Kaj Munk werd geboren op 13 januari 1898 in Maribo (Denemarken) en stierf op 4 januari 1944 bij Hörbylunde. Hij was priester en een begaafd predikant, journalist, dichter en toneelschrijver; wars van dogmatisme en scholastiek. Op nieuwjaarsdag 1944 hield hij zijn laatste preek, waarin hij zich verzette tegen de Nazis. Drie dagen later werd hij door hen opgepakt en doodgeschoten.
Dit ben jij zelf
Kaj Munk, die in januari 1944 door de nazis werd vermoord, omdat hij liever staande stierf dan geknield te leven, heeft ooit eens de in Rome verdwaalde Petrus rondgeleid door de Sint Pieter.
Terwijl hij naar het hoogaltaar wees, fluisterde Petrus angstig: Daar gaan ze straks toch mensen offeren? Toen hij merkte iets verkeerds te hebben gezegd, stamelde de apostel blozend: Is dat hier dan geen tempel voor Jupiter? Munk antwoordde, dat het Petrus eigen kerk was. Jupiter heeft geen aanhangers meer moet je weten. Dit hier zijn allemaal christenen, al die mensen die daar op de banken klimmen, omdat de garde eraan komt. Bij het binnenkomen van de paus kwamen er tranen in Petrus ogen. Petrus: O, wat ziet hij er goed uit, wat ziet de keizer er goed uit. Munk bits: Maar dat is de keizer niet, Simon Petrus; we leven niet meer in die tijd. Dit is de paus, ja kijk eens, ja dit ben jij zelf, begrijp je, hij daar in die draagstoel moet jou voorstellen.
De apostel had toen zn gezicht in zijn handen verborgen en was weggehold. Tot grote opluchting van de enkele kardinaal, die meende hem te herkennen.
(uit een artikel van Loes van Lennep in HN/Magazine van 1985)
|