplein, richting Klein Turkije, klaar om de rit langs lijn 4 naar het Sint-Pietersstation aan te vangen. Foto uit 1958, kort voor de afbraak van de huizenrij. Rechts een gedeelte van het belfort.
NOG VEEL MEER OVER HET GENTSE OPENBAAR VERVOER!!!
Bekijk ook het blog "MIVG" van Dany !!!! ________________________________________