Er bestaat een overlevering dat er op de vlakte van Gizeh, vlakbij of onder de Sfinx, een verborgen onderaardse galerij is, de zogeheten 'Zaal der Archieven'. Hierin zou de volledige wijsheid van de beschaving uit lang vervlogen tijden bewaard gebleven zijn. Het oudst bewaard document dat spreekt over een geheime kamer, 'het heiligdom van Thoth', is de beroemde Westcar-papyrus,van ongeveer 1650 voor Christus en is bewaard in het Oudheidkundig Museum van Berlijn.
Ook Hermetische geschriften, antieke Egyptische inscripties, papyri en Koptische legenden hebben het over zulk ondergronds labyrint van verborgen gangen en kamers. In de 4de eeuw gaf de Romeinse geschiedschrijver Ammianus Marcellinus aan schattenjagers de raad om op zoek te gaan: 'Er zijn (vlakbij de piramiden) ondergrondse spleten en bochtige gangen die syrinxen worden genoemd.
Ook Arabische kroniekschrijvers maakten vanaf de 9de eeuw gewag van de Sfinx als bewaker van een geheime ondergrondse opslagplaats met een schat aan wetenschappelijke kennis.
Tijdens restauratiewerken in 1926, waarbij de Sfinx van onder het woestijnzand werd gehaald, stootte men in de Noordwestenhoek van de romp op een ingang naar een onderaardse tunnel. Er is kennelijk toen niet echt iets gevonden want de gang werd met nieuwe steenblokken dichtgemaakt.
|