mijn voettocht op de Via de la Plata ten voordele van de Belgische vereniging ter bestrijding van de Mucoviscidose
©
Dank aan al degenen die het initiatief gesponsord hebben.
De Sponsoring heeft tot op 1 Sep 2008, de som van 1160 Euro opgebracht ten voordele van het MUCO fonds.
Inhoud blog
  • Foto
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Zoeken in blog

    Foto
    Foto
    Roland op de via plata
    Pelgrimstocht naar Santiago de Compostela langs de Via Plata
    04-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 19:
    zondag 18 Mei 

    El Cubo de la tierro del Vino - Zamora
    Na ons morgenmaal bij señora Carmen, afscheid genomen van de Frankfurter Manfred, mijn kamergenoot voor een nacht.

    Het is licht bewolkt en ideaal stapweer. Vandaag beloofd een mooie wandeling te worden, praktisch volledig langs veldwegen, in een licht golvend terrein met mooie vergezichten ( een beetje jammer van het bewolkte weer). Rond 0915hr ben ik reeds in Villanueva de Campean en in de reeds geopende plaatselijke bar wordt mij een echt cafe Largo solo geserveerd.

    Een plaatselijke vroege vogel komt een beetje vragen stellen  over de camino, wat voor een landsman ik ben enz…, Maar ik moet verder en ik vertrek voor mijn resterende 21 Km naar Zamora.

    De stad biedt zich al van ver in al zijn glorie van zijn vele kerken. Bij het naderen van de stad aan de Douro torent de kathedraal (12 eeuw) boven alles uit. De stad telt minstens 20 kerken die allen bijzonder goed behouden zijn.

    In het museum van de kathedraal is een afdeling met Vlaamse wandtapijten uit de 15 tot de 17 eeuw. Tegenover de kathedraal staat het Casa del Cid , het woonhuis van Donna Urraca, dochter van Ferdinand van Spanje. Zij was meter bij de ridderslag van Spanje’s nationale held (eigenlijk een overloper) EL CID, hij zou ridder geslagen zijn in de buiten de stadsmuren gelegen kerk van St Cipriano.

    Bij mijn inkwartiering in de jeugdherberg (de nieuwe Albergue was nog gesloten tot 1630HR) maak ik kennis met een beetje lastige ontvangstdame.

    Ondanks mijn ledenkaart van de jeugdherbergen, wou zij mij aanvankelijk niet inschrijven, maar na wat gediscuteer schreef ze mij uiteindelijk toch in. Ik kreeg een mooie kamer voor 11,60€, na een rijkelijke dagmenu in een naburige restaurant , volgt een bezoek aan deze qua historische gebouwen rijkelijk voorziene stad.

    Bij mijn zoektocht naar het internetcafé blijkt dit gesloten op zondag en maandag, en de speelhall met PC’s die wel open is heeft dergelijke trage apparaten dat ik het na een paar pogingen opgeef.

    ‘s Avonds kan ik terug blikken op een goed verlopen dag. Het is vandaag de eerste dag sinds Monesterio dat ik weinig of geen last gehad heb van pijnlijke voeten. Of de nieuwe inlegzolen ermee te maken hebben weet ik niet, het is het resultaat wat telt

    04-07-2008 om 21:34 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    .

    Etappe 18: Rustdag in salamanca

    En salamanca – El Cubo del Teirra Vino .

    Een zaterdagmorgen om van te dromen. Ondanks mijn wil om langer te blijven slapen ben ik toch vroeg uit de veren. Ten eerste uit gewoonte en ten tweede door het (stil !!!) lawaai en het geritsel van de vele plastiekzakjes, te horen bij het zich klaar maken voor de komende dag en het pakken van hun rugzak van de overige logeerders.
    Rond 0800Hr trek ik de stad in om eens een deftig morgenmaal te zoeken, wat in deze drukke universiteitsstad, zelfs op een vroege zaterdagmorgen, geen probleem is.

    Er moet ergens proclamatie of toch iets plechtigs zijn, want aan bepaalde faculteiten verzamelen zich, op hun paasbest gekleed, Spaanse señors en señorita’s, vergezeld van hun zonen en dochters, en zoals Spanjaarden kunnen, druk pratend met elkaar.

    De universiteit van Salamanca werd gesticht in 1214 door Alfonso IX, en is hiermee de oudste universiteitsstad van Spanje. Een van zijn beroemde studenten was de Spaanse dichter Miguel de Cervantes (1547-1616).

    We beginnen met ons bezoek aan het oude stadscentrum, dat door de UNESCO tot werelderfgoed werd uitgeroepen. Daar we gisteren een paar geopende kerken hebben bezocht is het vandaag de beurt aan de andere gebouwen, eerst en vooral nogmaals de Plaza Major of de Grote Markt, die echt een wonderbaar geheel vormt, jammer is het voor het tradioneel postkaartfotootje niet het juiste moment, daar in het kader van de Boekenweek de marktplaats volstaat met boekenkraampjes.

    Ook merkwaardig is Casas de los Conchos of het huis der schelpen , waar nu het toeristenbureau is in ondergebracht. Het werd in de 16 eeuw gebouwd door een Santiagoridder als stadspaleis, hij versierde de gevel met 300 gebeeldhouwde St. Jakobsschelpen.

    Ik laat me verleiden om voor een paar euro plaats te nemen op het toeristisch treintje en zo de merkwaardigheden aan de buitenkant van de stad te bekijken.

    Tussen al dit toeristisch gedoe moet ik ook nog een schoenmakerszaak vinden, daar ik op zoek ben naar een paar nieuwe binnenzolen voor mijn bottines. Ik hoop zo de problemen met pijn aan de voeten op te lossen. In een piepklein winkeltje om de hoek van de grote markt vind ik wat ik zoek en de vrouwelijke schoenmaker helpt me aan het juiste materiaal, achteraf blijkt dat wat ze me aanbevolen heeft ook van goede kwaliteit is.

    Ondertussen 1100Hr geworden besluit ik naar de herberg te gaan en vandaag nog een etappe te doen zodat ik weer een dag inwin en een volgende grote etappe in twee kan delen.

    Mijn rugzak was al gepakt, daar ik in ieder geval geen tweede nacht in de albergue mocht slapen. Bij het snoeren van mijn schoenen komt een nieuwsgierig toeristisch echtpaar een kijkje nemen bij de ingang van de albergue. Het blijken West Vlamingen te zijn en noch wel uit een nabuurgemeente van Jabbeke, Bekegem. Hun zoon studeert aan de Univ van Salamanca en ze zijn bij hem op bezoek.

    Dus op stap naar El Cubo de Tierra de la Vino.
    Met een flinke stap gaat het dwars door de stad, alover de Plaza Major, richting Zamora en de N 630. De eerste 6 km is niet veel soeps, veel buitenwijken, maar kort voor Aldeaseca gaat het over een veldweg richting Calzada de Valdunciel.
    Gezien onderweg de werken aan de nieuwe autoweg, en daardoor een onduidelijke markering en het stappen langs de zijkant van de zeer drukke N 630 niet echt zonder gevaar is (op zondag zijn blijkbaar alle snelheidsduivels van Spanje losgelaten, of denken ze allemaal een toekomstige Alonso te worden), besluit ik ter hoogte van de gevangenis, voor de laatste 8 Km, de bus te nemen. Of de inzittenden van de bus gedacht hebben dat ik juist losgelaten werd, heb ik hen niet gevraagd.
    In El Cubo wordt uitgestapt en gaat het naar de private verhuurster van Casa Carmen.
    Deze lieve oude dame ontvangt mij vriendelijk, wijst mij een kamer, en biedt mij een welgekomen biertje aan.
    Na de gebruikelijke was en plas geniet ik op de patio van deze gezellige woning van de late namiddagzon.
    Na een tweetal uren verschijnt Manfred de peregrino uit Frankfurt en we maken bij een glas wijn kennis met elkaar.
    De maaltijd ‘s avonds is overvloedig. Als voorgerecht een heerlijke vissoep met allerlei zeevruchten, en als hoofdgerecht 3 flinke lapjes kotelet met frieten (friet op zijn Spaans d.w.z. half gebakken en slap), dat alles vergezelt van een fles wijn, brood en een grote kom sla.
    Na een goede nachtrust en een Spaans ontbijt bestaande uit toast, madeleines en koffie stap ik om 0700Hr op, richting Zamora.

     

    03-07-2008 om 22:55 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 17: Morille - Salamanca

    Deze morgen ziet het er niet echt mooi uit , en we worden begroet door de weergoden met een lichte motregen, deze zal aanhouden tot rond 1000Hr, waarna het opklaart en mooi zonnig weer wordt.

    Het was een rustige nacht in de kleine herberg van Morille, met drie Nederlanders en een Belg.

    De poncho wordt bovengehaald vanwege de lichte motregen en af en toe plakt de zware leembodem ons aan de schoenen.

    In Miranda de Azán wordt eventjes van de weg afgeweken om een tas koffie te gaan drinken ,en jawel als we de weg vragen naar een al geopende bar treffen we de eigenaar die juist onderweg is om te openen. Na onze koffiepauze gaat het verder richting Salamanca en vanaf het Kruis van Salamaca zijn al de torens van de kathedraal van Salamanca te zien. We komen Salamanca binnen via de Puente Romana die met zijn 27 bogen de rivier Rio Tormes overspant ( 15 van deze bogen zijn nog uit het Romeinse tijdperk).

    De Markering in de stad loopt recht naar de kathedraal en de Albergue, die in elkaars nabijheid liggen. Hier neem ik afscheid van Hans die sinds Guillena mijn regelmatige compagnon was, hij stapt verder zonder rustdag, en gaat de camino stappen over Astorga, veel succes Hans.

    Na het afzetten van de rugzakken in de albergue, moeten we wachten tot 1600hr om ons in te kunnen schrijven.

    Dus begint het bezoek aan de stad, eerst gaat het richting kathedraal voor een afstempeling van mijn credential en voor een bezoek van dit merkwaardig mooie gebouw. Ze hebben in de tijd de oude romaanse kathedraal laten staan en er vanaf 1513 de nieuwe gotische kathedraal met barokke elementen, tegenaan gebouwd.

    De torens van de kathedraal zitten vol met ooievaarsnesten, zoals tot nog toe overal op de plaatsen waar we voorbijkwamen.

    Je vindt hier ooievaarsnesten op alle mogelijke hoge toppen zoals kerktorens, elektriciteits - of hoogspanningsmasten.

    Ik beperk mijn bezoek aan de stad, want morgen heb ik ook nog een dag en na het inschrijven in de herberg is het eerst en vooral tijd om de dagelijkse rituelen van douche en was te volbrengen.

    In de albergue treffen we weer een paar bekenden gezichten van een paar dagen geleden, ook een Nederlandse dame die haar camino hier wil verder zetten, maar haar rugzak is achtergebleven op de Londense luchthaven.

    ’s Avonds is het genieten van een avondwandeling, door de drukke universiteitsstad, die salamanca is.

     

    02-07-2008 om 00:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 16:Fuenterroble de Salvatierro – Morille.

    Vandaag is de hemel bewolkt met af en toe wat zon, en in onze rug een koude wind uit het zuidwesten, maar het zal tot onze aankomst in Morille droog blijven.

    Na een luidruchtige nacht in de Albergue van Don Blas vanwege de snurkers (oorstopjes vergeten) vertrekken we om 0700Hr, na ons karig morgenmaal van  yoghurt met een paar madeleintjes.

    We verlaten het dorp en zijn weldra op een brede weideweg die deel uitmaakt van de Canada Royal, altijd rechtdoor. Af en toe moeten we een riviertje op de aangelegde stapstenen overschrijden, en hier tonen Jan en Herman (die met het kruiwagensysteem) hun behendigheid in het afladen en overbrengen van hun transportsysteem.
    Onze baken voor vandaag zijn de windmolens die ons moeten brengen naar het Cruz de Santiago, op een hoogte van 1172m, tot nog toe het hoogste punt van onze wandeling. Op een bepaald moment is er een veelvoud van pijlen, en later zal blijken dat we de goede pijlen gevolgd zijn nml: richting Noord, maar niet de juiste .
    Uiteindelijk komen we uit in het dorpje Pediosius. Hier helpt ons een vriendelijke man in bar Julia, aan de hand van  een schetsje, hoe we in Morille moeten geraken.

    Wanneer we verder stappen blijkt dat deze weg ook gemarkeerd is met gele pijlen en zo stappen we verder over Monterrubio (5 Km)  naar Morille ( 6 Km).

    Onderweg ontmoeten we een Duitse fietser die vertrokken is vanuit Bilbao en zo naar Lissabon wil fietsen met 28Kg bagage op zijn fiets.

    In Morille halen we de sleutel van de albergue af in bar Marco en kunnen we ons installeren in de kraaknette herberg met een capaciteit van 6 personen. De maaltijd in Bar Marco met als voorgerecht paella (rijst is niet direct mijn lievelingskost) en daarna een combinatie van gekookte eieren met champignons, begeleidt met brood en wijn smaakt voortreffelijk, (honger is schijnbaar nog altijd de beste saus).

    02-07-2008 om 00:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 15: Calzada del Béjar – Fuenterroble de Salvatierra.

    Na een goede nachtrust nog eens de voeten extra verzorgd en gezien er geen vocht meer in de blaar zit wordt er een compeedje op gelegd.

    Het morgenmaal is voor Spaanse normen zelfs uitstekend en om 0750Hr gaan we de baan op.

    Gezien de regen van deze nacht hebben we de eerste kilometers een modderige weg, en een Spaanse señor geeft ons een ganse uitleg  die we echter eerst snappen wanneer we hem met droge schoenen een beetje verder terug ontmoeten,hij wou ons enkel duidelijk maken dat de weg die wij namen nogal nat was en op sommige plaatsen onder water stond, en het evengoed kon langs de asfaltweg.

    Uiteindelijk komen we op een mooie brede grindweg tussen de dehessa’s.

    In het dorpje Valverde de Valdelacasa vragen we aan een oudere Señora of er een bar is , en na de nodige uitleg waar en hoe ver de bar gelegen is komt ze tot het besluit”maar vandaag is hij gesloten.”

    Ze nodigt ons uit voor een kop hete chocolade en willens nillens moeten we ook nog een stuk appelcake eten, zij dringt zelfs aan dat wij de rest zouden meenemen.

    Maar vooral moeten wij haar beeld van St. Jacob bewonderen, die rijk versiert in haar salon staat. Na vele gratia señora nemen Hans en ikzelf afscheid van deze vriendelijke dame en zetten we onze weg verder. We genieten van het prachtige landschap van de met sneeuw bedekte bergen van castillië y Leon.

    Stilaan klimt de weg en we naderen de 1000m en de hoogvlakte van Castilliê y Leon en ondanks het schijnen van de zon, blaast er een koude wind in onze rug.

    Op het hoogste punt van onze etappe, 995M komt een lichte daling en we komen aan in Fuenterroble de Salvatierra, en dwars door het dorp gaat het naar de welbekende herberg van de dorpspastoor, Don BLas.

    Deze herberg is ingericht in de pastorij, met een mooi sanitair (maar op deze dag een koude douche)

    Er is een klein oratorio (bidplaats) met een pracht van een Christusbeeld uit een boomstronk of wortel gesneden.

    Na ons middagmaal in de plaatselijke herberg, inkopen gedaan in het plaatselijke winkeltje, en de apotheker een paar zaken besteld die hij ’s avonds om 2000hr persoonlijk brengt.

    Buiten is het in de schaduw zeer fris en het beloofd een koude nacht te worden.

    01-07-2008 om 23:03 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 14: Aldenuevo del Camino – Calzada del Béjar.

    Na een behoorlijk nachtrust en met het vooruitzicht van een eerder korte etappe kom ik moeilijk op gang.

    De dag begint met een voetverzorging en na een ons morgenmaal nemen we afscheid van de Duitse dame Anne-Rose uit Mainz en de Deense dame Shippy, zij waren sinds Sevilla gelijklopend met ons “s avond praktisch altijd in dezelfde albergues of hostals. We vertrekken rond 0800Hr met een bewolkte tot betrokken hemel, en in tegenstelling tot gisteren heeft het meer de neiging om te gaan regenen ,wat in de namiddag ook zo zal zijn.

    De eerste 9 Km van onze etappe loopt over de zijkant van de ons vertrouwde N 630 tot aan de thermale badplaats Banos de Monte - Mayor (*). Hier wordt geprofiteerd van een open Bar om een stevige tas koffie te drinken.
    Buiten aan de bar staan de twee op kruiwagens gelijkende karretjes van Jan en Herman ,twee Nederlanders, waarvan de 70 jarige Jan, het systeem op punt heeft gesteld. Het voordeel is natuurlijk dat zij geen rugzak hoeven te dragen, maar een van de nadelen is bij het oversteken van rivieren, waar zij telkens alles moeten afladen en stuk voor stuk over de rivier dragen. En er zijn nogal wat rivieren, die op stapstenen moeten worden overgestoken.

    Buiten Banos de Monte - Major gaat onze weg verder op een stuk nieuw aangelegde Calzada Romana. We wandelen door een mooi heuvelachtig gebied en boven op de pas Puerto de Béjar stappen we de provincie Salamanca binnen, deze provincie maakt deel uit van de autonome regio Castilla y Leon.

    Af en toe zien we in de verte al het berglandschap van Castillië.
    Beneden in het dal aan de “Puente de la Malena”, een oeroude romaanse brug is het tijd voor onze middagboterham, waarna we verder stappen naar ons einddoel voor vandaag de private herberg Alba – Soyara in Calzada de Béjar.

    Calzada de Béjar kan met zijn 75 inwoners wedijveren met de kleinste dorpjes op deze aardbol  

    In de mooie herberg, met een gezellige zitkamer, worden we vriendelijk ontvangen door de herbergmoeder “Manuela”.

    Na onze installatie genieten we van een heerlijk toebereidde maaltijd, en het wordt een gezellige avond onder de aanwezige pelgrims.

    *In Banos de Monte Mayor zijn van de oudste geneeskrachtige baden van Spanje, maar ook van de modernste van Europa.
    In de 43 graden warme, zwavelhoudende thermaal bronnen worden voornamelijk rheuma en luchtwegenziekten behandeld

    01-07-2008 om 22:32 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 13:Carcabasso – Aldenuevo del Camino

    Na het ochtendmaal bij señora Elena bestaande uit toastbrood en koffie met de nodige confituur, maak ik me klaar voor het 38,5 km lange traject van de dag. De zon speelt al van ’s morgens vroeg mee en het beloofd een broeiend hete dag te worden, als we de weersvoorspelling mogen geloven.
    We wandelen weer door de mooie dehessa’s , tussen grazende koeien met eeuwenoude eiken, die ons een welkome beschutting tegen de zon bieden. Na ongeveer 3Hr wandelen, komen we aan het landgoed Ventaquemada.
    Hier loopt de 50 m brede vroegere Canada Royal (eeuwenoude weideweg van Zuid naar Noord) naar het hoogtepunt van deze etappe de Arco De Càpara. Aan de Arco de Capara een paar foto’s gemaakt en de uitgravingen van deze stad bekeken, De stad Càpara werd gesticht ten tijde van keizer Vespasian, en verkreeg stadsrecht in 74 na Chr. Aan de opgravingen te zien moet de stad zeer welvarend geweest zijn, met zijn resten van het amfitheater, het reusachtige Forum en zijn thermen. Het bezoekerscentrum geeft de bezoeker de nodige uitleg van deze verdwenen stad waarvan de opgravingen begonnen zijn in 1929.

    Ik zet mijn wandeling verder door het zacht glooiend landschap, zonder ook maar een dorp of gehucht. De laatste 15 Km worden een beetje problematisch door het ontbreken van of slechte markeringen en ook deels door werken aan de N 630, en er wordt dus een paar maal verkeerd gelopen. Rond 1700hr komen we aan in Aldenuevo del Camino (* ) en de eerste bar aan het einde van het dorp wordt een stopplaats om samen met Hans een grote, dikverdiende halve liter pils te drinken.

    De Hostal waar ik wil overnachten, ligt aan de rand van het dorp en na het inkwartieren, en de nodige was - en plasactiviteiten wacht mij de verzorging van mijn voeten, want een reuze blaar op mijn linkerhiel is mijn deel, geen nood na het uitprikken, en de nodige eosine voelt het al wat beter aan.

    Dit is ook de eerste etappe dat ik me echt moe voel en vooral de pijn aan mijn voeten speelt me parten. ’s Avonds na het stevig avondmaal voelt het al wat beter en morgen is weer een andere dag.
     * Aldenuevo del Camino is niet enkel bekend voor zijn mandenvlechterij met kastanjetwijgen, maar ook voor zijn productie van pimentòn.

    Pimentòn is het poeder van boven eikenhout gedroogde paprikas.
    In aldenuevo produceren vier fabrieken ongeveer 1 milioen kilo per jaar
    .

    01-07-2008 om 21:51 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 12: Grimaldo – Carcabasso.

     

    Na een onrustige nacht vanwege het tot 0600Hr durende lawaai van het dorpsfeest, is het een plezier om te mogen opstaan en zich klaar te maken voor de volgende etappe..De dag kondigt zich mooi aan met een licht bewolkte hemel, en al vroeg laat de zon zijn eerste warme stralen op de pelgrims schijnen.

    De wandeling gaat langs mooie dehessa’s tot in Galisteo, dit stadje is  volledig ommuurd met vestingmuren gebouwd uit rivierkeien. Dit is de ideale plaats om de grote pauze te houden en bij het eerste barretje wordt de rugzak opzij gezet en een lekkere pint besteld vergezeld, van een lekker stuk tortilla.

    Na het middagmaal is het tijd om verder te stappen, maar het plezier om door de weidse weiden te stappen is weer voorbij, en ons rest de asphaltweg in het dal van de rivier Rio Jerte , rivierdal bekend voor zijn bloei van de kersenbomen.
    Rond 1400hr kom ik aan in Carcabasso en ga ik voor mijn nachtverblijf naar bar Ruta de la Plata bij Senora Elena.

    Na het aanwijzen van een kamer die ik met Hans deel, (10€ per persoon met ontbijt), krijgt Hans een les in het doen van zijn dagelijks wasje.

    Later krijgen we aan de hand van een zelfgetekend kaartje uitleg over de etappe van morgen. Blijkbaar maakt ze dit schetsje voor iedereen.

    Senora Elena geeft ons de tip te gaan eten in restaurant” De Capara” en we vallen echt goed.

    Na de keuze van een ons onbekend voorgerecht, dat een groentemix met bovenop een gepocheerd ei bleek te zijn, kwam een rijkelijk hoofdgerecht, begeleid van een goed streekwijn en het nodige brood. Dit alles afgerond met een dessert van het huis en een tas koffie en dit voor de ronde som van 9€ ( geen wonder dat zoveel Spanjaarden op restaurant gaan).

    Na het eten vangt een Spaanse familie een gesprek aan en met de nodige traktaties wordt het een uitwisseling van gedachten in een mengeling van Spaans, Frans en Engels.

    Bij een bezoek aan het stadje blijken in het kerkportaal mijlpalen uit de tijd van Trojanus te zijn gebruikt. Zelfs voor de kerk staan er nog een paar.

    01-07-2008 om 19:29 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    29-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 11: Albergue Alcàntara – Grimaldo.

    Na het wekken ’s morgens, eerst ons al klaar staande ontbijt naar binnen gewerkt, zonder de vastgeketende hond Amigo niet te vergeten (schijnbaar wekt hij steeds het medelijden van al de aldaar verblijvende pelgrims en wordt hij dus goed gevoed).

     

    Als we de herberg verlaten belooft het weer niet veel goeds en inderdaad in de late namiddag zullen we met regen geconfronteerd worden, maar dan zijn we al lang binnen.

    Direct gaat het stijgend tot we tussen de weiden lopen op de hoogvlakte.

    Het is genieten van de mooie panorama’s tot aan het dorpje Carneveral, waar de plaatselijke bar al geopend is en er dus kan geprofiteerd worden van het drinken van een tas koffie.

    Ook de plaatselijke winkel is al open en dus is het een gelegenheid om een beetje mondvoorraad op te slaan. Na deze activiteiten terug op stap en via de Ermita de Cristobal gaat het terug stijgend naar de hoger gelegen weidevlakten. Na ongeveer 4 hr30 stappen is het eindpunt Grimaldo in zicht.

    De plaatselijke herberg is een schril contrast met gisteren; een oud huis met een drietal kamers, volgestouwd met stapelbedden biedt het aan een 12 tal personen overnachting.

    De douche werkt wel, maar enkel koud water.

    Ik installeer me met Hans in een van de kamertjes en een uurtje later meld zich de Duitse dame Anne Rose met haar Deense vriendin als tweede paar voor deze nacht in onze kamer. De Berliner die elke morgen in de vroegte (rond 0400Hr) opstaat, om met zijn Franse vriendin te vertrekken, is al voor ons aangekomen. Hij beweert dat het wandelen in de volslagen donkerte, zeer aangenaam is vanwege de stilte van de nacht, die enkel gestoord wordt door de vogels. Van een eventueel verkeerd lopen spreekt hij niet, we zullen hem maar geloven.

    Na onze installatie kunnen we ons middagmaal nemen in de enige plaatselijke herberg, en wanneer we proberen een middagdutje te doen, worden we gestoord door het gestommel in de lokalen boven ons die eveneens deel uitmaken van de plaatselijke parochiegemeenschap.

    Er blijkt een feest op komst en dat zullen we de komende nacht geweten hebben.

    Tot ’s morgens zes uur, uur van ons opstaan en zich klaar maken voor het vertrek, is het een lawaai van de helse duivels. De muziek doet meer aan terreur denken dan aan muziek, zelfs oorstoppen zijn hier niet echt tegen bestand.

    29-06-2008 om 21:29 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 10: Caceres – Albergue Alcantara.

     

    Om 0700Hr stipt vertrokken uit de mooie albergue Turistico "Las Veletas".
    Het is echt fris en een buitenthermometer duidt 5 graden aan.

    Maar met de opkomende zon wordt het ook echt aangenaam zonnig weer met een licht windje erbij, die ons wanneer het rond de middag echt warm wordt zeer aangenaam zal zijn.

    Na het gebruikelijke zoekwerk in de stad gaat het met een stevige stap langs de zijkant, van de in de morgen druk bereden, N 630.
    Bij de afslag naar de veldweg is er wat verwarring, want de juiste pijl is nergens te vinden, een beetje logisch denken brengt me op het juiste pad en inderdaad een beetje verder staat de gezochte.

    Het is stappen door een mooi golvend landschap naar Casar de Caséres, dorp bekend voor zijn vermaarde kaas, een soort camembert op basis van schapenmelk.

    Men moet de gelegenheden die geboden worden benutten, en bij de eerste bar die open is wordt een café largo solo besteld.

    De wandeling gaat verder tussen de uit opgestapelde rotsstenen bestaande omheiningmuurtjes van de weiden.

    Ook enkele oorspronkelijke mijlpalen van de Romeinse tijd zijn hier en daar nog te bewonderen. Op bepaalde plaatsen zijn de boordstenen van de oude Calzada Romana te herkennen, een wonder hoe bepaalde zaken zich door de eeuwen heen in stand houden.

    Ik kom aan het einde van de Finca’s, en krijg een eerste blik op het stuwmeer van Alcantara*. Na een afdaling van een  uit losse keien bestaande weg kom ik op de asfaltweg, waar een lange trip langs de Ambalsa mij brengt tot aan de mooie, in moderne architectuur opgetrokken Albergue Alcàntara.

    Een jonge behulpzame herbergier wacht de pelgrims op. (Zelfs onze was wordt voor ons gedaan ).

    Eten is hier mogelijk, het zijn wel allemaal voorverpakte gerechten, maar een microgolf kan voor hongerende pelgrims wonderen doen, zelfs een salade is verkrijgbaar.

    ‘s Avonds wordt onder de pelgrims, in een gemoedelijke ronde, genoten van een goed glas wijn.

     

    * de Embalsa de Alcàntara is een der grootste stuwmeren van Europa en een van de belangrijkste waterreservoirs van de Extremadura. Hij wordt gevormd door twee rivieren, de Rio Almonte, en de Rio Tajo (Taag).

    De naam is afkomstig van aan de grens met Portugal over de rivier de Taag liggende brug “De Alcàntara”.
    Deze 105 na Chr. uit graniet en zonder mortel gebouwde brug is 194 m lang, 8m breed, en bijna 60m hoog, terecht beschouwd men dit bouwwerk als een meesterstuk Romeinse bouwkunst.

    29-06-2008 om 19:55 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 9: Torremegia – Merida.

     

    We vertrekken om 0700Hr voor een korte etappe naar Merida, zodat ons ook tijd blijft voor een bezoek aan deze uit de het jaar 25 voor Chr. gestichte stad. De stad werd door keizer Augustus gesticht voor zijn veteranen van zijn V en X legioen. In de Romeinse tijd was Merida met zijn 50 000 inwoners een van de grootste steden van het toenmalige Iberiën.

    De eerste kilometers lopen op de zijkant en op een pad parallel met de N 630, waarna we weer tussen de velden wandelen, de mussen zijn in de vroege morgen onze begeleiders met hun ochtendgestilp.

    Na een goede 3Hr 30 zijn we in Merida waar de Albergue “Pan de Molina” langs de oever van de rivier Guadiana ligt.

    Na de nodige was en plasactiviteiten is het tijd om de stad met zijn vele historische gebouwen te bezoeken waaronder het amfitheater, het aquaduct, de poort van Trojanus,en de tempel van Diana.

    Hans is ondertussen vertrokken naar Caceres.

    Kort na de middag voer ik mijn plan uit om mijn etappeplan opnieuw in te delen. Zodat de afstanden een beetje korter worden. Ik heb de laatste dagen zeer veellast van pijn aan de voeten en vrees anders te moeten stoppen.

    Dus het stuk tussen Merida en Aldeo de Cano wordt geschrapt, het wordt nog even op de tanden bijten voor het stuk Aldeo del Cano naar Caceres.

    Bij aankomst in de universiteitsstad Caceres word ik geholpen door een student die mij begeleid tot aan de albergue Turistico.

    Na de nodige inkopen voor de volgende twee dagen, een korte wandeling gemaakt door het historische gedeelte van deze stad die in 2016 zijn  kandidatuur stelt voor culturele hoofdstad van Europa.

    In het historisch centrum is er een lawaai van jewelste gezien hier een Hippieconcert plaats heeft in het kader van de muziekweek “ Womad 08”

    Aan een tafeltje tref ik Hans bij zijn avondmaal.

    We worden opeens aangesproken of we een paar vragen willen beantwoorden. Drie niet meer zo jonge studenten van de faculteit antropologie stellen ons een heleboel vragen.

    De vrouw blijkt van afkomst een Brusselse te zijn maar kan nog amper Frans laat ons dan niet spreken van Nederlands, al verstaat ze hier en daar nog wel een paar woorden, ze zegt al 35 jaar in Spanje te wonen.
    Een van de Spanjaarden spreekt vlot Frans en het wordt een echt geanimeerd gesprek over wat onze mening is over de prijs van de dranken, de kwaliteit van het eten, wat we denken van de stad enz.

    Tot laat in de nacht is het gedreun van de bassen en het slagwerk, die schijnbaar bij dergelijk duur lawaai horen, ons deel.

     

     

    Etappe 8: Villafranca de los Barros – Torremegia.

    Na een heerlijke nachtrust in Casa Perin vertrekken we om 0650Hr.

    De zon toont zich al van bij de eerste ochtendklaarte en het beloofd een warme dag te worden.

    Onze tocht van vandaag loopt tussen de wijngaarden van het wijngebied “ Tierra de Barros”.

    Het is een eindeloze rechte weg.

    Het lijkt wel de meseta van de Extramedura.
    Al vroeg snorren de tractoren en de auto’s van de wijnboeren, de een al sneller dan de andere, voorbij. Het nodige stof krijgen we er gratis bij, het wordt zeer warm en na 6 uur stappen zijn we tevreden in ons hostalletje aan te komen.
    Schijnbaar het enige van het dorp, De herberg van de Alba Plata is ook hier gesloten, jammer, want hij is ondergebracht in een gebouw uit 15 eeuw waarvan de gevel versierd is met stukken van Romeinse grafplaten  en de boog boven de ingangspoort is als teken, dat dit in die tijd reeds een pelgrimsweg was, versierd met St. Jakobsschelpen..

    Nog een typisch detail; teruggevonden in mijn gids (speciaal voor de royality watchers). In Almendralejo huwde Prinses Letizia voor de eerste keer, waarna zij na haar scheiding de Spaanse troonopvolger prins Felipe huwde. (Voor wat reisgidsen allemaal goed zijn).

     

     

    Etappe 7: Zafra – Villafranca de los Barros.

    Om 0600Hr loopt de wekker af, tijd dus om ons klaar te maken voor onze dagelijkse etappe. Na het eten van een karig morgenmaal bestaande uit een beker yoghurt en een paar Madeleines is het 0645Hr en dus daglicht en kunnen we vertrekken.

    Juist voor het verlaten van Zafra vinden we een bar open en we profiteren van die niet alledaagse gelegenheid om een goede kop koffie te drinken.

    In de Via Concho aan de gesloten Albergue Alba Plata zien we de pijl naar rechts niet en 500m verder staan we samen met een Engels koppel te zoeken naar de juiste weg.

    Een plaatselijke Senor helpt ons vriendelijk op de juiste weg.

    Na een langzame stijging zijn we na 5 km in het eerste dorpje “Los Santos de Malmona” waar we van deze gelegenheid gebruik maken om een verfrissende drank te nemen.

    Het wordt stilaan zeer warm en onze wandeling gaat verder tussen olijf – en wijngaarden (wat jammer dat de druiven nog niet rijp zijn!!!).
    Voorbij aan de eveneens gesloten Albergue  van Almazara ( een gerestaureerde oliemolen) gaat het verder naar ons doel voor vandaag Villafranca de los Barros.

    Een paar kilometer voor onze aankomst in het dorp ontmoeten we een persoon van het genootschap “Les Amigos de Via Plata” die ons een strooibriefje geeft met, een grondplan van Vilafranca, de belangrijkste telefoonnummers en de mogelijke overnachtingen.

    Aan de hand van het plannetje vinden we het gemeentehuis waar we onze geloofsbrief laten afstempelen.

    Na het zoeken voor onze overnachting komen we uiteindelijk terecht in “Casa Perin”

    Gevestigd in een oud herenhuis met alle comfort en mooi ingericht met alle mogelijke oude gebruiksvoorwerpen.

    Dit huis stond in de reisgids beschreven als duur, maar 18€ per persoon voor een logement mag niet echt goedkoop, maar kan toch ook niet duur genoemd worden.

    Tijd na de gebruikelijke was en plas, voor een stevig menu del dia in het restaurant “Monterrey”, bestaande uit gaspacho, een ruime portie zalm overgoten met een lekkere saus en een calorierijk dessert en dit alles voor de prijs van 8€, zonder de halve fles vino tinto en het brood te vergeten.

    Onze etappe van morgen voert ons voorbij Almendralejo, daar is de zetel van het bestuur van de Origine benaming van deze streek “D.O. Ribero del Guadiana” Deze benaming is gecreëerd voor de wijnen uit  de streek van de Extramedura.

     

    Etappe 6: Fuente de Cantos - Zafra.

    Deze morgen eens een uitzondering op de regel. We kunnen ons morgenmaal nemen in het vroegere refectorium van de albergue, zoals ik gisteren schreef er is hier veel geïnvesteerd in prachtige accommodatie voor de pelgrims, maar er wordt buiten het slaapgedeelte weinig gebruik van gemaakt. En op de komende etappes zijn jammer genoeg deze mooie herbergen meestal gesloten.
    Het wordt een mooie wandeling met weinig schaduw en een zon die uiterst haar best schijnt te willen doen, met eens een uitzondering op de regel, een dorpje onderweg, zodat we onze middagpauze eens per uitzondering op een gezellig marktpleintje kunnen nemen.
    Bij de aankomst in Zafra moeten we eerst nog een beetje jongleren tussen de sporen van het rangeerstation, alvorens het stadje te kunnen binnentrekken.
    We vinden al snel een hostal en na de gebruikelijke was en plas en een deugddoende douche wagen we ons aan de verkenning van het stadje.
    Op de grote marktplaats ontmoeten we de Nederlandse journalist met zijn vrouw van een paar dagen geleden en op een terrasje wordt bij een aangeboden pintje honderduit verteld over zijn en onze ervaring.

    22-06-2008 om 21:04 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 5: Monasterio – Fuente de Cantos.

    Daar we in een hotel overnachte hebben lukt het ons een klein ontbijt met een café largo solo te gebruiken.

    We vertrekken bij de eerste ochtendklaarte maar bij een hemel die weinig goeds voorspelt, we voelen zelfs een paar druppels, maar algauw klaart het uit en het wordt een zeer warme dag met een stralende zon.

    Na een 8 tal km wandelen, nemen we de arduinenblokmarkering (*) van de Extramedura in plaats van de klassieke gele pijl (die we ook niet bemerkt hebben). Plots staan we in de wijde prairie, met rond ons knorrende zwarte varkentjes, maar geen markering meer, we stappen toch een stuk verder en na een kwartier stappen komen we aan de omheining van de dehessa, waar ook de boer toekomt.
    Na veel uitleg komen we te weten dat de pijl langs de rechterzijde van zijn dehessa loopt en de markering van de Extramedura een beetje verder weer het veld in loopt, maar dat dit traject ook een 2 tal kilometer meer is.
    We besluiten om toch maar de granietblokken te volgen, gezien als we terugkeren we ook al meer dan een kilometer moeten lopen.
    Na goed 4uur 30 stappen zijn we aan de Albergue Alba Plata, die ondergebracht is in een gewezen Franciscanenklooster, zeer modern en ruim van opvatting voorzien van een niet gebruikt restaurant en annex bar.
    Naast de albergue is in de vroegere kloosterkerk een informatietentoonstelling ondergebracht van de van hier afkomstige beroemde Spaanse barokschilder Francisco de Zurbaràn.

    In het centrum van dit 5000 inwoners tellende stadje vinden we een gezellige bar waar  we ons tegoed doen aan een welverdiend menu del dia.

     

    * In de Extramedura is de weg naast de klassieke gele pijlen, ook gemarkeerd met arduinen kubusblokken. Bovenop de blok staat een afbeelding van de Arco de càparra,

    Op de voorzijde van de blok staat ofwel een:

    Gele faience tegel, wat betekent een goed begaanbare weg.

    groen-gele tegel betekent: de weg verloopt op de vroegere Romeinse heerweg (calzada Romana).

    Groene tegel betekent: originele weg maar niet meer begaanbaar en af te raden.

    Op bepaalde plaatsen wijken de arduinenblokken van de via Plata af.

    Maar altijd te vertrouwen; De Gele Pijl.

    18-06-2008 om 21:55 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 4: Almadén de la Plata via El Real de la Jera naar Monasterio.
     Na een licht morgenmaal en bij de eerste ochtendklaarte, op stap voor de 38 km die vandaag voor de voeten liggen.

    Na de eerste km en bij het opbergen van iets in de rugzak heb ik de te volgen pijl niet gezien en dus loop ik  een 500 tal meter verkeerd. Na terugkeer er een flinke pas ingezet en na een 3 tal km tref ik Hans, we vervolgen samen onze weg en algauw ontmoeten we het Italiaans echtpaar, gevolgd door de de Duitse en Deense dame.

    Het eerste stuk van onze wandeling gaat een stuk steil bergop, maar dan wordt het zalig wandelen in een licht golvend terrein, waar kikkers het niet kunnen laten hun gekwaak te laten horen, of is het misschien om de talrijke ooievaars aan het schrikken te brengen. We zijn omringd door de volle natuur van het  laatste stukje Andalusië.

    De ene Dhesa na de ander wordt doorkruist en na een goede 3Hr 30 komen we aan in El Real de la Jara. Het eerste deel van onze dagetappe zit er op.In El Real de la Jara ontmoeten we een bruggepensioneerde Nederlandse journalist die met zijn vrouw delen van de Via Plata stapt en dan telkens terugkeert naar zijn woonmobile.

    Gezien de korte afstand had ik besloten tot in Monasterio door te stappen. Maar wat ik niet wist was, dat er in Monasterio een groot motortreffen plaats had en volgens de ingewonnen inlichtingen alle hotels en hostals volzet zijn, onderweg nagedacht over een oplossing, maar ik besluit af te wachten.

    Al verder stappend voorbij een ruïne van een kasteel van de Santiago ridders zijn we ondertussen de autonome regio Extremadura ingestapt.
    Deze regio ongeveer zo groot als Nederland, heeft slechts een bevolkingsdichtheid van 27 inwoners per Km².  De Extramedura is bekend voor zijn grote Dehessa’s  (reuze weidevlakten beplant met kurkeik) en vooral voor zijn befaamde hespen “Jamon Ibérico de Pata Negra”.

    Al stappend zien we links en rechts de eerste vrijlopende Pata Negra varkens.

    Van mijn middagmaal geniet ik in de schaduw van een kurkeik, want na kilometers in de zon lopen is een schaduwrijk plekje als een heerlijk aperitief.

    Vanaf de Ermita de San Isodoro gaat het langzaam maar blijvend bergop , want het doel Monasterio, ligt op een hoogte van 756M.

    Na nog een paar pauzes komen we in Monasterio aan, waar het een lawaai van jewelste is, vanwege de op en af rijdende motoren, die dan ook nog hun rijvaardigheid moeten demonstreren.
    Bij elk hostal klinkt het volzet, maar het laatste hotelletje,aan de rand van de stad heeft nog twee plaatsen vrij en zo komen ik en Hans aan een kamer voor de komende nacht.

    Voor mij persoonlijk was er geen probleem geweest. Het Italiaans echtpaar had de dag voordien telefonisch gereserveerd in een pension, hij bood me in geval van, aan dat ik in zijn bed kon slapen, hij zou dan op een slaapmatje op de bodem slapen.

    Ik vond dit een mooi aanbod maar heb hem dan toch wijsgemaakt dat hij in het bed kon blijven en dat ik wel op de mat zou slapen.

    De Duitse en Deense dame kregen ook nog een slaapgelegenheid in hetzelfde hotel maar ergens in een kamertje met de matrassen op de grond, maar ze konden slapen.

    Hier was het ook terug: internet voorhanden maar … gezien het zaterdag is enz.…

    Dus niet beschikbaar.

    18-06-2008 om 21:10 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

     

    Etappe 3: Castillo Blanco de los arroyos – Alma de la Plata.

    Bij het eerste ochtendgloren verlaten we de Albergue, en het beloofd weeral een zeer warme dag te worden, Het was al vroeg dag deze morgen daar de Duitse en Deense dame al van 0500hr aan het ritselen waren met hun plastiekzakjes om hun zaken weg te bergen in de rugzak.

    De eerste 15 km van deze dag verlopen langs de regionale weg SE 185 en gaat steeds stijgend tot aan de ingang van het natuurpark “ El Berrocal”. Intussen kan je links en rechts van de weg genieten van de vele in bloei staande veldbloemen. Aan de ingang van het natuurpark, bij een korte pauze tref ik Hans een Nederlander waar ik s’ avonds in de Albergue reeds contact mee had en ook het Italiaans echtpaar geniet in de schaduw van de kurkeiken van een eerste welverdiende pauze.

    Na deze korte snack – en drankpauze vertrekken we alle vier.

    Het natuurpark is wondermooi om door te wandelen, door zijn veelheid aan bloeiende veldbloemen en vooral de lavendel staat in volle bloei en is op sommige plaatsen als een tapijt in de natuur.

    Van de hier, volgens de reisgids, vrij rondlopende varkens “Pata Negra” hebben we echter niets gezien.

    Het verlaten van het park heeft nog een kleine verrassing in petto, een beklimming van de “ Cerro del Calvario” (dit hoeft geen vertaling denk ik).

    En het is een echte Calvarieberg, een paar maal is een halte op deze steile helling dus aan te raden, maar de beloning boven is dan ook een prachtig panorama.

    Na een even sterke afdaling tussen grote losliggende keien komen we na 29,5Km stappen in Almada de la Plata aan.

    De gemeentelijke herberg is ruim en zeer mooi. Na onze installatie en verkenning van het dorp blijken twee zaken.
    Eén: er is internet voorhanden maar ze zijn een nieuw programma aan het installeren en daarbij is de bibliotheek vandaag gesloten wegens een lokaal feestje.

    Twee: er wordt vanavond het feest van het H Kruis gevierd, een klein met bloemen versierd altaar is opgebouwd, en de tapinstallatie en de door de dorpsvrouwen belegde broodjes liggen klaar.Dus voor einde feest zal er niet veel moeten geslapen worden.

    Twee nog niet geziene pelgrims duiken op. Twee jonge meiden beiden pas afgestudeerd waren van plan de Via Plata te stappen. Maar zij konden niet aan de verleiding weerstaan om de helft van hun tijd in Malaga op het strand door te brengen. Nu hebben ze het probleem hoe ze waar geraken en in hoeveel tijd, ook de beschikbare centen blijken fel verminderd te zijn.

    Alleen al het bekijken van hun met blaren bezaaide voeten zegt ons dat het avontuur niet lang meer zal duren, temeer omdat de ene jonge dame einde mei in Brussel moet zijn voor een stage bij de Europese Unie

    17-06-2008 om 22:43 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Etappe 2: Guillena – Castilblanco de los Arroyos.

    Een veelbelovende dag aan de stralende zon te zien, en het wordt inderdaad een zeer mooie en zeer warme dag.

    Bij het buitengaan van Guillena is het wat zoeken naar de juiste gele pijl, schijnbaar was de verf op. Maar met wat navragen aan de plaatselijke vroege vogels ben je alras op stap op de juiste weg.

    Het eerste 3/4Hr is het stappen langs een regionale baan en door een industriegebied, maar vanaf dan gaat het tussen olijfboomgaarden en appelsienenplantages in een licht golvend terrein. We kunnen genieten van de natuur, ook de koekoek laat zich van in het vroege ochtenduur horen en roept onvermoeid de ganse dag verder. We wandelen door een stuk van het Nationaal Park Sierra Norté en op het traject van de Koninklijke weideweg.

    Het gaat langzaam bergop in een stilte die enkel gestoord wordt door het gezang van de vele vogels.

    Op zeker moment passeren we het eerste van verschillende weidepoorten maar de weidende koeien laten ons ongestoord verder wandelen. Na over het hoogste punt te zijn getrokken komen we op de openbare weg terecht en dus in de bewoonde wereld, dit is voornamelijk te merken aan de voorbijrazende auto’s. De boordkant van de weg ligt nog al tamelijk hoog van de ernaast liggende graskant en op een onbewaakt ogenblik misstap ik en kom ik, zo lang en zo breed ik ben ten val. Gelukkig passeert er op dat moment geen wagen, en een paar serieuze schrammen en kleine schaafwonden zijn mijn deel.

    Bij de ingang van Castillo de los Arrrroyos staat een mooi monument in de vorm van een piramide ter ere van Cervantes, die hier zijn novelle van “ Los Dos Doncellas” of de twee minnaressen schreef.

    De stedelijke Albergue is simpel maar ruim en proper. Het pelgrimsgezelschap wordt groter, waaronder een rasechte Bask, Oostenrijkers met de fiets, Duitse, en Italiaanse, stappers en daartussen een Belg, aangevuld met een Duitse en Deense dame die om het taalprobleem op te lossen Engels met elkaar spreken.

    Het in de recht tegenover de albergue liggende bar aangeboden pelgrimsmenu voor 7,50€ is lekker en bestaat uit een Guapacho Andalusia en varkenskarbonaden met frieten..

    In het stadje zelf zijn alle huizen zoals de naam het zegt in het wit geschilderd met felgekleurde ramen en deuren.

    17-06-2008 om 22:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    .

    Etappe 1: Sevilla – Guillena.

    Na een morgenmaal in een Spaanse bar, tussen de al van ’s morgens vroeg aan een jenever slurpende Spanjaarden, is het tijd om aan onze via Plata te beginnen , na een jaar van zoeken op internet en plannen is het eindelijk zover.

    Eerst nog een bezoekje gebracht aan de kathedraal, een mooi Gotisch gebouw, in oppervlakte een der grootste kerken van Europa (117mlang, 74m breed, en 40m hoog).
    Hoog aan een van de gewelven hangt een fotograaf die foto’s maakt van de spitsbogen.

    Buiten is de Giraldo de 100m hoge klokkentoren het bewonderen waard, het is een vroegere minaret van de moskee op wiens grondvesten de kathedraal gebouwd is.

    Nog een foto genomen van de Jacobsfiguur in het portaal “Puerta de la Asuncion” en daar begint mijn Camino.

    Op de hoek van de Calle Garcia de Venuesa wijst de eerste, hoog in de muur gemetselde ster, mij de weg. Via de brug over het kanaal Alfonso XII gaat het naar de Guadalquivir. Aan deze rivier dankten de Sevillianen door de eeuwen heen hun welvaart via de handel met de Spaanse overzeese gebieden.

    Na de rivier lopen we langs de verwaarloosde parkings van de vroegere wereldtentoonstelling, en al snel zijn we in Camas.

    Nu gaat het richting Santiponce , bij het binnenkomen valt het Klooster San Isodoro del Campo op en gezien de poort openstaat, is er tijd voor een kleine rondgang.

    Na een kleine pauze op het terras van een bar kom ik aan de ruines van Italica , waar het amfitheater met zijn 25000 plaatsen het meest merkwaardige is, maar er is nog veel werk voor de boeg voor dit hier alles opgegraven is en in kaart gebracht.

    Een paar kilometer verder is mijn eerste contact met de N630 die vanaf nu onafscheidelijk met ons zal zijn tot in Granja Moreruela.

    De weg gaat verder op een kaarsrechte grindweg , hier ontmoet ik mijn eerste medepelgrims, een naar later blijk, Italiaans echtpaar.

    Na ongeveer een uur stappen staan we voor een rivier maar geen brug of stapstenen, en volgens onze reisgids zijn er drie mogelijkheden: 1° schoenen uit en doorwaden, 2° een ommetje maken van een paar kilometer, en 3° links of rechts een boom zoeken die de rivier dwarst.

    Ik besluit tot de derde mogelijkheid en na links niets gevonden te hebben vind ik rechts op een 200m een boom die over de rivier ligt. Met veel kunst en vliegwerk tussen de takken door en het laatste stukje al zittend en vooruitschuivend kom ik veilig aan de overkant, een paar schrammen op armen en benen niet te na gesproken.

    Het na mij komend Italiaans koppel lukt het niet omdat de vrouw schrik heeft en zij doen het dan maar al pootje badend in de toch 75 cm diepe rivier.

    Een Nederlandse pelgrim besluit dat enkel de mogelijkheid van een ommetje in vraag komt.

    Bij het binnenkomen van Guillena wandelen we tussen de olijven- en appelsienenplantages.

    Na de stempel in mijn credential in het gemeentehuis van Guillena, gaat hetnaar de gemeentelijke slaapplaats in de sporthal, maar het ziet er allesbehalve netjes en comfortabel uit, en dus besluit ik een hostal op te zoeken.

    Daar kom ik voor 20€ onder dak en na een heerlijke douche en een lekkere pint zijn we klaar voor de volgende dag


     

     Dag 1: België – Sevilla.

    Om 0315Hr vertrekt de bus van Elan vanuit Brugge naar de Vlieghaven van Charleroi. Vroeg dag voor de 4 medereizigers in de grote reisbus van de firma Elan, die dagelijks vier reizen verzorgt vanaf het station van Brugge naar Charleroi,  sinds 01 mei met een ommetje langs het eurostation van Rijsel.

    Om 0515Hr stipt staan we in Charleroi, en het verbaast me dat er zoveel Nederlanders zijn op de luchthaven, na een tijdje valt de Frank (of moet het nu Euro zijn) het is straks Koninginnedag en een 14 daagse vakantie in Nederland , dus massale uittocht.

    Het is lang wachten tot mijn tijd van vertrek om 1025Hr, maar op een luchthaven kan men zich eigenlijk niet vervelen.

    Na een voortreffelijke vlucht, landen we om 1215Hr op de luchthaven van Madrid Baranjas. Na het afhalen van de bagage kunnen we aan de puzzel van de Madridse metro beginnen, maar dank zij de goede raad van Guido Haesaert, heb ik een kort schema-tje gemaakt en kom ik zonder problemen om 1330Hr in Attocha Renfe aan.

    Het station binnen, maar eerst moet de bagage nog eens door de scanner en hier is het terug wachten, nu op mijn AVE trein (genre TGV) van 1600hr. Om 1830Hr komen we toe in het warme Sevilla.

    Met de stadsbus gaat de reis verder naar mijn logement in de buurt van de kathedraal en meteen ook aan de start van mijn eerste etappe voor morgen. Gezien de persoon in kwestie die de credential afstempelt in de kathedraal, reeds de boeken heeft dicht gedaan , ga ik schuin tegenover bij de toeristische dienst mijn stempel halen..

    Na het deponeren van mijn bagage, en  een goeie verfrissende douche ga ik op zoek naar een restaurantje voor een stevig avondmaal op Spaanse wijze, eerste schotel, tweede schotel en dessert, dat alles vergezeld van brood en wijn of water.

    Na nog een korte wandeling door de stad is het tijd om onder de lakens te kruipen , en te proberen de ogen dicht te doen, terwijl buiten  de Spanjaarden genieten van de mooie avonduren.


    Zoals beloofd:
    een voluit geschreven versie van mijn wedervaren op de Via Plata

    .

    16-06-2008 om 00:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Aangekomen
    Vandaag was de laatste stapdag, en ik zou bijna zeggen . met spijt verlaten we de Albergue van Outeiro - Vedra.
    Deze herberg is mooi gelegen, modern van bouw en vooral zeer ruim.
    Sinds we in Gallicie zijn, zijn de herbergen van de Xunta,  van een uitstekende kwaliteit en  een gedurfde architectuur, (doch steeds streekgebonden) het is alsof de architecten onder elkaar een wedstrijd hebben gehouden, al is niet alles  altijd echt funtioneel, maar... het is mooi en het oog wil ook wat.
    Dus deze morgen op stap voor onze laatste 17 Km, een makkie naast de vele dagen berg op en berg af.
    Na een rondje opzij van de Monte Sacro, een schijnbaar heilige berg voor de Galliciers, gaat het berg op berg af richting Santiago, met de opkomende zon  in onze rug als bondgenoot, en het gezelschap van door elkaar fluitende vogels, af en toe wordt dit concert onderbroken door wildblaffende honden.
    Na een anderhalf uur stappen is het tijd voor ons tasje koffie met een kleine morgendhap,( in Outeiro was een winkeltje voor de aanschaf van het morgendmaal onbestaande).
    En dan gaat het verder door de voorsteden van Santiago. In de verte duiken de torens van de Kathedraal op en om 1000Hr staan we op de Plaz Obradeiro en meteen aan het einde van onze voettocht.
    Snel naar het pelgrimsbureau voor het afhalen van onze credential, wat gepaard gaat met een uurtje aanschuiven, maar door het weerzien van menig onderweg ontmoet persoon gaat de tijd snel voorbij.
    Daarna naar de pelgrimsmis, waar ik vaststel dat nog altijd dezelfde non, met de mooie stem voorzangeres is.
    Naast mij zit een Duitse pelgrimsvrouw de ganse mis van ontroering te wenen.
    Bij het begin van de mis worden de die dag aangekomen pelgrims begroet, met hun land van herkomst en hun vertrekplaats, en het doet goed aan het hart te horen, dat er in de kathedraal een Belg zit die vertrokken is uit Sivilla en vandaag aangekomen in Santiago.
    Voor de rest is Santiago, zoals elk bedevaartsoord, een commerciele bedoening, maar je kunt het de inwoners van deze stad niet echt ten kwade duiden dat zij hun boterham willen verdienen.
    Handel is van alle tijden
    Bij mijn terugkomst volgende week wordt de blog bijgewerkt, het is dan wel een beetje vijgen na Pasen, maar de internetmogelijkheden op deze route zijn toch veel minder dan op de Camino Frances.
    Opvallend is, dat op de Via Plata zeer veel Duitse pelgrims lopen, gevolgd door de Nederlanders, voor de rest vindt je van alle mogelijke nationaliteiten, gisteren zelfs een man uit Singapore ontmoet.
    groeten
    En... voor de sponsoren van het MUCO fonds.
    ALVAST BEDANKT
    Roland
    .

    02-06-2008 om 00:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    29-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Dag
    Vandaag in Ourense aangekomen, we zitten dus al midden in Gallicie en dat zullen we geweten hebben. De regen heeft ons de laatste vijf dagen nog niet verlaten. En van de in de gidsen zo geroemde schoonheid van het hoogland van Gallicie hebben we nog niet veel kunnen genieten door de regen en de zware nevel, daarvoor krijgen we in de plaats  natte schoenen en ook vochtige voeten. Dus natte poncho: van buiten nat van de regen en langs binnen nat van het zweet, en dus ook alles onder de poncho goed doorzweet. Op sommige delen van de weg is het dan  kunst en vliegwerk om erdoor te komen, De drie spanjaarden die met mij mee opstappen hebben gisteren een omweg van drie Km gemaakt omdat ze de sprong over de beek niet waagden, ook dat is camino, een beetje afzien, leren leven met het weer, en s avonds gezellig in een klein restaurant eten en proberen aan elkaar diets te maken wat men heeft beleefd .
    Het gesprek met de spanjaarden  is altijd boeiend, een ervan is Bask en spreekt enkel Spaans, de andere Antonio spreekt een paar woorden Duits en een enkel woord engels, en zo gaat de conversatie aan tafel door, ik bedien me dan van mijn spaans woordenboekje, mijn twee handen en desnoods mijn voeten, maar we krijgen het gezegd en de verstandhouding is oppperbest.
    Af en toe duiken  een paar pelgrims op die je van de ganse weg nog niet gezien hebt en die hier nu plots staan aan de albergue waar jezelf staat, vraag voor 10 punten: hoe zijn ze er geraakt?
    Eigenlijk mijn probleem niet, maar die verhalen die ze dan opdissen is er soms teveel aan.
    Nog een vijftal dagen en dan staan we voor een tweede keer in Santiago, en dan is de belevenis Via Plata weeral geschiedenis, na mijn terugkeer zal ik de Blog bijwerken,dag per dag, met de petit details.
    Een eerste evaluatie: het is zwaarder dan ik gedacht heb, ik heb meer last gehad van mijn voeten, ook mijn eksteroog speelde mij af en toe parten, maar... dit is alles camino en hoort erbij
    tot mijn laatste bericht in santiago, want de mogelijkheden zijn vanaf morgen weeral.... juist! nul.

    29-05-2008 om 00:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Naar Zamora: stad met de 20 kerken.
    Het is bewolkt tot betrokken en de zon zal zich eerst laten blikken rond 1130Hr.
    We naderen de Meseta en de onmetelijke graanvelden zijn er een bewijs van, maar er rolt zich bijwijlen een mooi panorama af.
    rond 1230Hr is Zamorra in zicht ( stad aan de Dourro = heerlijke wijnen) en om 1330hr sta ik aan de deur van de jeugdherberg. De senora van dienst, merkt op dat er een Albergue is, maar ik sta er op te blijven gezien ik lid ben van de Vl Jeugdherbergen, na wat gereutel schrijft ze me toch in, haar opvolgster van dienst  is van een vriendelijker soort.
    Ook Zamora is een bezoek meer dan waard,
    (voor mijn stapgenoot Chris, op de camino Frances, El Cid had hier zijn beschermvrouw, en werd hier tot ridder geslagen in de kerk van Santiago de los Caballeros.)
    Overigens kerken zijn er hier genoeg en de meer dan 20 Romaanse kerken zijn in een zeer goede staat gehouden.
    Het museum bij de kathedraal heeft een mooie collectie vlaamse wandtapijten uit de 15 tot de 17 eeuw.
    Ook in Zamora werd via de stichting "Romeo de Castro " de Via de la Plata nieuw leven in geblazen. 

    22-05-2008 om 14:37 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    hallo nieuwsgierige lezers
    Zoals ik merk is het weeral een 10 tal dagen geleden dat ik de gelegenheid had jullie een berichtje te schrijven.
    In Zamora was er gelegenheid, maar... op zondag gesloten.
    Op donderdag 15 mei stappen we van Fuenteroble de  Salvatierra naar Morille.
    In Fuenteroble was er ook een mooi kerkje te bezoeken, met mooi in hout gekapte beelden rond het altaar. Naast de kerk heeft men een stuk Calzada, zoals de Romeinen die bouwden nagebouwd, men moet toegeven dat zij meesters waren in de wegenbouw.
    Voor de eerste keer is het een vertrek met een dreigende hemel, maar onze voorzorgen met de poncho blijken niet nodig, het blijft de ganse dag droog.  We zijn reeds op de hoogvlakte en dat merken we aan de koude wind, wat een verschil bij de voorgaande dagen.
    Langs een brede historische weideweg wandelen we naar het hoogste punt van onze route tot nu toe, nml het Cruz de Santiago op 1150 m hoogte.
    Maar... ergens staan er pijlen teveel want ondanks het volgen van de gele pijlen komen we in een ons onbekend dorp terecht.
    Bij navraag in de plaatselijke bar blijken we in Pedrosiuo te zijn.
    Maar geen nood, een vriendelijke man schets ons een plannetje hoe we in Morille terechtkomen (we doen zelfs 2 Km profijt)  maar deze weg is evengoed gepijld zoals de andere , dus geen probleem.
    In Morille halen we de sleutel van de Albergue af bij de nukkige heer van de plaatselijke bar, maar die nadien als we er gaan middagmalen al heel wat vriendelijker voorkomt. ( waarschijnlijk teveel werk op dit moment)

    Op vrijdag 16 mei gaat het van Morille naar Salamanca
    Het is een  druilerige morgen, dus poncho boven en bij wijlen is de motregen onze gezel. Door de regen van de voorbije nacht, kleeft de vettige rode leemaarde aan onze schoenen. De twee Nederlanders Jan en Herman (die met het systeem luxe-kruiwagen) steken ons voorbij, daar ze geen goesting hebben op een ommetje van een Km voor een goede kop koffie.
    Na twee uur stappen klaart de hemel uit en het wordt een gezellige stap naar Salamanca.
    Bij de Albergue aangekomen verwelkomt ons een Duits koppel die juist aangekomen is om hier 14 dagen Hospitalero te spelen ( nu ja spelen, het is een harde job)
    We kunnen onze rugzak binnenzetten en vanaf 1600Hr kunnen we ons inschrijven.Hier neem ik afscheid van Hans, die vanaf Sevilla mijn gezel was bij het eten en s avonds in de albergues, soms stapten we ook tesamen en zochten we tesamen naar de schaarse pijlen.
    Het bezoek aan de historische binnenstad is niet te missen, naast de impossante kathedraal in Gotische stijl, zijn er talrijke merkwaardige gebouwen, en de plaza Major is een mooi voorbeeld van hoe je een stadsplein kunt ontwerpen.Jammer genoeg staat het plein vol met stalletjes ter gelegenheid van de jaarlijkse week van het boek.
    Eeen goede maaltijd sluit mijn dag af, en na installatie in de herberg en kennismaking met een paar nieuw startende pelgrims gaat het lichtt uit voor een rustige nacht in salamanca.
    Zaterdag 17 mei is mijn rustdag, maar ik heb besloten om er maar een halve van te maken en zo de kans te nemen een komende grote etappe in twee te delen.
    Eerst nog een paar inkopen, o.a. nieuwe inlegzolen, want ik vermoed dat daar de oorzaak ligt van de ellende met mijn voeten ( blaren,pijn,)
    Aan de Albergue bij het klaarmaken van mijn rugzak, komt een,  naar het blijkt Vlaams koppel,  nieuwsgierig  een kijkje nemen in de herberg, het blijken Westvlamingen te zijn en dan nog uit de buurgemeente Bekegem, zij zijn op bezoek bij hun aan de Uni van Salamanca studerend zoon.
    Wat deze morgen opviel waren de veel mooi opgeklede, Senors en Senoritas met zonen en of dochters, blijkbaar was er aan bepaalde faculteiten proclamatie..
      Dus op stap naar El Cubo de Tierra de la vino.
    Met een flinke stap gaat het dwars door de stad richting Zamora en de N 630. De eerste 6 km is niet veel soeps, veel  buitenwijken, maar kort voor Aldeaseca gaat het over een veldweg richting Calzada de Valdunciel
    Gezien onderweg de werken aan de nieuwe autoweg, en het stappen op de zeer drukke N 630 , besluit ik ter hoogte van het gevangenis de bus te nemen, of de inzittende van de bus gedacht hebben dat ik juist losgelaten werd , heb ik niet gevraagd.
    In El Cubo wordt uitgestapt en gaat het naar Casa Carmen .
    Deze lieve oude dame ontvangt mij vriendelijk, wijst mij een kamer , en biedt mij een welgekomen biertje aan.
    Na de gebruikelijke was en plas geniet ik op de patio van deze gezellige wonig van de namiddagzon.
    Na een tweetal uren verschijnt Manfred de peregrino uit Frankfurt en we maken  kennis met elkaar.
    De maaltijd s avonds is overvloedig, met een heerlijke vissoep met allerlei zeevruchten als voorgerecht, en als hoofdgerecht 3 flinke lapjes kotelet met fritten (frit op zijn spaans) dat alles vergezeld van een fles wijn en brood en een grote kom sla.
    Na een goeie nachtrust en een Spaans ontbijt bestaande uit tost, madeleines en koffie stap ik om 0700Hr op richting Zamora.

    22-05-2008 om 00:00 geschreven door Roland

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Alleen zij die onderweg zijn kunnen de hoop koesteren ooit aan te komen
    Foto

    Archief per week
  • 07/07-13/07 2008
  • 30/06-06/07 2008
  • 23/06-29/06 2008
  • 16/06-22/06 2008
  • 02/06-08/06 2008
  • 26/05-01/06 2008
  • 19/05-25/05 2008
  • 12/05-18/05 2008
  • 05/05-11/05 2008
  • 21/04-27/04 2008

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Mijn favorieten
  • seniorennet.be
  • de via de la plata
  • De Belgische vereniging voor strijd tegen Mucoviscidose
  • Vlaams genootschap van santiago

  • Blog als favoriet !

    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!