DEEL 4 Ondertussen was Jerom aan het station van Knokke in alle staten van paniek. De trein van half elf was aangekomen, had massa's volk uitgebraakt, maar geen Miel of Bertha te zien. Jerom belde met zijn gsm naar Adrienne en besloot na samenspraak een uur te wachten op de volgende trein. Om de tijd te verdrijven zou hij een pint gaan pakken (zonder medeweten van zijn eega) in den Breydel, zo kon hij het station in de gaten houden. In Blankenberge had een pientere politieman in burger het koppel opgemerkt en verwittigde zijn oversten: " Er staan twee rare individuen aan het station, waarschijnlijk illegale politieke vluchtelingen op weg naar Engeland en ze hebben verdacht uitziende kartonnen dozen bij zich ... en met al die bomaanslagen van tegenwoordig." ... Groot alarm in het politiekantoor van Blankenberge. Twee patrouillewagens met loeiende sirenes werden direct uitgestuurd richting station. Al spoedig werden de "illegalen" door de politie opgemerkt. " Handen omhoog en in spreidstand tegen de stationsmuur,zodat we jullie kunnen aftasten," klonk het bevel. Van het verschot vloog Miels klakke van zijn kop terwijl Bertha in bedwang gehouden werd door een jonge politieagent. Algauw vormde er zich een groep kijklustigen rond hen en een corpulente toerist merkte luidklaps op, " het zijn opnames voor Wittekerke."Algemene hilariteit en het probleem was rap opgelost toen de politie de ware toedracht van de feiten uit Bertha's mond vernam. Duizend maal excuses van de Blankenbergse politie en meer nog ze mochten plaats nemen in de politiecombi en met zwaailicht aan werden ze naar het station van Knokke gevoerd
( wordt vervolgd )
|